Karcher Aspirateur de voirie IC 15-240 W Classic: Elementen voor de bediening en de functies Voor de inbedrijfstelling

Elementen voor de bediening en de functies Voor de inbedrijfstelling: Karcher Aspirateur de voirie IC 15-240 W Classic

background image

     

3

1 Dissel

2 Opbergvak

3 Stoeprand-oprijdhulp (optie) *

4 Apparaatkap

5 Afvalreservoir

6 Zuigkop

7 Handgreep filterreiniging (optie, aanbouw-

set fijnstoffilter) *

8 Remveer

9 Vrijloophefboom

10 Accu

11 Brandstoftank

12 Tanksluiting

13 Brandstofkraan

14 Grove filter (optie, aanbouwset fijnstoffilter) 

*

15 Zwaailicht (optie) *

16 Blaaspijp (optie, aanbouwset bladblazer)

17 Zuigbuis

18 Greep

19 Klep grof afval

20 Zuigslang

21 Luchtafvoeropeningen voor zuigwerking

22 Gereedschaphouder (voor bezem, 

schop,...)

23 Kapsteun

24 Opbergvak voor reservebus van 5 liter 

(LxBxH: 165x147x247 mm) 

25 Ontgrendeling / rem

26 Gashefboom

27 Contactslot

28 Zekering elektrische starter, 15 A (aan 

de achterkant)

29 Handgreep apparaatkap

30 Choke

31 Bedrijfsurenteller

* Bij 1.183-904,0 meegeleverd

Gevaar

Verwondings- en beschadigingsgevaar! 

Geen vorkheftruck gebruiken om het appa-

raat te lossen.

Ga bij het afladen als volgt te werk:

Kunststof pakband opensnijden en folie 

verwijderen.

Spanbandbevestiging bij de aanslag-

punten verwijderen.

Bevestiging van het voorste wiel verwij-

deren.

Vrijloophefboom voor het bewegen van 

het apparaat zonder eigen aandrijving 

instellen (zie onderaan).

Apparaat vooruit van het pallet rijden.

Zuigkop naar boven zwenken.

Deksel van het afvalreservoir sluiten.

Afvalreservoir naar achteren uit het ap-

paraat trekken.

Accuzuur in accu doen (zie Hoofdstuk 

Verzorging en Onderhoud).

Zwarte aardingskabel met de batterij 

verbinden en klemschroef aanspannen.

Afvalreservoir in het apparaat schuiven.

Deksel van het afvalreservoir openen.

Zuigkop naar omlaag zwenken.

Vrijloophefboom voor het bewegen van 

het apparaat met eigen aandrijving in-

stellen (zie onderaan).

Het apparaat kan op 2 manieren bewogen 

worden:

(1) Apparaat schuiven (zie Machine zonder 

zelfaandrijving bewegen).

(2) Apparaat verrijden (zie Machine met 

zelfaandrijving bewegen).

Elementen voor de bediening en de functies Voor de inbedrijfstelling

Afladen

49 NL

Оглавление