Bosch FCS-320-TP Series Conventional Aspirating Smoke Detectors: Installatie
Installatie: Bosch FCS-320-TP Series Conventional Aspirating Smoke Detectors

58
nl
FCS-320-TP1 | FCS-320-TP2 | FCS-320-TT1 | FCS-320-TT2
F.01U.130.927 | 2.0 | 2010.12
Bosch Sicherheitssysteme GmbH
Installatie
Systeemoverzicht FCS-320-TP1 en FCS-320-TP2
Zie
Afbeelding 1, Pagina 4
Systeemoverzicht FCS-320-TT1 en FCS-320-TT2
Zie
Afbeelding 2, Pagina 4
Jumperbezetting
Zie
Afbeelding 4, Pagina 5
LET OP!
De installatie mag uitsluitend worden uitgevoerd door geautoriseerd en gespecialiseerd
personeel! Schakel het systeem uit voordat u de volgende werkzaamheden gaat verrichten. U
mag de detectormodule niet aansluiten of loskoppelen wanneer het systeem is ingeschakeld!
1
Bedrijfs-LED
2
Alarm-LED voor detectormodule 1
3
Alarm-LED voor detectormodule 2 (alleen voor FCS-320-TP2)
4
Verzamelstorings-LED
5
Voorbereide kabeldoorvoeren voor de aansluiting op brandmeldcentrale of
voedingsspanning
(ingang/uitgang)
6
Aansluiting buizensysteem 1
7
Aansluiting buizensysteem 2 (alleen vereist voor FCS-320-TP2)
8
Aansluiting voor luchtafvoerleiding
1
Bedrijfs-LED
2
Verzamelstorings-LED
3
Infoalarm-LED voor detectormodule 1
4
Vooralarm-LED voor detectormodule 1
5
Hoofdalarm-LED voor detectormodule 1
6
Weergave van rookniveau met 10 niveaus, detectormodule 1
7
Infoalarm-LED voor detectormodule 2 (alleen voor FCS-320-TT2)
8
Vooralarm-LED voor detectormodule 2 (alleen voor FCS-320-TT2)
9
Hoofdalarm-LED voor detectormodule 2 (alleen voor FCS-320-TT2)
10
Weergave van rookniveau met 10 niveaus, detectormodule 2 (alleen voor FCS-320-TT2)
11
Voorbereide kabeldoorvoeren voor de aansluiting op brandmeldcentrale of
voedingsspanning (ingang/uitgang)
12
Aansluiting buizensysteem 1
13
Aansluiting buizensysteem 2 (alleen vereist voor FCS-320-TT2)
14
Aansluiting voor luchtafvoerleiding
Ventilatorspanning jumper JU1:
Pin 1+2
6,9 V
Gesloten
9 V
Open
Verzamelstoringscontact jumper JU2: voor detectormodule
1
Pin 1+2
Pin 2+3
NC-contact
Gesloten
Open
NO-contact
Open
Gesloten
Verzamelstoringscontact jumper JU3: voor detectormodule
2
Pin 1+2
Pin 2+3
NC-contact
Gesloten
Open
NO-contact
Open
Gesloten
Aantal detectormodules jumper JU4:
Pin 1+2
1 detectormodule
Gesloten
2 detectormodules
Open

FCS-320-TP1 | FCS-320-TP2 | FCS-320-TT1 | FCS-320-TT2
nl
59
Bosch Sicherheitssysteme GmbH
F.01U.130.927 | 2.0 | 2010.12
Detectormodule installeren
Zie
Afbeelding 3, Pagina 4
:
1.
Open het apparaat door de snelsluitingen op de behuizing voorzichtig met een
schroevendraaier te ontgrendelen en de kap van de behuizing te verwijderen.
2.
Verwijder voorzichtig de aansluitkabel van de displayprintplaat op het moederbord
(aansluiting "DISPL.") en verwijder de kap van de behuizing.
1.
Spreid de bevestigingsbeugels van de detectormodule voorzichtig.
2.
Plaats voorzichtig de detectormodule, totdat deze hoorbaar op zijn plaats vastklikt.
Controleer of de gebruikte detectormodule stevig en veilig is bevestigd met behulp van
de beugels door de beugels met de hand nog eens samen te drukken.
3.
Sluit detectormodule 1 aan op de aansluiting "HEAD1" op het moederbord met behulp
van de platte kabel.
Varianten FCS-320-TP2 en FCS-320-TT2:
Sluit detectormodule 2 aan op de aansluiting "HEAD2" op het moederbord met behulp
van de platte kabel.
4.
Sluit de aansluitkabel van de displayprintplaat weer aan op de aansluiting "DISPL." op het
moederbord.
Instelling van de ventilatorspanning
Zie
Afbeelding 4, Pagina 5
: via jumper JU1 wordt de ventilatorspanning op het moederbord
ingesteld. De standaardinstelling is vetgedrukt.
Aantal detectormodules
Zie
Afbeelding 4, Pagina 5
: Het aantal detectormodules is in de fabriek ingesteld, afhankelijk
van de modelvariant (jumper JU4 op het moederbord van het apparaat).
AANWIJZING!
Alleen DM-TP-50(80), DM-TP-10(25) en DM-TP-01(05) detectormodules met VdS-goedkeuring
mogen worden gebruikt in de FCS-320-TP1/TP2. Alleen DM-TT-50(80), DM-TT-10(25) en
DM-TT-01(05) detectormodules met VdS-goedkeuring mogen worden gebruikt in de
FCS-320-TT1/TT2. De detectormodule-instellingen worden geconfigureerd via de DIP-switch
op de detectormodule. De gevoeligheidswaarde is gebaseerd op metingen tijdens standaard
testbranden (vorige waarde tussen haakjes).
AANWIJZING!
Varianten
FCS-320-TP2
en FCS-320-TT2
:
Deze apparaten worden in de fabriek voorbereid voor de installatie van twee detectormodules:
-
De ventilatorafdekkingen van beide aanzuigbuizen zijn verwijderd.
-
Voor beide aansluitingen voor de buizensystemen wordt in de fabriek een opening
gemaakt.
-
Het pinpaar op jumper JU4 is open (zie
Afbeelding 4, Pagina 5
).
Ventilatorspanning
Jumper JU1, pin nr. 1+2
6,9 V X
9 V
O
X = pinpaar gesloten / O = pinpaar open
Variant
Aantal detectormodules
Jumper JU4, pin nr. 1+2
FCS-320-TP1 / FCS-320-TT1
1 detectormodule
X
FCS-320-TP2 / FCS-320-TT2
2 detectormodules
O
X = pinpaar gesloten / O = pinpaar open

60
nl
FCS-320-TP1 | FCS-320-TP2 | FCS-320-TT1 | FCS-320-TT2
F.01U.130.927 | 2.0 | 2010.12
Bosch Sicherheitssysteme GmbH
Installeren van de unit
1.
Markeer eerst duidelijk de bevestigingspunten op de montageplaats, die zijn aangegeven
op het apparaat. Gebruik de meegeleverde boorsjabloon als hulpmiddel. Om te zorgen
voor een stevige, trillingsarme bevestiging, moet het apparaat met vier schroeven (max.
6 mm
∅
voor wandmontage en max. 4 mm
∅
voor MT-1 apparaathouders) worden
vastgezet.
2.
Bevestig het apparaat stevig aan de muur of op de apparaathouder met vier voor deze
installatiemethode geschikte schroeven. Zorg ervoor dat het apparaat niet onder
mechanische spanning wordt vastgezet en dat de schroeven niet te strak worden
vastgedraaid, anders kan er schade optreden of kunnen er ongewenste resonerende
geluiden ontstaan.
Om oneffenheden te compenseren en/of trillingen te voorkomen moeten (apart te
bestellen) trillingsdempers gebruikt worden.
3.
Druk met een schroevendraaier de benodigde kabelingangen voorzichtig uit de behuizing
(max. 5 x M20 en 2 x M25).
4.
Voorzie de kabeldoorvoer(en) waar nodig van M20- of M25-aansluitingen (2 x M25 en 1 x
M20, meegeleverd) door ze in de desbetreffende kabeldoorvoer(en) te drukken.
5.
Voer de aansluitkabel(s) (max. 2,5 mm
2
) door de voorbereide M20 of M25 aansluitingen
en in het apparaat. Knip ze af op de gewenste lengte aan de binnenkant van het apparaat.
6.
Sluit de unit aan volgens onderstaande instructies.
FCS-320-TP/-TT Serie aansluiten
Zie
Afbeelding 4, Pagina 5
:
AANWIJZING!
-
Bij de keuze van de installatieplaats moet er rekening mee worden gehouden dat de
indicatoren van het apparaat goed zichtbaar moeten zijn.
-
Houd er bij het ontwerp rekening mee dat de ventilatoren van de unit een geluidsniveau
van ongeveer 45 dB(A) produceren.
-
De luchtuitlaat van het systeem mag niet afgedekt worden. De afstand tussen de
luchtuitlaat en de naastgelegen componenten, bijv. een muur, moet ten minste 10 cm
bedragen.
-
Het rookaanzuigsysteem kan worden gemonteerd met het aanzuigsysteem omhoog of
omlaag gericht (hiervoor moet de kap van de behuizing 180° gedraaid worden). Als de
aanzuigbuis naar beneden wordt gericht, dient u ervoor te zorgen dat er geen vuil in de
luchtafvoerleiding komt, die dan naar boven is gericht.
-
Het rookaanzuigsysteem wordt óf direct tegen de muur vastgeschroefd met het
achterpaneel óf gemonteerd met behulp van de apparaathouder type MT-1, bijv. op
frames (zie
Afbeelding 5, Pagina 5
: 1 = horizontale installatie , 2 = verticale installatie).
Klem
Klemmenblok X6
Functie
1
Al 1
NO-contact voor 1e alarmrelais
2
C-contact voor 1e alarmrelais
3
NC-contact voor 1e alarmrelais
4
+ Ext. Displ.1
Nevenindicator voor 1e detectormodule
5
- Ext. Displ.1
6
+ Reset
+24 V reset-ingang
7
- Reset
0 V reset-ingang
8
+ 24V
+24 V voeding
9
- 24V
0 V voeding

FCS-320-TP1 | FCS-320-TP2 | FCS-320-TT1 | FCS-320-TT2
nl
61
Bosch Sicherheitssysteme GmbH
F.01U.130.927 | 2.0 | 2010.12
FCS-320-TP/-TT Serie aansluiten
Zie
Afbeelding 4, Pagina 5
:
Parameters instellen met DIP-switch
De parameters van het rookaanzuigsysteem worden ingesteld met de DIP-switch op de
detectormodules. Voor elke situatie zijn de standaardinstellingen vetgedrukt aangegeven.
Selecteer alle overige parameters (zie tabellen).
Klem
Klemmenblok X7
1
Fault 2
Storingscontact voor 2e detectormodule
2
3
Al 2
NO-contact voor 2e alarmrelais
4
C-contact voor 2e alarmrelais
5
NC-contact voor 2e alarmrelais
6
+ Ext. Displ.2
Nevenindicator voor 2e detectormodule
7
- Ext. Displ.2
8
Fault 1
Storingscontact voor 1e detectormodule
9
Gevoeligheid
DIP-instellingen
DM-TP-01(05)
DM-TT-01(05)
DM-TP10(25)
DM-TT-10(25)
DM-TP50(80)
DM-TT-50(80)
Switch 1
Switch 2
0,12 %/m(0,4 %/m) 0,8 %/m(2 %/m)
aan
aan
0,06 %/m(0,2 %/m) 0,4 %/m(1 %/m)
uit
aan
0,03 %/m(0,1 %/m) 0,2 %/m(0,5 %/m)
1,0 %/m(1,6 %/m)
aan
uit
0,015 %/m(0,05 %/
m)
0,1 %/m(0,25 %/m)
0,5 %/m(0,8 %/m)
uit
uit
Alarmvertraging
DIP-instellingen
Switch 3
Switch 4
0 seconden
uit
uit
10 seconden
aan
uit
30 seconden
uit
aan
60 seconden
aan
aan
Activeringsdrempel bij luchtstroomstoring
DIP-instellingen
Switch 5
Switch 6
Laag (+/- 10% verandering van luchtstroomvolume)
aan
uit
Gemiddeld (+/- 20% verandering van
luchtstroomvolume)
uit
aan
Hoog (+/- 30% verandering van luchtstroomvolume)
uit
uit
Zeer hoog (+/- 50% verandering van
luchtstroomvolume)
aan
aan
Vertraging voor luchtstroomstoring
DIP-instellingen
Switch 7
Switch 8
30 seconden
uit
aan
2 minuten
aan
uit
15 minuten
aan
aan
60 minuten
uit
uit
Logboekregistratie van
storingen
DIP-instellingen
LOGIC·SENS filter
DIP-instellingen
Switch 9
Switch 10
niet opslaan
uit
uit
uit
opslaan
aan
aan
aan
AANWIJZING!
De gevoeligheidswaarde is gebaseerd op metingen tijdens standaard testbranden (vorige
waarde tussen haakjes).
De activeringsdrempel voor de luchtstroomstoring is standaard ingesteld op 20% verandering
van het luchtstroomvolume. Hogere waarden zijn niet toegestaan binnen EN 54-20.

62
nl
FCS-320-TP1 | FCS-320-TP2 | FCS-320-TT1 | FCS-320-TT2
F.01U.130.927 | 2.0 | 2010.12
Bosch Sicherheitssysteme GmbH
Ingebruikname
Zie
Afbeelding 5, Pagina 5
:
1.
Controleer het systeem na de montage met de FAS-ASD-DIAG Diagnosesoftware.
2.
Het apparaat moet eerst minimaal 30 min in bedrijf zijn geweest voordat de luchtstroom
kan worden geïnitieerd om het apparaat op bedrijfstemperatuur te brengen.
3.
Om het aangesloten buizensysteem te initialiseren drukt u op de flow-init-toets S2 (zie
Afbeelding 5, Pagina 5
) op de betreffende detectormodule totdat de groene bedrijfs-LED
op het apparaat begint te knipperen. De initialisering is na ca. 10 seconden gereed. Na
succesvolle initialisering gaat de LED permanent branden.
4.
Tijdens en na de initialisering mag het buizensysteem meer niet worden veranderd. Dit
geldt ook voor de ventilatorspanning na de initialisering. Anders moet de
initialiseringsprocedure worden herhaald.
Problemen oplossen met knippercodes
Storingen en apparaatstatussen worden weergegeven met de knippercodes van LED's op de
detectormodule:
Technische specificaties
Knippercodes van LED's op de detectormodule.
1 x knipperen
Luchtstroominitialisatie (flow-init) actief
2 x knipperen
Luchtstroom te klein (verstopping)
3 x knipperen
Luchtstroom te groot (breuk)
4 x knipperen
Uploaden van apparaat (ca. 2 minuten)
Permanent
branden
Hardwaredefect in de detectormodule
LED-knippercode op het moederbord (LED1/LED2)
1 x knipperen
Fout: interne spanningsbewaking 1
2 x knipperen
Fout: interne spanningsbewaking 2
3 x knipperen
Fout: ventilatorspanningsbewaking
4 x knipperen
Fout: spanningsbewaking luchtdrukcorrectie
5 x knipperen
Softwarefout
6 x knipperen
Interne fout 1
7 x knipperen
Interne fout 2
8 x knipperen
Uploaden van apparaat (ca. 2 min)
Voeding
14 VDC tot 30 VDC
Nominale voedingsspanning
24 VDC
Max. stroomverbruik (bij 24 V)
FCS-320
-TP1/-TT1
FCS-320
-TP2/-TT2
-
Startstroom 6,9 V (zonder resetprint)
300/300 mA 320/330 mA
-
Startstroom 9 V (zonder resetprint)
300/300 mA 320/330 mA
-
In stand-by, ventilatorspanning 6,9 V (zonder resetprint)
200/200 mA 220/230 mA
-
In stand-by, ventilatorspanning 9 V (zonder resetprint)
275/260 mA 295/310 mA
-
Bij alarm, ventilatorspanning 6,9 V (zonder resetprint)
210/230 mA 240/290 mA
-
Bij alarm, ventilatorspanning 9 V (zonder resetprint)
285/290 mA 315/370 mA
Stroomverbruik van resetprint
Max. 20 mA
Max. draaddiameter
2,5 mm
2
Materiaal van behuizing
Kunststof (ABS)
Kleur van behuizing
Papyruswit, RAL 9018
Beschermingsklasse conform EN 60529
IP 20
Toegestaan temperatuurbereik
-
FCS-320 Serie Rookaanzuigsysteem
-20 °C tot +60 °C
-
PVC-buizensysteem
-10°C tot +60°C
-
ABS-buizensysteem
-40°C tot +80°C
Toegestane relatieve vochtigheid (niet-condenserend)
10 tot 95 %
Geluidniveau
45 dB(A)
Levensduur van de ventilator (12 V)
43.500 uur bij 24 °C