Pioneer DEH-1700UB: Verbindingen/installatie

Verbindingen/installatie: Pioneer DEH-1700UB

Verbindingen/installatie

Verbind de gele kabel niet met de accu

Verbindingen

door deze door het gat naar het

motorcompartiment te voeren.

Belangrijk

Dek alle losgekoppelde

Wanneer dit toestel wordt geïnstalleerd

kabelconnectors af met isolatietape.

in een wagen zonder ACC (accessoire)-

Sluit kabels nooit kort.

positie van de contactschakelaar en als

Verwijder de isolatie van de

de rode kabel niet wordt verbonden met

voedingskabel van dit toestel niet om

de aansluiting die de bediening van de

de stroomtoevoer met andere

contactschakelaar detecteert, kan de

apparaten te delen. De stroomcapaciteit

accu leeglopen.

van de kabel is beperkt.

Gebruik een zekering van de

voorgeschreven waarde.

Verbind de negatieve luidsprekerkabel

nooit rechtstreeks met aarde.

Voeg nooit negatieve kabels van

Als dit toestel wordt gebruikt in andere

meerdere luidsprekers samen.

omstandigheden dan hierna vermeld,

Als het toestel ingeschakeld is, worden

kan er brand of een storing optreden.

stuursignalen via de blauw/witte kabel

Wagens met een 12 Volt accu en

verstuurd. Verbind deze kabel met de

negatieve aarding.

systeemafstandsbediening van een

Luidsprekers van 50 W

externe eindversterker of met het

(uitgangswaarde) en 4 Ω tot 8 Ω

relaiscontact voor de automatische

(impedantiewaarde).

antenne (max. 300 mA 12 V gelijkstroom).

Om kortsluiting, oververhitting of storing

Als de wagen uitgerust is met een

te voorkomen, dient u de volgende

ruitantenne, moet verbinding worden

richtlijnen op te volgen.

gemaakt met de voedingsaansluiting van

Koppel de negatieve pool van de accu

de antennebooster.

los voor u met de installatie begint.

Verbind de blauw/witte kabel nooit met

Zet de bedrading vast met

de voedingsaansluiting van een externe

kabelklemmen of kleefband. Wikkel

eindversterker. Verbind deze kabel ook

kleefband rond bedrading die in

nooit met de voedingsaansluiting van de

contact komt met metalen delen om de

automatische antenne. Hierdoor zou de

Nederlands

bedrading te beschermen.

accu leeglopen of zou er een storing

Plaats alle kabels op een veilige afstand

optreden.

van bewegende delen, zoals de

De zwarte kabel is aarde. Aardingskabels

schakelhendel en de stoelrails.

voor dit toestel en andere uitrusting (met

Plaats alle kabels op een veilige afstand

name producten die veel stroom trekken

van hete plaatsen, dus niet nabij de

zoals eindversterkers) moeten

uitgang van de verwarming.

afzonderlijk worden aangesloten. Anders

kan er, wanneer ze toevallig loskomen,

brand of een storing optreden.

11Nl

ACC-positie Geen ACC-positie

Geel

Dit toestel

Verbinden met de constante 12 V

voedingsaansluiting.

Rood

Accessoire (of reserve)

Rood

Verbinden met de aansluiting die door

de contactschakelaar wordt gestuurd

Stroomkabelingang

(12 V gelijkstroom).

Achteruitgang of subwooferuitgang

Verbind draden van dezelfde kleur met

Antenne-ingang

elkaar.

Zekering (10 A)

Zwart (chassisaarde)

Ingang draadafstandsbediening (niet

Blauw/wit

beschikbaar voor DEH-1700UBA)

De penpositie van de ISO-connector is

Een vast bedrade

afhankelijk van het wagentype. Verbind

afstandsbedieningsadapter kan worden

en wanneer pen 5 een

aangesloten (afzonderlijk verkocht).

antennestuurtype is. In een ander

wagentype mag u en nooit

Stroomkabel

verbinden.

Blauw/wit

Verbinden met de

systeembedieningsaansluiting van de

eindversterker (max. 300 mA 12 V

gelijkstroom).

Blauw/wit

Verbinden met het relaiscontact voor

de automatische antenne (max. 300 mA

12 V gelijkstroom).

Geel/zwart (niet beschikbaar voor DEH-

1700UBA)

Als u uitrusting gebruikt met een

stilschakelfunctie, verbind u deze draad

met de stilschakeldraad op de

uitrusting. Als er geen stilschakelfunctie

is, mag de stilschakeldraad niet worden

aangesloten.

Luidsprekerdraden

Wit: links voor

Wit/zwart: links voor

Naar stroomkabelingang

Grijs: rechts voor

Afhankelijk van het soort wagen kan de

Grijs/zwart: rechts voor

functie van en verschillend zijn.

Groen: links achter of subwoofer

In dit geval dient u te verbinden met

Groen/zwart: links achter of

en met .

subwoofer

Geel

Violet: rechts achter of subwoofer

Reserve (of accessoire)

Violet/zwart: rechts achter of

Gebruik geen ongeoorloofde

subwoofer

onderdelen, want dit kan tot storingen

ISO-connector

leiden.

In sommige wagens is de ISO-

Raadpleeg uw verdeler als u voor de

connector in twee gesplitst. In dit geval

installatie gaten moet boren of andere

dient u verbinding te maken met beide

wijzigingen aan de wagen moet

connectoren.

aanbrengen.

Installeer het toestel niet op de volgende

OPMERKINGEN

plaatsen:

Wijzig het beginmenu van dit toestel. Zie

waar het de goede werking van de

[SP-P/O MODE] (pagina 5). De

wagen kan storen.

subwooferuitgang van dit toestel is

waar passagiers gekwetst kunnen

mono.

geraken bij bruusk afremmen.

Wanneer u een subwoofer van 70 W (2 Ω)

De halfgeleiderlaser raakt beschadigd als

gebruikt, dient u de subwoofer te

hij te warm wordt. Installeer dit toestel op

verbinden met de violette en violet/

een veilige afstand van hete plaatsen,

zwarte draden van dit toestel. Sluit niets

zoals de uitgang van de verwarming.

aan op de groene en groen/zwarte

Optimale prestaties zijn

draden.

verzekerd wanneer het

toestel in een hoek van

Eindversterker (afzonderlijk

minder dan 60° wordt

verkocht)

geïnstalleerd.

Voer deze verbindingen uit wanneer u de

Tijdens de installatie dient u voor een

optionele versterker gebruikt.

goede warmteafvoer bij het gebruik van

het toestel te zorgen. Voorzie daartoe

voldoende vrije ruimte achter het

achterpaneel en wikkel alle losse kabels

op, zodat ze de ventilatieopeningen niet

blokkeren.

Systeemafstandsbediening

Verbinden met blauw/witte kabel.

Eindversterker (afzonderlijk verkocht)

Verbinden met RCA-kabels (afzonderlijk

verkocht)

Naar achteruitgang of

subwooferuitgang

Achterluidspreker of subwoofer

DIN-voor- of -achterchassis

Installatie

Dit toestel kan degelijk worden

geïnstalleerd in een voorchassis of

Belangrijk

achterchassis.

Controleer alle verbindingen en

Gebruik in de handel verkrijgbare

systemen voor de definitieve installatie.

onderdelen voor de installatie.

12Nl

Voorzie

voldoende

5 cm

ruimte

5 cm

DIN-voorchassis

Het toestel verwijderen

1 Steek de installatiekoker in het

1 Verwijder het sierkader.

dashboard.

Voor installatie in ondiepe ruimtes

gebruikt u de meegeleverde

installatiekoker. Als er voldoende ruimte

is, gebruikt u de installatiekoker die bij

de wagen werd geleverd.

2 Zet de installatiekoker vast door de

metalen lippen 90° te plooien met een

Sierkader

schroevendraaier.

Gekeepte lip

Door het voorpaneel los te maken,

kunt u gemakkelijker bij het sierkader

komen.

Wanneer het sierkader wordt

teruggezet, moet de kant met de

gekeepte lip omlaag wijzen.

2 Steek de meegeleverde uittrekspieën

in beide zijden van het toestel tot ze

Dashboard

op hun plaats klikken.

Installatiekoker

3 Trek het toestel uit het dashboard.

Controleer of het toestel degelijk

geïnstalleerd is. Een onstabiele

installatie kan leiden tot verspringen

of andere storingen.

DIN-achterchassis

1 Bepaal de positie waar de gaten in de

beugel en de zijkant van het toestel

overeenkomen.

2 Draai aan elke kant twee schroeven

vast.

Tappende schroef (5 mm × 8 mm)

Montagebeugel

Dashboard of console