Bosch GKE 35 BCE Professional: Nederlands
Nederlands: Bosch GKE 35 BCE Professional

80
| Nederlands
1 609 929 V11 | (23.8.11)
Bosch Power Tools
Servizio di assistenza ed assistenza clienti
Il servizio di assistenza risponde alle Vostre domande relative
alla riparazione ed alla manutenzione del Vostro prodotto
nonché concernenti le parti di ricambio. Disegni in vista
esplosa ed informazioni relative alle parti di ricambio sono
consultabili anche sul sito:
www.bosch-pt.com
Il team assistenza clienti Bosch è a Vostra disposizione per ri-
spondere alle domande relative all’acquisto, impiego e rego-
lazione di apparecchi ed accessori.
Italia
Officina Elettroutensili
Robert Bosch S.p.A. c/o GEODIS
Viale Lombardia 18
20010 Arluno
Tel.: +39 (02) 36 96 26 63
Fax: +39 (02) 36 96 26 62
Fax: +39 (02) 36 96 86 77
E-Mail: officina.elettroutensili@it.bosch.com
Svizzera
Tel.: +41 (044) 8 47 15 13
Fax: +41 (044) 8 47 15 53
Smaltimento
Avviare ad un riciclaggio rispettoso dell’ambiente gli imballag-
gi, gli elettroutensili e gli accessori dismessi.
Non gettare elettroutensili dismessi tra i rifiuti domestici!
Solo per i Paesi della CE:
Conformemente alla norma della direttiva
2002/96/CE sui rifiuti di apparecchiature
elettriche ed elettroniche (RAEE) ed all’at-
tuazione del recepimento nel diritto nazio-
nale, gli elettroutensili diventati inservibili
devono essere raccolti separatamente ed
essere inviati ad una riutilizzazione ecologica.
Con ogni riserva di modifiche tecniche.
Nederlands
Veiligheidsvoorschriften
Algemene veiligheidswaarschuwingen voor elek-
trische gereedschappen
Lees alle veiligheidswaar-
schuwingen en alle voor-
schriften.
Als de waarschuwingen en voorschriften niet wor-
den opgevolgd, kan dit een elektrische schok, brand of
ernstig letsel tot gevolg hebben.
Bewaar alle waarschuwingen en voorschriften voor toe-
komstig gebruik.
Het in de waarschuwingen gebruikte begrip „elektrisch ge-
reedschap” heeft betrekking op elektrische gereedschappen
voor gebruik op het stroomnet (met netsnoer) en op elektri-
sche gereedschappen voor gebruik met een accu (zonder net-
snoer).
Veiligheid van de werkomgeving
f
Houd uw werkomgeving schoon en goed verlicht.
Een
rommelige of onverlichte werkomgeving kan tot ongeval-
len leiden.
f
Werk met het elektrische gereedschap niet in een om-
geving met explosiegevaar waarin zich brandbare
vloeistoffen, brandbare gassen of brandbaar stof be-
vinden.
Elektrische gereedschappen veroorzaken vonken
die het stof of de dampen tot ontsteking kunnen brengen.
f
Houd kinderen en andere personen tijdens het gebruik
van het elektrische gereedschap uit de buurt.
Wanneer
u wordt afgeleid, kunt u de controle over het gereedschap
verliezen.
Elektrische veiligheid
f
De aansluitstekker van het elektrische gereedschap
moet in het stopcontact passen. De stekker mag in
geen geval worden veranderd. Gebruik geen adapter-
stekkers in combinatie met geaarde elektrische ge-
reedschappen.
Onveranderde stekkers en passende
stopcontacten beperken het risico van een elektrische
schok.
f
Voorkom aanraking van het lichaam met geaarde op-
pervlakken, bijvoorbeeld van buizen, verwarmingen,
fornuizen en koelkasten.
Er bestaat een verhoogd risico
door een elektrische schok wanneer uw lichaam geaard is.
f
Houd het gereedschap uit de buurt van regen en vocht.
Het binnendringen van water in het elektrische gereed-
schap vergroot het risico van een elektrische schok.
f
Gebruik de kabel niet voor een verkeerd doel, om het
elektrische gereedschap te dragen of op te hangen of
om de stekker uit het stopcontact te trekken. Houd de
kabel uit de buurt van hitte, olie, scherpe randen en be-
wegende gereedschapdelen.
Beschadigde of in de war
geraakte kabels vergroten het risico van een elektrische
schok.
f
Wanneer u buitenshuis met elektrisch gereedschap
werkt, dient u alleen verlengkabels te gebruiken die
voor gebruik buitenshuis zijn goedgekeurd.
Het gebruik
van een voor gebruik buitenshuis geschikte verlengkabel
beperkt het risico van een elektrische schok.
f
Als het gebruik van het elektrische gereedschap in een
vochtige omgeving onvermijdelijk is, dient u een aard-
lekschakelaar te gebruiken.
Het gebruik van een aardlek-
schakelaar vermindert het risico van een elektrische
schok.
Veiligheid van personen
f
Wees alert, let goed op wat u doet en ga met verstand
te werk bij het gebruik van het elektrische gereed-
schap. Gebruik geen elektrisch gereedschap wanneer
u moe bent of onder invloed staat van drugs, alcohol of
medicijnen.
Een moment van onoplettendheid bij het ge-
bruik van het elektrische gereedschap kan tot ernstige ver-
wondingen leiden.
WAARSCHUWING
OBJ_BUCH-716-004.book Page 80 Tuesday, August 23, 2011 3:50 PM

Nederlands |
81
Bosch Power Tools
1 609 929 V11 | (23.8.11)
f
Draag persoonlijke beschermende uitrusting. Draag al-
tijd een veiligheidsbril.
Het dragen van persoonlijke be-
schermende uitrusting zoals een stofmasker, slipvaste
werkschoenen, een veiligheidshelm of gehoorbescher-
ming, afhankelijk van de aard en het gebruik van het elek-
trische gereedschap, vermindert het risico van verwondin-
gen.
f
Voorkom per ongeluk inschakelen. Controleer dat het
elektrische gereedschap uitgeschakeld is voordat u de
stekker in het stopcontact steekt of de accu aansluit en
voordat u het gereedschap oppakt of draagt.
Wanneer u
bij het dragen van het elektrische gereedschap uw vinger
aan de schakelaar hebt of wanneer u het gereedschap in-
geschakeld op de stroomvoorziening aansluit, kan dit tot
ongevallen leiden.
f
Verwijder instelgereedschappen of schroefsleutels
voordat u het elektrische gereedschap inschakelt.
Een
instelgereedschap of sleutel in een draaiend deel van het
gereedschap kan tot verwondingen leiden.
f
Voorkom een onevenwichtige lichaamshouding. Zorg
ervoor dat u stevig staat en steeds in evenwicht blijft.
Daardoor kunt u het elektrische gereedschap in onver-
wachte situaties beter onder controle houden.
f
Draag geschikte kleding. Draag geen loshangende kle-
ding of sieraden. Houd haren, kleding en handschoe-
nen uit de buurt van bewegende delen.
Loshangende
kleding, lange haren en sieraden kunnen door bewegende
delen worden meegenomen.
f
Wanneer stofafzuigings- of stofopvangvoorzieningen
kunnen worden gemonteerd, dient u zich ervan te ver-
zekeren dat deze zijn aangesloten en juist worden ge-
bruikt.
Het gebruik van een stofafzuiging beperkt het ge-
vaar door stof.
Zorgvuldige omgang met en zorgvuldig gebruik van elek-
trische gereedschappen
f
Overbelast het gereedschap niet. Gebruik voor uw
werkzaamheden het daarvoor bestemde elektrische
gereedschap.
Met het passende elektrische gereedschap
werkt u beter en veiliger binnen het aangegeven capaci-
teitsbereik.
f
Gebruik geen elektrisch gereedschap waarvan de
schakelaar defect is.
Elektrisch gereedschap dat niet
meer kan worden in- of uitgeschakeld, is gevaarlijk en moet
worden gerepareerd.
f
Trek de stekker uit het stopcontact of neem de accu uit
het elektrische gereedschap voordat u het gereed-
schap instelt, toebehoren wisselt of het gereedschap
weglegt.
Deze voorzorgsmaatregel voorkomt onbedoeld
starten van het elektrische gereedschap.
f
Bewaar niet-gebruikte elektrische gereedschappen
buiten bereik van kinderen. Laat het gereedschap niet
gebruiken door personen die er niet mee vertrouwd
zijn en deze aanwijzingen niet hebben gelezen.
Elektri-
sche gereedschappen zijn gevaarlijk wanneer deze door
onervaren personen worden gebruikt.
f
Verzorg het elektrische gereedschap zorgvuldig. Con-
troleer of bewegende delen van het gereedschap cor-
rect functioneren en niet vastklemmen en of onderde-
len zodanig gebroken of beschadigd zijn dat de werking
van het elektrische gereedschap nadelig wordt beïn-
vloed. Laat deze beschadigde onderdelen voor het ge-
bruik repareren.
Veel ongevallen hebben hun oorzaak in
slecht onderhouden elektrische gereedschappen.
f
Houd snijdende inzetgereedschappen scherp en
schoon.
Zorgvuldig onderhouden snijdende inzetgereed-
schappen met scherpe snijkanten klemmen minder snel
vast en zijn gemakkelijker te geleiden.
f
Gebruik elektrisch gereedschap, toebehoren, inzetge-
reedschappen en dergelijke volgens deze aanwijzin-
gen. Let daarbij op de arbeidsomstandigheden en de
uit te voeren werkzaamheden.
Het gebruik van elektri-
sche gereedschappen voor andere dan de voorziene toe-
passingen kan tot gevaarlijke situaties leiden.
Service
f
Laat het elektrische gereedschap alleen repareren
door gekwalificeerd en vakkundig personeel en alleen
met originele vervangingsonderdelen.
Daarmee wordt
gewaarborgd dat de veiligheid van het gereedschap in
stand blijft.
Veiligheidsvoorschriften voor kettingzagen
f
Houd bij een lopende zaag alle lichaamsdelen uit de
buurt van de zaagketting. Controleer voor het starten
van de zaag dat de zaagketting niets aanraakt.
Bij werk-
zaamheden met een kettingzaag kan een moment van on-
oplettendheid ertoe leiden dat kleding of lichaamsdelen
door de zaagketting worden meegenomen.
f
Houd de kettingzaag altijd met uw rechterhand aan de
achterste greep en met uw linkerhand aan de voorste
greep vast.
Als u de kettingzaag omgekeerd vasthoudt,
loopt u een hoger risico op letsel. Houd de kettingzaag
daarom alleen zoals voorgeschreven vast.
f
Houd het elektrische gereedschap alleen aan de geïso-
leerde greepvlakken vast, aangezien de zaagketting in
aanraking met verborgen stroomleidingen of de eigen
netkabel kan komen.
Contact van de zaagketting met een
spanningvoerende leiding kan metalen delen van het ge-
reedschap onder spanning zetten en tot een elektrische
schok leiden.
f
Draag een veiligheidsbril en gehoorbescherming. Ove-
rige beschermende uitrusting voor uw hoofd, handen,
benen en voeten wordt aanbevolen.
Passende bescher-
mende kleding vermindert de kans op verwondingen door
rondvliegend spaanmateriaal en toevallig aanraken van de
zaagketting.
f
Werk met de kettingzaag niet op een boom.
Bij gebruik
van een kettingzaag op een boom bestaat kans op verwon-
dingen.
f
Let er altijd op dat u stevig staat en gebruik de ketting-
zaag alleen als u op een stevige en vlakke ondergrond
staat.
Een gladde ondergrond of instabiele posities, bij-
voorbeeld op een ladder, kunnen tot evenwichtsverlies of
verlies van de controle over de kettingzaag leiden.
OBJ_BUCH-716-004.book Page 81 Tuesday, August 23, 2011 3:50 PM

82
| Nederlands
1 609 929 V11 | (23.8.11)
Bosch Power Tools
f
Houd er bij het afzagen van een onder spanning staan-
de tak rekening mee dat deze terugveert.
Als de span-
ning in de houtvezels vrijkomt, kan de gespannen tak de
bediener raken, of kan deze de bediener de controle over
de kettingzaag doen verliezen.
f
Wees bijzonder voorzichtig bij het zagen van laag hout-
gewas en jonge bomen.
Het dunne materiaal kan in de
zaagketting blijven hangen en op u slaan of u uit het even-
wicht brengen.
f
Draag de kettingzaag aan de voorste greep in uitge-
schakelde toestand, de zaagketting van uw lichaam af-
gewend. Breng altijd de veiligheidsafscherming aan
voordat u de kettingzaag vervoert of opbergt.
Een zorg-
vuldige omgang met de kettingzaag vermindert de kans op
per ongeluk aanraken van de lopende zaagketting.
f
Volg de aanwijzingen voor het smeren, de kettingspan-
ning en het wisselen van toebehoren op.
Een onjuist ge-
spannen of gesmeerde ketting kan breken of het terugsla-
grisico verhogen.
f
Houd grepen droog, schoon en vrij van olie en vet.
Vet-
tige grepen met olie zijn glad en leiden tot het verlies van de
controle over de kettingzaag.
f
Zaag alleen hout. Gebruik de kettingzaag niet voor
werkzaamheden waarvoor deze niet bestemd is. Voor-
beeld: Gebruik de kettingzaag niet voor het zagen van
plastic, metselwerk of bouwmaterialen die niet van
hout zijn.
Het gebruik van de kettingzaag voor werkzaam-
heden waarvoor deze niet bestemd is, kan tot gevaarlijke
situaties leiden.
Oorzaken en voorkoming van een terugslag:
– Terugslag kan optreden als de punt van de geleidingsrail
een voorwerp raakt of als het hout buigt en de zaagketting in
de groef wordt vastgeklemd.
– Een aanraking met de punt van de kettinggeleider kan in
veel gevallen tot een onverwachte en naar achteren gerichte
actie leiden, waarbij de kettinggeleider omhoog en in de rich-
ting van de bediener wordt geslagen.
– Het vastklemmen van de zaagketting aan de bovenkant van
de geleidingsrail kan de geleidingsrail snel in de richting van
de bediener terugstoten.
– Elk van deze reacties kan ertoe leiden dat u de controle over
de zaag verliest en u zich mogelijk ernstig verwondt. Vertrouw
niet uitsluitend op de in de kettingzaag ingebouwde veilig-
heidsvoorzieningen. Als gebruiker van een kettingzaag dient u
verschillende maatregelen te treffen om zonder ongevallen en
zonder verwondingen te kunnen werken.
Een terugslag is het gevolg van een verkeerd of onjuist gebruik
van het elektrische gereedschap. Terugslag kan worden voor-
komen door geschikte voorzorgsmaatregelen, zoals hieron-
der beschreven:
f
Houd de zaag met beide handen vast, waarbij duim en
vinger de grepen van de kettingzaag omsluiten. Neem
een zodanige lichaamshouding in en houd uw armen in
een zodanige positie, dat u stand kunt houden ten op-
zichte van de terugslagkrachten.
Als geschikte maatre-
gelen worden getroffen, kan de bediener de terugslag-
krachten beheersen. Laat de kettingzaag nooit los.
f
Voorkom een abnormale lichaamshouding en zaag niet
boven schouderhoogte.
Daardoor wordt per ongeluk
aanraken met de punt van de kettinggeleider voorkomen
en kan de kettingzaag in onverwachte situaties beter onder
controle worden gehouden.
f
Gebruik altijd de door de fabrikant voorgeschreven
vervangende kettinggeleiders en zaagkettingen.
Ver-
keerde vervangende kettinggeleiders en zaagkettingen
kunnen tot kettingbreuk en terugslag leiden.
f
Houd u aan de aanwijzingen van de fabrikant voor het
slijpen en het onderhoud van de zaagketting.
Te lage
dieptebegrenzers verhogen de neiging tot terugslag.
f
Kinderen en jongeren, met uitzondering van jongeren
in opleiding van 16 jaar en ouder onder toezicht, mo-
gen de kettingzaag niet bedienen. Hetzelfde geldt voor
personen die niet of onvoldoende bekend zijn met de
omgang met de kettingzaag.
De gebruiksaanwijzing
moet altijd binnen handbereik zijn. Personen die overver-
moeid of niet lichamelijk belastbaar zijn, mogen de ketting-
zaag niet bedienen.
f
Controleer of alle beschermingsvoorzieningen en gre-
pen bij gebruik van het gereedschap gemonteerd zijn.
Probeer nooit een onvolledig gemonteerd gereedschap of
een gereedschap met niet-toegestane aanpassingen in ge-
bruik te nemen.
f
Houd het elektrische gereedschap tijdens de werk-
zaamheden stevig met beide handen vast en zorg er-
voor dat u stevig staat.
Het elektrische gereedschap
wordt met twee handen veiliger geleid.
f
Wacht tot het elektrische gereedschap tot stilstand is
gekomen voordat u het neerlegt.
Het inzetgereedschap
kan vasthaken en dit kan tot het verlies van de controle
over het elektrische gereedschap leiden.
De gebruiker wordt geadviseerd om zich voor het eerste ge-
bruik door een ervaren vakman aan de hand van praktische
voorbeelden te laten instrueren over de bediening van de ket-
tingzaag en het gebruik van beschermende uitrusting. Als eer-
ste oefening dient het zagen van boomstammen op een zaag-
bok of onderstel plaats te vinden.
OBJ_BUCH-716-004.book Page 82 Tuesday, August 23, 2011 3:50 PM

Nederlands |
83
Bosch Power Tools
1 609 929 V11 | (23.8.11)
Symbolen
De volgende symbolen kunnen voor het gebruik van het elektrische gereedschap van belang zijn. Zorg ervoor dat u de symbolen
en hun betekenis herkent. Het juiste begrip van de symbolen helpt u het elektrische gereedschap goed en veilig te gebruiken.
Product- en vermogensbeschrijving
Lees alle veiligheidswaarschuwingen en al-
le voorschriften.
Als de waarschuwingen en
voorschriften niet worden opgevolgd, kan dit
een elektrische schok, brand of ernstig letsel
tot gevolg hebben.
Vouw de uitvouwbare pagina met de afbeelding van het ge-
reedschap open en laat deze pagina opengevouwen terwijl u
de gebruiksaanwijzing leest.
Gebruik volgens bestemming
Het elektrische gereedschap is bestemd voor het zagen van
hout, bijv. houten balken, planken, takken en stammen, als-
mede voor het vellen van bomen. Het kan worden gebruikt
voor schulpen (in de lengte van de nerf) en afkorten (dwars op
de nerf).
Meegeleverd
Neem het elektrische gereedschap voorzichtig uit de verpak-
king. Controleer of de volgende delen compleet zijn:
– Kettingzaag
– Afscherming
– Zaagketting
– Zwaard
– Kettingbescherming
– Gebruiksaanwijzing
Neem contact op met uw leverancier wanneer er onderdelen
ontbreken of beschadigd zijn.
Afgebeelde componenten
De componenten zijn genummerd zoals op de afbeelding van
het elektrische gereedschap op de pagina met afbeeldingen.
1
Achterste handgreep (geïsoleerd greepvlak)
Symbool
Betekenis
f
Lees alle veiligheidswaarschuwingen en alle voorschriften.
Als de waarschuwingen en voor-
schriften niet worden opgevolgd, kan dit een elektrische schok, brand of ernstig letsel tot gevolg
hebben.
Trek vóór instellings- en onderhoudswerkzaamheden of wanneer de stroomkabel beschadigd of
doorgesneden wordt onmiddellijk de netstekker uit het stopcontact.
Gebruik het elektrische gereedschap niet in de regen en laat het niet in de regen liggen of staan.
f
Draag een veiligheidsbril.
f
Draag een gehoorbescherming.
De blootstelling aan lawaai kan gehoorverlies tot gevolg heb-
ben.
De terugslagrem en de snelstop stoppen de zaagketting binnen korte tijd.
Alleen voor landen van de EU:
Gooi elektrische gereedschappen niet bij het huisvuil.
Volgens de Europese richtlijn 2002/96/EG over elektrische en elektronische oude apparaten en
de omzetting van de richtlijn in nationaal recht moeten niet meer bruikbare elektrische gereed-
schappen apart worden ingezameld en op een voor het milieu verantwoorde wijze worden herge-
bruikt.
OBJ_BUCH-716-004.book Page 83 Tuesday, August 23, 2011 3:50 PM

84
| Nederlands
1 609 929 V11 | (23.8.11)
Bosch Power Tools
2
Inschakelblokkering voor aan/uit-schakelaar
3
Aan/uit-schakelaar
4
Olietankdop
5
Activering van terugslagrem (handbescherming)
6
Voorste handgreep (geïsoleerd greepvlak)
7
Markering „Terugslagrem vrij”
8
Omkeerster
9
Kettingbescherming
10
Zaagketting
11
Zwaard
12
Klauwaanslag
13
Kettingspanring (rood)
14
Spangreep
15
Afscherming
16
Serienummer
17
Looprichtings- en snijrichtingssymbool
18
Kettingwiel
19
Oliesproeier
20
Zwaardgeleidingsbrug
21
Bevestigingsbout
22
Kettingspannok
23
Kettingvangbout
24
Oliepeilindicatie
25
Resetknop voor thermische schakelaar
26
Rode stip
27
Deksel voor kettingspanmechanisme
Niet elk afgebeeld en beschreven toebehoren wordt standaard
meegeleverd. Het volledige toebehoren vindt u in ons toebehoren-
programma.
Technische gegevens
Informatie over geluid en trillingen
Meetwaarden voor geluid bepaald volgens EN 60745.
Het A-gewogen geluidsniveau van het gereedschap bedraagt
kenmerkend: geluidsdrukniveau 95 dB(A); geluidsvermogen-
niveau 103 dB(A). Onzekerheid K=2 dB.
Draag een gehoorbescherming.
Totale trillingswaarden a
h
(vectorsom van drie richtingen) en
onzekerheid K bepaald volgens EN 60745:
a
h
=6 m/s
2
, K=1,5 m/s
2
.
Het in deze gebruiksaanwijzing vermelde trillingsniveau is ge-
meten met een volgens EN 60745 genormeerde meetmetho-
de en kan worden gebruikt om elektrische gereedschappen
met elkaar te vergelijken. Het is ook geschikt voor een voorlo-
pige inschatting van de trillingsbelasting.
Het aangegeven trillingsniveau representeert de voornaam-
ste toepassingen van het elektrische gereedschap. Als echter
het elektrische gereedschap wordt gebruikt voor andere toe-
passingen, met afwijkende inzetgereedschappen of onvol-
doende onderhoud, kan het trillingsniveau afwijken. Dit kan
Kettingzaag
GKE 35 BCE
Professional
GKE 40 BCE
Professional
Zaaknummer
0 601 597 6..
0 601 597 7..
Opgenomen vermogen
W
2100
2100
Kettingsnelheid bij onbelast lopen*
m/s
12
12
Zwaardlengte
cm
35
40
Remtijd van de terugslagrem
s
<0,1
<0,1
Remtijd van de snelstop
s
<1
<1
Kettingsteek
mm
(")
9,525
(3/8)
9,525
(3/8)
Kettingschakeldikte
mm
1,3
1,3
Aantal kettingschakels
52
57
Inhoud olietank
ml
200
200
Automatische kettingsmering
z
z
Spannen van de ketting zonder hulpgereedschap (SDS)
z
z
Beveiliging tegen overbelasting
z
z
Zacht aanlopen
z
z
Constant-electronic
z
z
Gewicht volgens EPTA-Procedure 01/2003
kg
4,6
4,8
Isolatieklasse
/
II
/
II
*begrensd door elektronica
De gegevens gelden voor nominale spanningen [U] 230 V. Bij afwijkende spanningen en bij per land verschillende uitvoeringen kunnen deze gegevens
afwijken.
Let op het zaaknummer op het typeplaatje van het elektrische gereedschap. De handelsbenamingen van sommige elektrische gereedschappen kunnen
afwijken.
OBJ_BUCH-716-004.book Page 84 Tuesday, August 23, 2011 3:50 PM

Nederlands |
85
Bosch Power Tools
1 609 929 V11 | (23.8.11)
de trillingsbelasting gedurende de gehele arbeidsperiode dui-
delijk verhogen.
Voor een nauwkeurige schatting van de trillingsbelasting
moet ook rekening worden gehouden met de tijd waarin het
gereedschap uitgeschakeld is, of waarin het gereedschap wel
loopt, maar niet werkelijk wordt gebruikt. Dit kan de trillings-
belasting gedurende de gehele arbeidsperiode duidelijk ver-
minderen.
Leg aanvullende veiligheidsmaatregelen ter bescherming van
de bediener tegen het effect van trillingen vast, zoals: Onder-
houd van elektrische gereedschappen en inzetgereedschap-
pen, warm houden van de handen, organisatie van het ar-
beidsproces.
Conformiteitsverklaring
Wij verklaren als alleen verantwoordelijke dat het onder
„Technische gegevens” beschreven product voldoet aan de
volgende normen en normatieve documenten: EN 60745 vol-
gens de bepalingen van de richtlijnen 2011/65/EU,
2004/108/EG, 2006/42/EG en 2000/14/EG.
EG-bouwtypekeuring nr. 3400653.02 CE door erkende keu-
ringsinstantie nr. 2140, KEMA Quality GmbH Dresden.
2000/14/EG: Gegarandeerd geluidsdrukniveau 105 dB(A).
Wegingsmethode van de conformiteit volgens aanhangsel V.
Productcategorie: 6
Technisch dossier (2006/42/EG, 2000/14/EG) bij:
Robert Bosch GmbH, PT/ESC,
D-70745 Leinfelden-Echterdingen
Robert Bosch GmbH, Power Tools Division
D-70745 Leinfelden-Echterdingen
26.07.2011
Montage
Voor uw veiligheid
f
Let op! Schakel het elektrische gereedschap uit en trek
de netstekker uit het stopcontact voordat u onder-
houds- of reinigingswerkzaamheden uitvoert. Hetzelf-
de geldt als de stroomkabel beschadigd, doorgesneden
of in de war is.
f
Voorzichtig! Raak de ronddraaiende zaagketting niet
aan.
f
Gebruik de kettingzaag in geen geval in de buurt van
personen, kinderen of dieren en evenmin na het ge-
bruik van alcohol, drugs of verdovende medicijnen.
Het elektrische gereedschap is voor uw veiligheid geïsoleerd
en heeft geen aarding nodig. De bedrijfsspanning bedraagt
230 V AC, 50/60 Hz (voor niet-EU-landen 240 V afhankelijk
van de uitvoering). Gebruik alleen toegelaten verlengkabels.
Informatie is verkrijgbaar bij de erkende klantenservice.
Als u voor de kettingzaag een verlengkabel wilt gebruiken, zijn
de volgende kabeldiameters voorgeschreven:
– min. 1,5 mm
2
tot max. 50 m lengte
– min. 2,5 mm
2
tot max. 100 m lengte
Opmerking: Als u een verlengkabel gebruikt, moet deze (zoals
bij de veiligheidsvoorschriften beschreven) een aardedraad
bezitten die via de stekker met de aardedraad van uw elektri-
sche installatie verbonden is.
Als kabeltrommels worden gebruikt, moet de kabel volledig
afgerold zijn.
Er mogen alleen verlengkabels van het type H07 RN-F of IEC
(60245 IEC 66) worden gebruikt.
Vraag bij twijfel een vakman voor elektriciteit of de Bosch-
klantenservice om advies.
f
VOORZICHTIG: Verlengkabels die niet volgens de voor-
schriften zijn, kunnen gevaarlijk zijn. Verlengkabels,
stekkers en contrastekkers moeten waterdicht uitge-
voerd en voor gebruik buitenshuis goedgekeurd zijn.
Kabelverbindingen moeten droog zijn en mogen niet op de
grond liggen.
Voor extra veiligheid wordt het gebruik van een aardlekscha-
kelaar met een uitschakelstroom van maximaal 30 mA geadvi-
seerd. De aardlekschakelaar moet vóór gebruik altijd worden
gecontroleerd.
Als de aansluitkabel beschadigd is, mag deze alleen door een
erkende Bosch-werkplaats worden gerepareerd.
Informatie over producten die
niet in Groot-Brittannië
wor-
den verkocht:
LET OP:
Voor uw veiligheid is het noodzakelijk dat de op het
elektrische gereedschap aangebrachte stekker met de ver-
lengkabel wordt verbonden. De stekker van de verlengkabel
moet tegen spatwater bestemd zijn en uit rubber bestaan of
met rubber bekleed zijn. De verlengkabel moet met een tre-
kontlasting worden gebruikt.
Zaagketting monteren en spannen
f
Sluit de kettingzaag pas op het stroomnet aan nadat u
deze volledig heeft gemonteerd.
f
Draag werkhandschoenen bij het hanteren van de
zaagketting.
Montage van zwaard en zaagketting (zie afbeelding A)
– Pak alle delen voorzichtig uit.
– Breng de twee pijlen op de kettingspanring
13
en de afdek-
king
15
met elkaar in overeenstemming ( ).
– Leg de kettingzaag op een recht oppervlak neer.
f
Gebruik alleen zaagkettingen met een kettingschakel-
dikte (groefbreedte) van 1,3 mm.
Dr. Egbert Schneider
Senior Vice President
Engineering
Dr. Eckerhard Strötgen
Head of Product
Certification
15
13
OBJ_BUCH-716-004.book Page 85 Tuesday, August 23, 2011 3:50 PM

86
| Nederlands
1 609 929 V11 | (23.8.11)
Bosch Power Tools
– Leg de zaagketting
10
in de rondlopende groef van het
zwaard
11
. Let daarbij op de juiste looprichting. Vergelijk
daarvoor de zaagketting met het looprichtingssymbool
17
.
Controleer dat de kettingspannok
22
naar buiten wijst. Om
het inleggen van de zaagketting
10
te vergemakkelijken,
houdt u het zwaard
11
verticaal.
– Leg de kettingschakels om het kettingwiel
18
en zet het
zwaard
11
zodanig neer dat de voor en achter de bevesti-
gingsbout
21
liggende zwaardgeleidingsbruggen
20
in het
langgat van het zwaard
11
grijpen.
– Controleer of alle delen goed geplaatst zijn en houd het
zwaard met de zaagketting in deze stand.
– Zet de afdekking
15
nauwkeurig neer en controleer dat de
kettingvangbout
23
in de daarvoor voorziene geleidings-
sleuf van de afdekking
15
komt te liggen.
– Draai de afdekking
15
met de spangreep
14
iets vast.
– De zaagketting is nog niet gespannen. Het spannen van de
zaagketting gebeurt zoals beschreven in het gedeelte
„Zaagketting spannen”.
Zaagketting spannen (zie afbeeldingen A en C)
Controleer de kettingspanning vóór het begin van de werk-
zaamheden, na de eerste keren zagen en tijdens het zagen re-
gelmatig elke 10 minuten. In het bijzonder bij nieuwe zaagket-
tingen moet in het begin met verslapping worden gerekend.
De levensduur van de zaagketting is in grote mate afhankelijk
van voldoende smering en juiste spanning.
Span de zaagketting niet wanneer deze zeer heet is, omdat de
ketting na het afkoelen samentrekt en dan te strak op het
zwaard ligt.
– Leg de kettingzaag op een recht oppervlak neer.
– Draai de spangreep
14
ca. 1 – 3 slagen tegen de wijzers
van de klok om de zwaardvastzetting los te maken.
– Controleer of de kettingschakels goed in de geleidings-
sleuf van het zwaard
11
en op het kettingwiel
18
liggen.
– Draai de rode kettingspanring
13
klikkend met de wijzers
van de klok mee tot de juiste kettingspanning is bereikt.
Het klikmechanisme voorkomt dat de kettingspanning los-
raakt. Wanneer de kettingspanring
13
slechts moeilijk kan
worden gedraaid, moet de u spangreep
14
verder tegen de
wijzers van de klok losdraaien. De spangreep
14
mag mee-
draaien wanneer de kettingspanring
13
wordt ingesteld.
– De zaagketting
10
is goed gespannen wanneer deze in het
midden ca. 3 – 4 mm kan worden opgetild. Dit moet met
één hand gebeuren door het omhoogtrekken van de zaag-
ketting tegen het eigen gewicht van de kettingzaag.
– Wanneer de zaagketting
10
te sterk gespannen is, moet de
kettingspanring
13
tegen de wijzers van de klok worden
gedraaid.
11
22
10
17
18
20
11
21
23
15
14
14
13
10
OBJ_BUCH-716-004.book Page 86 Tuesday, August 23, 2011 3:50 PM

Nederlands |
87
Bosch Power Tools
1 609 929 V11 | (23.8.11)
Zwaard vastklemmen
– Klem bij een gespannen zaagketting
10
het zwaard
11
vast
door de spangreep
14
met de wijzers van de klok mee te
draaien. Gebruik daarbij geen gereedschap.
Zaagketting smeren (zie afbeeldingen A–B)
Opmerking:
De kettingzaag wordt niet met zaagkettinghecht-
olie gevuld geleverd. Het is belangrijk om de kettingzaag vóór
gebruik met olie te vullen. Het gebruik van de kettingzaag zon-
der zaagkettinghechtolie of bij een oliepeil onder de mini-
mummarkering leidt tot beschadiging van de kettingzaag.
De levensduur en de zaagcapaciteit van de zaagketting hangt
af van de optimale smering. Daarom wordt de zaagketting tij-
dens het gebruik door middel van de oliesproeier
19
automa-
tisch met zaagkettinghechtolie gesmeerd.
Ga als volgt te werk om de olietank te vullen:
– Plaats de kettingzaag met de olietankdop
4
naar boven op
een geschikte ondergrond.
– Maak de omgeving van de olietankdop
4
schoon met een
doek en verwijder de dop.
– Verwijder voor het vullen het filterinzetstuk niet.
– Vul de olietank met biologisch afbreekbare Bosch-zaagket-
tinghechtolie.
– Let erop dat er geen vuil in de olietank terechtkomt.
Schroef de olietankdop
4
weer vast.
Opmerking:
Om de luchtuitwisseling tussen olietank en om-
geving mogelijk te maken, zijn er tussen de zeef en de olie-
tankdop vier kleine compensatiekanalen aanwezig. Hierdoor
kan afhankelijk van de functie in geringe mate olie naar buiten
komen. Let erop dat u de kettingzaag altijd horizontaal met de
olietankdop
4
omhoog neerzet.
Opmerking:
Gebruik uitsluitend de geadviseerde biologisch
afbreekbare kettingolie om een beschadiging van de ketting-
zaag te voorkomen. Gebruik nooit gerecyclede olie of oude
olie. Bij het gebruik van niet toegelaten olie vervalt de garan-
tie.
Afzuiging van stof en spanen
f
Stof van materialen zoals loodhoudende verf, enkele hout-
soorten, mineralen en metaal kunnen schadelijk voor de
gezondheid zijn. Aanraking of inademing van stof kan lei-
den tot allergische reacties en/of ziekten van de ademwe-
gen van de gebruiker of personen die zich in de omgeving
bevinden.
Bepaalde soorten stof, bijvoorbeeld van eiken- en beuken-
hout, gelden als kankerverwekkend, in het bijzonder in
combinatie met toevoegingsstoffen voor houtbehandeling
(chromaat en houtbeschermingsmiddelen). Asbesthou-
dend materiaal mag alleen door bepaalde vakmensen wor-
den bewerkt.
– Zorg voor een goede ventilatie van de werkplek.
– Er wordt geadviseerd om een ademmasker met filter-
klasse P2 te dragen.
Neem de in uw land geldende voorschriften voor de te be-
werken materialen in acht.
Gebruik
Ingebruikneming
f
Let op de netspanning!
De spanning van de stroombron
moet overeenkomen met de gegevens op het typeplaatje
van het elektrische gereedschap.
In- en uitschakelen
Houd de kettingzaag vast zoals beschreven in het gedeelte
„Werkzaamheden met de kettingzaag”.
Als u het elektrische gereedschap wilt
inschakelen
bedient u
eerst
de inschakelblokkering
2
en drukt u
vervolgens
de aan/
uit-schakelaar
3
in en houdt u deze ingedrukt.
Als u het elektrische gereedschap wilt
uitschakelen
laat u de
aan/uit-schakelaar
3
los.
Opmerking:
Om veiligheidsredenen kan de aan-/uitschake-
laar
3
van de machine niet worden vergrendeld, maar moet
deze tijdens het gebruik voortdurend ingedrukt blijven.
Opmerking:
Rem de kettingzaag niet af door het bedienen
van de voorste handbescherming
5
(activeren van de terug-
slagrem).
Aanloopstroombegrenzing
De elektronische aanloopstroombegrenzing begrenst het ver-
mogen bij het inschakelen van het elektrische gereedschap
en maakt het gebruik met een zekering van 16 A mogelijk.
Temperatuurafhankelijke beveiliging tegen overbelas-
ting
Bij overbelasting, bijvoorbeeld bij een stompe zaagketting,
kan de motor door het activeren van de thermische beveili-
ging tot stilstand komen. Druk voor een reset op de resetknop
25
. Vervolgens moet u de kettingzaag ca. 1 minuut onbelast
gebruiken.
Snelstop/terugslagrem (zie afbeelding D)
De kettingzaag is voorzien van twee beschermingsvoorzienin-
gen:
De
snelstop
remt de zaagketting na het loslaten van de aan/
uit-schakelaar
3
af.
De
terugslagrem
is een beschermingsmechanisme dat bij
een terugslaande kettingzaag wordt geactiveerd via de voor-
ste handbescherming
5
. De zaagketting stopt na uiterlijk 0,1
seconden.
Voer van tijd tot tijd een functietest uit. Duw de voorste hand-
bescherming
5
naar voren (stand
o
) zodat de rode stip
26
onder de markering
7
zichtbaar wordt en schakel de ketting-
zaag kort in. De zaagketting mag niet starten. Wanneer u de
terugslagrem weer wilt ontgrendelen, dient u de voorste
handbescherming
5
terug te trekken (stand
n
) zodat de rode
stip
26
onder de markering
7
bedekt wordt.
14
OBJ_BUCH-716-004.book Page 87 Tuesday, August 23, 2011 3:50 PM

88
| Nederlands
1 609 929 V11 | (23.8.11)
Bosch Power Tools
Werkzaamheden met de kettingzaag
Vóór het zagen
Vóór de ingebruikneming en regelmatig tijdens het zagen
moeten de volgende controles worden uitgevoerd:
– Verkeert de kettingzaag in een functieveilige toestand?
– Is de olietank gevuld? Controleer de oliepeilaanduiding
vóór de werkzaamheden en regelmatig tijdens de werk-
zaamheden. Vul olie bij wanneer het oliepeil de onderkant
van het peilglas bereikt heeft. De vulling is voldoende voor
ca. 15 minuten, afhankelijk van de pauzes en de intensiteit
van de werkzaamheden.
– Is de zaagketting juist gespannen en scherp genoeg? Con-
troleer de kettingspanning tijdens het zagen regelmatig el-
ke 10 minuten. In het bijzonder bij nieuwe zaagkettingen
moet in het begin met verslapping worden gerekend. De
toestand van de zaagketting beïnvloedt de zaagcapaciteit
in belangrijke mate. Alleen scherpe zaagkettingen be-
schermen tegen overbelasting.
– Is de terugslagrem losgemaakt en haar werking gewaar-
borgd?
– Draagt u de vereiste beschermende uitrusting? Gebruik
een veiligheidsbril en gehoorbescherming. Overige be-
schermende uitrusting voor uw hoofd, handen, benen en
voeten wordt aanbevolen. Geschikte beschermende kle-
ding vermindert de kans op verwondingen door wegvlie-
gend materiaal en het onbedoeld aanraken van de zaagket-
ting.
Terugslag van de zaag (zie afbeelding D)
Terugslag van de zaag is het plotseling omhoog- of terugslaan
van de lopende kettingzaag. Dit kan optreden bij aanraking
van de zwaardpunt met het zaagmateriaal of bij een vastklem-
mende ketting.
Wanneer zaagterugslag optreedt, reageert de kettingzaag op
onvoorspelbare wijze en kan deze ernstig letsel veroorzaken
bij de bediener of bij personen in de omgeving van de zaag.
Zijwaarts zagen, schuin zagen en in de lengte zagen moet bij-
zondere voorzichtigheid gebeuren omdat de klauwaanslag
12
hierbij niet kan worden toegepast.
Ter voorkoming van zaagterugslag:
– Zet de kettingzaag zo vlak mogelijk aan.
– Werk nooit met een losse, verslapte of sterk versleten
zaagketting.
– Slijp de zaagketting zoals voorgeschreven.
– Zaag nooit boven schouderhoogte.
– Zaag nooit met de punt van het zwaard.
– Houd de kettingzaag altijd met beide handen vast.
– Gebruik altijd een terugslagremmende Bosch-zaagketting.
– Gebruik de klauwaanslag
12
als hefboom.
– Let op de juiste kettingspanning.
Algemene werkwijze (zie afbeeldingen D – G)
Houd de kettingzaag altijd met beide handen vast. Houd uw
linkerhand vast aan de voorste handgreep en uw rechterhand
aan de achterste handgreep. Omsluit de grepen altijd met
duim en vingers. Zaag nooit eenhandig. Geleid het netsnoer
alitjd naar achteren en houd het buiten het bereik van zaag-
ketting en zaaggoed; ga zodanig staan dat het netsnoer niet in
takken en twijgen kan vastraken.
Gebruik de kettingzaag alleen wanneer u stevig staat. Houd de
kettingzaag iets rechts van uw eigen lichaam.
De zaagketting moet vóór het contact met het hout op volle
snelheid lopen. Gebruik daarbij de klauwaanslag
12
om de
kettingzaag op het hout te laten steunen. Gebruik tijdens het
zagen de klauwaanslag als hefboom.
Zet bij het zagen van dikke takken of stammen de klauwaan-
slag op een lager punt neer. Trek daarvoor de kettingzaag te-
rug om de klauwaanslag los te maken en deze lager aan te zet-
ten. Verwijder de kettingzaag daarbij niet uit de zaagsnede.
Druk bij het zagen niet met kracht op de zaagketting, maar
zorg met de klauwaanslag
12
voor een lichte hefboomdruk.
Gebruik de kettingzaag nooit met gestrekte armen. Probeer
niet op moeilijk bereikbare plaatsen te zagen, of staand op
een ladder. Zaag nooit boven schouderhoogte.
De beste zaagresultaten worden bereikt wanneer de ketting-
snelheid niet door overbelasting daalt.
Voorzichtig aan het einde van de zaagsnede. Zodra de ketting-
zaag uit de zaagsnede komt, verandert de gewichtskracht on-
verwacht. Er bestaat gevaar voor letsel van benen en voeten.
Verwijder de kettingzaag alleen met een lopende zaagketting
uit de zaagsnede.
Boomstammen zagen (zie afbeeldingen E en H)
Neem bij het zagen van boomstammen de volgende veilig-
heidsvoorschriften in acht:
Leg de stam neer zoals op de afbeelding weergegeven en on-
dersteun deze zodanig dat de zaagsnede niet sluit en de zaag-
ketting niet vastklemt.
Leg korte stukken hout voor het zagen recht neer en klem de-
ze vast.
Zaag alleen voorwerpen van hout. Voorkom aanraking van
stenen en spijkers, omdat deze omhoog geslingerd kunnen
worden, de zaagketting kunnen beschadigen of ernstig letsel
bij de gebruiker of omstanders kunnen veroorzaken.
Raak met de lopende kettingzaag geen draadafrasteringen of
de grond aan.
De kettingzaag is niet geschikt voor het snoeien van dunne
takken.
Zagen in lengterichting dient met bijzondere zorgvuldigheid
te gebeuren, omdat de klauwaanslag
12
dan niet kan worden
gebruikt. Geleid de kettingzaag in een platte hoek om terug-
slag van de zaag te voorkomen.
Bewerk bij zaagwerkzaamheden op een helling stammen of
liggend zaagmateriaal van bovenaf of aan de zijkant staand.
Let vanwege de kans op struikelen op boomstronken, takken,
wortels, enz.
Zagen van hout onder spanning (zie afbeelding H)
f
Onder spanning staand hout en onder spanning staan-
de takken en bomen mogen alleen door een daartoe op-
geleid vakman worden gezaagd. Er is uiterste voorzich-
tigheid geboden.
Er bestaat een verhoogd risico op
ongevallen.
Als hout aan beide zijden wordt ondersteund, zaagt u eerst
van boven (
Y
) een derde gedeelte van de diameter door de
stam en zaagt u vervolgens van onderen (
Z
) op dezelfde
OBJ_BUCH-716-004.book Page 88 Tuesday, August 23, 2011 3:50 PM

Nederlands |
89
Bosch Power Tools
1 609 929 V11 | (23.8.11)
plaats de stam door om splinteren en vastklemmen van de
kettingzaag te voorkomen. Voorkom daarbij contact van de
zaagketting met de grond.
Als het hout slechts aan één zijde wordt ondersteund, zaagt u
eerst van onderen (
Y
) een derde van de diameter naar boven
en zaagt u vervolgens op dezelfde plaats van boven (
Z
) de
stam door om splinteren en vastklemmen van de kettingzaag
te voorkomen.
Bomen vellen (zie afbeelding I)
f
Draag altijd een veiligheidshelm om beschermd te zijn
tegen vallende takken.
f
Met de kettingzaag mogen alleen bomen worden ge-
veld waarvan de stamdiameter kleiner is dan de lengte
van het zwaard.
f
Zet de werkomgeving af. Let erop dat zich geen perso-
nen of dieren ophouden in de buurt van de plaats waar
de boom valt (
n
).
f
Probeer niet om een vastgeklemde zaagketting met
een lopende motor los te krijgen. Gebruik een houtspie
om een vastgeklemde zaagketting los te maken.
Als u met twee of meer personen tegelijkertijd zaagt en velt,
houd dan als afstand tussen de vellende en de zagende perso-
nen minstens de dubbele hoogte van de te vellen boom aan.
Let er bij het vellen van bomen op, dat u andere personen niet
blootstelt aan gevaar, u geen leidingen raakt en geen mate-
riële schade veroorzaakt. Als een boom met een stroomlei-
ding in aanraking komt, dient u het energiebedrijf hiervan on-
middellijk in kennis te stellen.
Stel u als bediener van de kettingzaag bij zaagwerkzaamhe-
den op een helling boven de te vellen boom op, omdat de
boom na de val waarschijnlijk bergaf zal rollen of glijden.
Vóór het vellen dient een vluchtweg (
o
) te worden gepland
en indien nodig te worden vrijgemaakt. De vluchtweg dient
van de te verwachten vallijn schuin naar achteren weg te lei-
den.
Houd vóór het vellen rekening met de natuurlijke helling van
de boom, de plaats van grote takken en de windrichting, om
de valrichting van de boom te kunnen beoordelen.
Verwijder vuil, stenen, losse schors, spijkers, nieten en draad
van de boom.
Inkepingen zagen:
Zaag haaks op de valrichting een inkeping
(
X – W
) met een diepte van een derde van de boomdiameter.
Zaag eerst de onderste horizontale inkeping. Hierdoor voor-
komt u het vastklemmen van de kettingzaag of de geleidings-
rail bij het zagen van de tweede inkeping.
Inkeping voor het vellen van de boom zagen:
Zaag de inke-
ping voor het vellen van de boom (
Y
) minstens 50 mm boven
de horizontale inkeping. Zaag vervolgens de inkeping voor het
vellen van de boom parallel aan de horizontale inkeping. Zaag
de inkeping voor het vellen van de boom slechts zo diep in, dat
er nog een verbindingsstuk (valrand) blijft staan, dat als
scharnier kan werken. Het verbindingsstuk verhindert, dat de
boom draait en in de verkeerde richting valt. Zaag het verbin-
dingsstuk niet door.
Als de inkeping voor het vellen van de boom in de buurt van
het verbindingsstuk komt, moet de boom met vallen begin-
nen.
– Als blijkt dat de boom mogelijk niet in de gewenste richting
valt of terughelt en de zaagketting vastklemt, onderbreekt
u het zagen van de inkeping voor het vellen van de boom en
schakelt u de kettingzaag uit. Gebruik spieën (
Z
) van hout,
kunststof of aluminium om de inkeping te openen en de
boom in de gewenste valrichting te doen omslaan.
– Als de boom niet begint te vallen wanneer de inkeping voor
het vellen van de boom in de buurt van het verbindingsstuk
komt, verwijdert u de kettingzaag uit de zaagopening en
schakelt u de zaag uit. Breng de boom vervolgens ten val
door het inslaan van een spie (
Z
) in de horizontale inke-
ping.
Als de boom begint te vallen, verwijdert u de kettingzaag uit
de inkeping (als u dat nog niet heeft gedaan). Schakel de ket-
tingzaag uit en leg deze neer. Verlaat de gevarenzone via de
geplande vluchtweg. Let op omlaag vallende takken en zorg
ervoor dat u niet struikelt.
Takken van de gevelde boom afzagen (zie afbeelding K)
Na het vellen zaagt u de takken van de gevelde boom. Laat
grote naar onderen gerichte takken, die de boom steunen,
eerst staan. Zaag kleine takken volgens de afbeelding in één
keer af. Zaag onder spanning staande takken van onderen
naar boven om vastklemmen van de zaagketting te voorko-
men.
Boomstam in stukken zagen (zie afbeeldingen L – O)
Vervolgens zaagt u de gevelde boom in stukken. Let erop dat
u stevig staat en dat u uw lichaamsgewicht gelijkmatig over
beide voeten verdeelt. Leg indien mogelijk takken, balken of
spieën onder de stam om deze te steunen. Houd u aan de aan-
wijzingen voor gemakkelijk zagen.
Als de totale lengte van de boomstam gelijkmatig wordt on-
dersteund, zaagt u van bovenaf.
Als de boomstam aan één kant hoger ligt, zaagt u eerst een
derde van de stamdiameter vanaf de onderkant en vervolgens
de rest vanaf de bovenkant ter hoogte van de zaagsnede on-
der.
Als de boomstam aan twee kanten wordt ondersteund, zaagt
u eerst twee derde van de stamdiameter vanaf de bovenkant
en vervolgens een derde vanaf de onderkant ter hoogte van
de zaagsnede boven.
Ga bij zaagwerkzaamheden op een helling altijd hoger dan de
boomstam staan. Verminder de aandrukkracht wanneer de
stam bijna is doorgezaagd en blijf de handgrepen van de ket-
tingzaag stevig vasthouden, zodat u tijdens het moment van
doorzagen de controle over de machine behoudt. Let erop dat
de zaagketting de grond niet raakt. Wacht na het doorzagen
tot de zaagketting tot stilstand is gekomen, voordat u de ket-
tingzaag verwijdert. Schakel de motor van de kettingzaag al-
tijd uit voordat u naar de volgende boom gaat.
OBJ_BUCH-716-004.book Page 89 Tuesday, August 23, 2011 3:50 PM

90
| Nederlands
1 609 929 V11 | (23.8.11)
Bosch Power Tools
Storingen opsporen
De volgende tabel toont u storingsverschijnselen, de mogelijke oorzaak daarvan en de correcte oplossing, mocht het elektrische
gereedschap eens niet correct werken. Neem contact op met een servicewerkplaats als u het probleem hiermee niet zelf kunt
verhelpen.
f
Let op: Schakel het elektrische gereedschap uit en trek de netstekker uit het stopcontact voordat u op zoek gaat naar
de fout.
Onderhoud en service
Onderhoud en reiniging
f
Let op! Schakel het elektrische gereedschap uit en trek
de netstekker uit het stopcontact voordat u onder-
houds- of reinigingswerkzaamheden uitvoert. Hetzelf-
de geldt als de stroomkabel beschadigd, doorgesneden
of in de war is.
f
Houd het elektrische gereedschap en de ventilatieope-
ningen altijd schoon om goed en veilig te werken.
Opmerking:
Voer de volgende onderhoudswerkzaamheden
regelmatig uit, zodat u verzekerd bent van een lang en pro-
bleemloos gebruik.
Controleer de kettingzaag regelmatig op zichtbare gebreken,
zoals een losse, versleten of beschadigde zaagketting, losse
bevestiging en versleten of beschadigde onderdelen.
Let er bij de demontage van de zaagketting op dat deze eerst
met de kettingspanring
13
wordt ontstpannen. Demontage
zonder vooraf ontspannen kan tot beschadiging van de ket-
tingzaag leiden.
Controleer of afschermingen en veiligheidsvoorzieningen niet
beschadigd zijn en juist zijn aangebracht. Voer voor het ge-
bruik eventueel noodzakelijke onderhouds- of reparatiewerk-
zaam-heden uit.
Mocht de kettingzaag ondanks zorgvuldige productie- en test-
methoden toch defect raken, moet de reparatie door een er-
kende klantenservice voor Bosch elektrische gereedschap-
pen worden uitgevoerd.
Opmerking:
Maak voor verzending van een kettingzaag altijd
de olietank leeg. Neem daarvoor de zeef uit de tank, maak de-
ze leeg en zet de zeef vervolgens weer in.
Vermeld bij vragen en bestellingen van vervangingsonderde-
len altijd het uit tien cijfers bestaande zaaknummer volgens
het typeplaatje van de kettingzaag.
Symptomen
Mogelijke oorzaak
Oplossing
Kettingzaag loopt niet
Terugslagrem geactiveerd
Trek de voorste handbescherming
5
in stand
n
te-
rug zodat de rode stip
26
bedekt wordt
Stekker niet aangesloten
Sluit de stekker aan
Stopcontact defect
Gebruik een ander stopcontact
Zekering doorgeslagen
Vervang de zekering
Verlengkabel beschadigd
Probeer het zonder verlengkabel
Kettingzaag werkt met onder-
brekingen
Netsnoer defect
Netsnoer controleren, indien nodig laten vervangen
Extern of intern los contact
Neem contact op met de erkende Bosch-klanten-
service
Aan/uit-schakelaar
3
defect
Neem contact op met de erkende Bosch-klanten-
service
Zaagketting droog
Geen olie in de olietank
Olie bijvullen
Ontluchting in olietankdop
4
verstopt
Olietankdop
4
reinigen
Olieafvoerkanaal verstopt
Olieafvoerkanaal reinigen
Zaagketting wordt niet afge-
remd
Terugslagrem of snelstop defect
Neem contact op met de erkende Bosch-klanten-
service
Zaagketting of geleidingsral
heet
Geen olie in de olietank
Olie bijvullen
Ontluchting in olietankdop
4
verstopt
Olietankdop
4
reinigen
Olieafvoerkanaal verstopt
Olieafvoerkanaal reinigen
Kettingspanning te hoog
Kettingspanning instellen
Zaagketting stomp
Zaagketting slijpen of vervangen
Kettingzaag trekt, trilt of
zaagt niet goed
Kettingspanning te laag
Kettingspanning instellen
Zaagketting stomp
Zaagketting slijpen of vervangen
Zaagketting versleten
Zaagketting vervangen
Zaagtanden wijzen in de verkeerde richting Zaagketting juist monteren
OBJ_BUCH-716-004.book Page 90 Tuesday, August 23, 2011 3:50 PM

Nederlands |
91
Bosch Power Tools
1 609 929 V11 | (23.8.11)
Zaagketting en zwaard vervangen of keren
(zie afbeelding A)
Controleer de zaagketting en het zwaard volgens het gedeelte
„Zaagketting spannen”.
De geleidingssleuf van het zwaard verslijt in de loop van de
tijd. Draai het zwaard 180° bij het vervangen van de zaagket-
ting om de slijtage te compenseren. De kettingspannok
22
moet op het zwaard omgemonteerd worden.
Controleer het kettingwiel
18
. Als het wiel door de grote be-
lasting versleten of beschadigd is, moet het door een klanten-
servicewerkplaats vervangen worden.
Slijpen van de zaagketting
De zaagketting kan bij elke erkende klantenservicewerkplaats
voor Bosch elektrische gereedschappen op vakkundige wijze
worden geslepen. Met de Bosch-kettingslijpvoorziening of de
Dremel-Multi met slijptoebehoren 1453 kunt u de ketting ook
zelf slijpen. Neem de daarbij gevoegde slijphandleiding in
acht.
Automatische smering controleren
U kunt de werking van de automatische kettingsmering con-
troleren door de zaag in te schakelen en deze met de punt
vlakbij een stuk karton of papier op de vloer te houden. Raak
de vloer niet met de ketting aan en houd een veiligheidsaf-
stand van 20 cm aan. Als hierbij een toenemend oliespoor
zichtbaar wordt, werkt de automatische smering correct. Als
er ondanks een volle olietank geen oliespoor zichtbaar wordt,
lees dan het gedeelte „Storingen opsporen” of neem contact
op met de Bosch-klantenservice.
Na de werkzaamheden. Opbergen
Reinig het vormkunststofhuis van de kettingzaag met behulp
van een zachte borstel en een schone doek. Gebruik geen wa-
ter, oplosmiddel of polijstmiddel. Verwijder alle verontreini-
gingen, in het bijzonder van de ventilatieopeningen van de
motor.
Demonteer na een gebruiksduur van 1 – 3 uur de afdekking
15
, het zwaard
11
en de zaagketting
10
en reinig deze met
behulp van een borstel.
Verwijder met een borstel al het vastzittende materiaal onder
de afscherming
15
, het kettingwiel
18
en de zwaardbevesti-
ging. Maak de oliesproeier
19
schoon met een schone doek.
Als het kettingspanmechanisme in de afscherming
15
moei-
lijk loopt, verwijdert u het deksel
27
en verdraait u de
spangreep
14
en de kettingspanring
13
ten opzichte van el-
kaar, zodat vastzittend vuil binnenin het mechanisme losraakt
en naar buiten kan vallen. Klop de afschermng
15
licht uit. Als
het mechanisme ernstig vastgekleefd is, gebruikt u voor de
reiniging een zachte borstel of perslucht, maar in geen geval
ander gereedschap. (zie afbeelding J)
Als de kettingzaag langdurig moet worden opgeborgen, rei-
nigt u de zaagketting
10
en het zwaard
11
.
Bewaar de kettingzaag op een veilige plaats droog en buiten
bereik van kinderen.
Let erop dat u de kettingzaag altijd horizontaal met de olie-
tankdop
4
naar boven neerzet.
Als u de kettingzaag in de verkoopverpakking bewaart, moet u
de olietank zonder rest leegmaken.
Toebehoren
Zaagketting
voor zwaard 350 mm . . . . . . . . . . . . . . . . . . . F 016 800 239
voor zwaard 400 mm . . . . . . . . . . . . . . . . . . . F 016 800 240
Zwaard met zaagketting
350 mm. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . F 016 800 241
400 mm. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . F 016 800 242
Overig toebehoren
Kettingslijp- en reinigingsset . . . . . . . . . . . . . F 016 800 263
Zaagkettinghechtolie, 1 liter . . . . . . . . . . . . . 2 607 000 181
Zaagkettinghechtolie, 5 liter . . . . . . . . . . . . . F 016 800 111
Werkhandschoenen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2 607 000 134
Veiligheidsbril . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . F 016 800 178
Gehoorbescherming SNR 19 . . . . . . . . . . . . . 2 607 990 042
Gehoorbescherming SNR 24 . . . . . . . . . . . . . 2 607 990 043
Transportbeveiliging. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1 605 510 329
Klantenservice en advies
Onze klantenservice beantwoordt uw vragen over reparatie
en onderhoud van uw product en over vervangingsonderde-
len. Explosietekeningen en informatie over vervangingson-
derdelen vindt u ook op:
www.bosch-pt.com
De medewerkers van onze klantenservice adviseren u graag
bij vragen over de aankoop, het gebruik en de instelling van
producten en toebehoren.
Nederland
Tel.: +31 (076) 579 54 54
Fax: +31 (076) 579 54 94
E-mail: gereedschappen@nl.bosch.com
België
Tel.: +32 2 588 0589
Fax: +32 2 588 0595
E-mail: outillage.gereedschap@be.bosch.com
Afvalverwijdering
Elektrische gereedschappen, toebehoren en verpakkingen
moeten op een voor het milieu verantwoorde wijze worden
hergebruikt.
Gooi elektrische gereedschappen niet bij het huisvuil.
Alleen voor landen van de EU:
Volgens de Europese richtlijn 2002/96/EG
over elektrische en elektronische oude ap-
paraten en de omzetting van de richtlijn in
nationaal recht moeten niet meer bruikbare
elektrische gereedschappen apart worden
ingezameld en op een voor het milieu ver-
antwoorde wijze worden hergebruikt.
Wijzigingen voorbehouden.
OBJ_BUCH-716-004.book Page 91 Tuesday, August 23, 2011 3:50 PM