LG CV09 – страница 10
Инструкция к Кондиционеру LG CV09
MANUTENÇÃO E SERVIÇOS
25
Conselhos de Utilização!
Não sobre arrefeça a divisão.
Mantenha as cortinas e per-
Mantenha a temperatura uni-
sianas fechadas.
forme.
Não é bom para a saúde e
desperdiça electricidade.
Não deixe que a luz directa
Ajuste a direcção do fluxo de
entre na divisão quando o ar
ar horizontal e vertical para as-
condicionado está em utiliza-
segurar uma temperatura uni-
ção.
forme na divisão.
Certifique-se que as portas e
Limpe o filtro de ar regularmente.
Ventile a divisão ocasional-
janelas estão devidamente
mente.
Bloquear o filtro de ar reduz o
fechadas.
fluxo de ar e baixa os efeitos
Se as janelas forem mantidas
Evite abrir portas e janelas o
de arrefecimento e desumidifi-
fechadas, é boa ideia abri-las e
mais possível para manter o ar
cação. Limpe pelo menos uma
ventilar a divisão ocasional-
fresco na divisão.
vez em cada duas semanas.
mente.
Quando o ar condicionado não
Informação útil
funciona....
A relação dos filtros de ar e a sua conta de
electricidade.
Se os filtros de ar ficarem obstruídos com pó,
a capacidade de arrefecimento cairá e 6% da
Quando o ar condicionado não vai
electricidade utilizada na utilização do ar condi-
ser utilizado durante um longo
cionado será desperdiçada.
período de tempo.
- Utilize o ar condicionado de acordo com as
Quando o ar condicionado for nova-
definições seguintes durante 2 a 3 horas.
mente utilizado.
Tipo de utilização: Modo de utilização da
- Limpe o filtro de ar e instale a unidade inte-
ventoinha. (Consulte a página "Modo de
rior. (Consulte a página "Modo de Venti-
PORTUGUESE
Ventilação")
lação")
Isto secará os mecanismos internos.
- Verifique se a entrada/saída de ar da unidade
- Desligue o disjuntor.
não estão bloqueadas.
- Verifique se o fio de terra está devidamente
!
CUIDADO
conectado. Pode estar conectado na lateral
da unidade interior.
Desligue o interruptor quando o ar condi-
cionado não for utilizado durante um longo
período de tempo.
Pode acumular-se pó e provocar incêndios.
- Remova as baterias do Controlo Remoto.
MANUTENÇÃO E SERVIÇOS
26
Conselhos para Resolução de Problemas! Poupe Tempo e Dinheiro!
Verifique os seguintes pontos antes de solicitar reparações ou serviços. Se o problema persistir,
por favor contacte o seu revendedor.
O ar condicionado não
A divisão apresenta
Parece que existe
O ar condicionado não
funciona.
um odor peculiar.
uma fuga de conden-
funciona durante 3
sação do ar condi-
minutos quando reini-
- Enganou-se ao pro-
- Verifique se é liber-
cionado.
cia.
gramar a temporiza-
tado um odor a hu-
ção?
midade das paredes,
-
A condensação ocorre
-
Trata-se da protecção
da alcatifa, dos
quando o fluxo de ar
do mecanismo.
- O fusível queimou
móveis ou de objec-
do ar condicionado ar-
ou o disjuntor de cir-
- Aguarde cerca de
tos húmidos exis-
refece o ar quente da
cuito foi activado?
três minutos até a
tentes na divisão.
divisão.
operação começar.
Não refrigera nem
O funcionamento do
Ouviu um Crack.
O visor do painel de
aquece com eficácia.
ar condicionado é
controlo aparece apa-
- Este som é gerado
barulhento.
gado ou pouco visível.
-
O filtro de ar está sujo?
pela expansão/con-
Consulte as instruções
- Para um ruído semel-
tracção do painel
- As pilhas estão gas-
de limpeza do filtro.
hante a água a fluir.
frontal, etc., devido a
tas?
mudanças de tem-
- A divisão podia estar
* É o ruído do Fréon
- As pilhas estão in-
peratura.
muito quente
a fluir dentro da
seridas nas di-
quando o AWHP foi
unidade de ar
recções opostas (+)
ligado pela primeira
condicionado.
e (-)?
vez. Aguarde algum
- Para um ruído semel-
tempo até arrefecer.
hante a ar comprim-
Luz de sinal de Filtro
- A temperatura foi
ido libertado para a
(LED) está LIGADA.
definida incorrecta-
atmosfera.
- Limpe o filtro, pres-
mente?
-
Trata-se do som da
sione o botão Timer
- As aberturas de en-
água de desumidifi-
e o botão ◀ no con-
trada e saída de ar da
cação a ser processada
trolo remoto com
PORTUGUESE
unidade interna
no interior da unidade
fios em simultâneo.
estão obstruídas?
de ar condicionado.
Contacte imediatamente a assistência nas seguintes situações
- Algo anormal está a acontecer, como cheiro a queimado, um forte ruído, etc. Pare a unidade e
desligue o disjuntor. Nunca tente reparar por si próprio, nem reiniciar o sistema nestes casos.
- O cabo eléctrico principal está demasiado quente ou danificado.
- O código de erro é gerado por autodiagnóstico.
- Existem fugas de água da unidade interior mesmo quando a humidade é baixa.
- Qualquer interruptor, disjuntor (de segurança, terra) ou fusível deixou de funcionar adequada-
mente.
O utilizador deve realizar uma inspecção e uma limpeza de rotina para evitar o mau desempenho da unidade.
No caso de uma situação especial, o trabalho deve ser realizado apenas por pessoal de assistência.
GEBRUIKERSHANDLEIDING
AIRCOSYSTEEM
NEDERLANDS
Lees deze handleiding zorgvuldig door voordat u het aircosysteem
in gebruik neemt en bewaar deze handleiding ook voor later gebruik.
Type: voor verlaagde plafonds & staande Airconditione
voor verlaagde plafonds Airconditione
www.lg.com
TIPS VOOR ENERGIEBESPARING
2
TIPS VOOR ENERGIEBESPARING
Hier volgen enkele tips die u helpen om het energieverbruik te minimaliseren wanneer u de air-
conditioner gebruikt. U kunt uw airconditioner efficiënter gebruiken door de onderstaande instruc-
ties te op te volgen :
• Koel niet overmatig. Dit kan schadelijk zijn voor uw gezondheid en u verbruikt meer energie.
• Blokkeer het zonlicht met zonneschermen of gordijnen wanneer u de airconditioner gebruikt.
• Houd deuren en ramen goed gesloten wanneer u de airconditioner gebruikt.
•
Pas de luchtstroom verticaal of horizontaal aan voor een goede circulatie van de lucht in de ruimte.
•
Verhoog de ventilatorsnelheid om de ruimte in een kort tijdsbestek snel te verwarmen of te koelen.
• Open regelmatig een raam om te ventileren, aangezien de luchtkwaliteit in de ruimte kan ver-
slechteren als u de airconditioner uren achtereen gebruikt.
• Maak het luchtfilter om de twee weken schoon. Het stof en de onzuiverheden die in het
luchtfilter worden opgevangen, kunnen de luchtstroom blokkeren of een negatieve invloed
hebben op de koel-/ontvochtigingsfuncties.
NEDERLANDS
Voor uw eigen administratie
Niet de aankoopbon aan deze pagina voor het geval u deze nodig hebt om de aanschafdatum aan te
tonen of voor garantiedoeleinden. Noteer hier het modelnummer en het serienummer :
Modelnummer :
Serienummer :
Deze gegevens staan op een label aan de zijkant van elke unit.
Naam van de dealer :
Aankoopdatum :
BELANGRIJKE VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
3
BELANGRIJKE VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
LEES ALLE INSTRUCTIES VOORDAT U HET APPARAAT IN GEBRUIK NEEMT.
Houd u altijd aan de volgende voorzorgsmaatregelen en gebruikstips om gevaarlijke situaties te
vermijden en ervoor te zorgen dat het product optimaal presteert.
!
WAARSCHUWING
Als u een waarschuwing negeert, kan dit leiden tot ernstig letsel of de dood.
!
LET OP
Als u de instructies negeert, kan dit leiden tot gering letsel of schade aan het product.
!
WAARSCHUWING
• De installatie van of reparatie aan het product door niet-gekwalificeerde personen kan gevaar-
lijke situaties voor u en anderen opleveren.
•
Het product moet worden geïnstalleerd conform de bedradingsrichtlijnen van het desbetreffende land.
• De informatie in de handleiding is bedoeld voor een gekwalificeerde servicemonteur die bek-
end is met de veiligheidsprocedures en beschikt over het juiste gereedschap en de juiste
testinstrumenten.
• Wanneer u de instructies in deze handleiding niet nauwkeurig leest of opvolgt, werkt het ap-
paraat mogelijk niet naar behoren of kan dit leiden tot materiële schade, letsel of de dood.
Installeren
• Gebruik geen defecte of te laag gewaardeerde stroomonderbreker. Installeer dit apparaat in
een speciaal daarvoor bestemde groep. Als u deze waarschuwing negeert loopt u risico op
brand of een elektrische schok.
• Roep voor elektrische installatie- of reparatiewerkzaamheden de hulp in van de dealer, de
leverancier, een gekwalificeerde elektricien of een erkend installatiebureau. Demonteer of re-
pareer het product niet zelf. Als u deze waarschuwing negeert loopt u risico op brand of een
elektrische schok.
• Dit apparaat moet altijd worden geaard. Als u deze waarschuwing negeert loopt u risico op
brand of een elektrische schok.
NEDERLANDS
• Zet het paneel en de afdekplaat van de bedieningseenheid stevig vast. Als u deze
waarschuwing negeert loopt u risico op brand of een elektrische schok.
• Laat altijd een afzonderlijke groep inclusief stroomonderbreker installeren. Een verkeerde
bedrading of installatie kan brand, kortsluiting en elektrisch schokgevaar veroorzaken.
• Gebruik een stroomonderbreker of zekering van de juiste waarde. Als u deze waarschuwing
negeert loopt u risico op brand of een elektrische schok.
• Vervang of verleng de netvoedingskabel niet. Als u deze waarschuwing negeert loopt u risico
op brand of een elektrische schok.
• Als gebruiker mag u het ventilatiesysteem niet zelf installeren, verwijderen of opnieuw in-
stalleren. U loopt risico op brand-, schok- en explosiegevaar en persoonlijk letsel.
•
Wees voorzichtig bij het uitpakken en installeren van het product. U kunt zich aan de scherpe ran-
den verwonden. Pas op voor de randen van de behuizing en de condensor- en verdampervinnen.
• Neem voor de installatie contact op met de dealer of een erkend servicecenter. Er bestaat
gevaar van brand, schok, explosie en persoonlijk letsel.
BELANGRIJKE VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
4
• Installeer het aircosysteem niet in een bouwvallige structuur. Dit kan verwondingen, een
ongeval of beschadiging van het ventilatiesysteem veroorzaken.
• Zorg ervoor dat de installatiestructuur niet geleidelijk in verval raakt. De airconditioner kan
tegelijk met de installatiestructuur vallen, onklaar raken en materiële schade en persoonlijk let-
sel veroorzaken.
•
Laat het aircosysteem niet langdurig werken als de luchtvochtigheid erg hoog is en er deuren of ramen
openstaan. Hierdoor kan er condensvorming op het meubilair ontstaan en is er kans op schade.
Bediening
• Zorg ervoor dat de netvoedingskabel tijdens het gebruik van het systeem niet kan worden los-
getrokken of beschadigd. Als u deze waarschuwing negeert loopt u risico op brand of een
elektrische schok.
•
Zet niets op de netvoedingskabel. Als u deze waarschuwing negeert loopt u risico op brand of een elektrische schok.
• Trek de stekker van de netvoedingskabel niet uit het stopcontact wanneer het systeem in
werking is. Als u deze waarschuwing negeert loopt u risico op brand of een elektrische schok.
• Raak of bedien het aircosysteem niet met natte handen (aan). Als u deze waarschuwing
negeert loopt u risico op brand of een elektrische schok.
• Plaats geen verwarmingsapparaten of andere toestellen in de buurt van de netvoedingskabel.
U riskeert hiermee u brand- en schokgevaar.
• Zorg ervoor dat de elektrische onderdelen van het aircosysteem niet nat worden. Daardoor
zou brand, kortsluiting en schok kunnen ontstaan en het uitvallen van het aircosysteem.
• Bewaar geen ontvlambare gassen en brandstoffen in de buurt van het aircosysteem. Daar-
door zou brand en het uitvallen van het aircosysteem kunnen ontstaan.
•
Gebruik het aircosysteem niet langdurig in een hermetisch gesloten ruimte. Hierdoor kan zuurstoftekort ontstaan.
• Als er een lek is van ontvlambaar gas, sluit dan de gaskraan en open de ramen om de ruimte
te ventileren voordat u het aircosysteem inschakelt. Gebruik de telefoon niet en zet geen
schakelaars aan of uit. Er kan een explosie of brand ontstaan.
•
Er komen vreemde geluiden of rook uit het aircosysteem. Schakel de centrale stroomonderbreker
uit of trek de netvoedingskabel uit het stopcontact. Er bestaat risico op brand en schok.
• Schakel het aircosysteem bij stormachtig weer uit. Verwijder zo mogelijk het aircosysteem bij
een stormwaarschuwing tijdig uit de vensteropening. Er kan materiële schade, uitvallen van
het product en kortsluiting ontstaan.
• Open het inlaatrooster van het aircosysteem niet als dit in werking is. Raak het elektrostatisch
filter niet aan, als het apparaat hiermee is uitgerust. Er bestaat risico op lichamelijk letsel, kort-
sluiting, schok en een defect aan het product.
NEDERLANDS
• Neem contact op met een erkend elektrotechnisch installatiebureau als het aircosysteem
geheel of gedeeltelijk onder water heeft gestaan. Als u deze waarschuwing negeert loopt u
risico op brand of een elektrische schok.
• Zorg ervoor dat er geen water in het product komt. Er bestaat risico op brand, kortsluiting,
schok en beschadiging van het aircosysteem.
• Ventileer het aircosysteem regelmatig als u het samen met een kachel e.d. Als u deze
waarschuwing negeert loopt u risico op brand of een elektrische schok.
• Zet de hoofdschakelaar uit tijdens een reinigings- of controlebeurt van het aircosysteem. Er
bestaat risico op een elektrische schok.
• Trek de netvoedingskabel uit het stopcontact of schakel de centrale stroomonderbreker uit als
het systeem lange tijd niet wordt gebruikt. Zodoende voorkomt u dat het product beschadigd
of defect raakt of onbedoeld wordt ingeschakeld.
• Zorg ervoor dat niemand op de buitenunit kan trappen of erover vallen. Hioerdoor riskeert u
persoonlijk letsel en beschadiging van het aircosysteem.
BELANGRIJKE VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
5
!
LET OP
Installeren
• Controleer na de installatie of eventuele reparaties het aircosysteem altijd op gaslekken (koelmid-
del). Wanneer het systeem te weinig koelmiddel bevat, kan de airconditioner beschadigd raken.
• Installeer altijd een afvoerbuis om condenswater correct af te voeren. Door een slechte aansluiting
kan lekkage ontstaan.
• Houd het aircosysteem altijd horizontaal – ook bij installatiewerkzaamheden. Zodoende voorkomt u
trillingen en lekkage.
• Installeer het aircosysteem niet op plaatsen waar het geluid of warme lucht van de buitenunit om-
wonenden kan hinderen. Hierdoor kunnen problemen met de buren ontstaan.
• Het apparaat moet altijd door minimaal twee personen worden getild en verplaatst. Hierdoor riskeert
u persoonlijk letsel.
• Installeer het aircosysteem niet waar het rechtstreeks blootstaat aan wind van zee (zoutinwerking).
Hierdoor riskeert u corrosie van het aircosysteem. Door toenemende corrosievorming op de con-
densor en de verdampervinnen gaat het aircosysteem slechter werken.
Gebruik
• Stel uw huid niet langdurig rechtstreeks bloot aan koude lucht. (Ga niet in de luchtstroom zitten.)
Dat is slecht voor de gezondheid.
• Gebruik het aircosysteem niet voor speciale toepassingen als voedselconservering, het bewaren
van kunstwerken e.d. Het is een aircosysteem voor de gemiddelde consument, niet een pre-
cisiekoelsysteem. Hierdoor riskeert u beschadiging of verlies van uw bezittingen.
• Blokkeer de luchtinlaat of luchtuitlaat niet. Hierdoor kan het product defect raken.
• Reinig het aircosysteem altijd met een zachte doek. Gebruik geen agressieve reinigingsmiddelen,
oplosmiddelen e.d. Hierdoor riskeert u brand, kortsluiting, schokgevaar en beschadiging van de kun-
ststof onderdelen van het product.
• Raak bij het verwijderen van het luchtfilter de metalen delen van het aircosysteem niet aan. Deze
zijn zeer scherp. Hierdoor riskeert u lichamelijk letsel.
• Trap niet op onderdelen van het aircosysteem en plaats er niets op (buitenunits). Hierdoor riskeert u
persoonlijk letsel en storingen van het aircosysteem.
• Breng het filter altijd zorgvuldig aan. Reinig het filter minstens elke veertien dagen of vaker als dat
nodig is. Een vuil filter vermindert de efficiëntie van het aircosysteem en kan storing of beschadiging
van het systeem veroorzaken.
•
Steek nooit uw vingers of een ander object in de luchtinlaat of luchtuitlaat terwijl het aircosysteem in
werking is. Het systeem bevat scherpe en bewegende onderdelen waaraan u zich kunt verwonden.
NEDERLANDS
• Drink geen water dat door het systeem wordt afgevoerd. Dit water is niet schoon en kan ernstige
gezondheidsproblemen veroorzaken.
• Ga bij het reinigen of controleren van het aircosysteem altijd op een stevige stoel of ladder staan.
Wees voorzichtig en zorg ervoor dat u zich niet bezeert.
• Vervang lege batterijen in de afstandsbediening door nieuwe van hetzelfde type. Gebruik geen oude
en nieuwe of verschillende typen batterijen door elkaar. Hierdoor kan brand of explosie ontstaan.
• Laad de batterijen niet op en haal ze niet uit elkaar. Gooi batterijen nooit in een vuur. Ze kunnen ex-
ploderen of in brand raken.
•
Als er vloeistof uit de batterijen op uw huid, kleding, meubels of vloerbedekking is gelekt, was deze
dan grondig met schoon water. Gebruik de afstandsbediening niet als de batterijen lekken. De chemi-
caliën in de batterijen kunnen brandwonden en andere gezondheidsproblemen veroorzaken.
• Als u vloeistof uit de batterijen binnenkrijgt, poets uw tanden en raadpleeg een arts. Gebruik de afs-
tandsbediening niet als de batterijen lekken. De chemicaliën in de batterijen kunnen brandwonden
en andere gezondheidsproblemen veroorzaken.
INHOUDSOPGAVE
6
INHOUDSOPGAVE
2 TIPS VOOR ENERGIEBE-
15 GEBRUIKERSHAND-
SPARING
LEIDING
15 Koelmodus - Standaardwerking
3
BELANGRIJKE VEILIGHEI-
15 Koelmodus - Extra koelen
DSVOORSCHRIFTEN
16 Verwarmingsmodus
7 VÓÓR GEBRUIK
17 De modus Automatisch overschakelen
7 De bediening voorbereiden
17 De modus Automatisch overschakelen
- De temperatuur voor de modusscha-
7 Gebruik
keling instellen
7 Reiniging en onderhoud
18 Automatische bedrijfsmodus
7 Service
19 Ontvochtigingsmodus
8 PROD-
20 Ventilatormodus
UCTVOORSTELLING
21 Temperatuurinstelling/
kamertemperatuur controleren
8 Naam en functie van onderdelen
22 Luchtstroominstellingen
8 Doe dit voordat u het aircosysteem in-
22
Schakelen tussen Celsius en Fahrenheit
schakelt
23 Timer
8 Statuslampjes voor bediening
9 Draadloze afstandsbediening
24 ONDERHOUD EN
SERVICE
11
BEDIENINGSINSTRUCTIES
25 Gebruikstips!
11 Het plaatsen van de batterijen
25 Wanneer de airconditioner niet werkt....
11 De draadloze afstandsbediening on-
NEDERLANDS
derhouden
26 Tips voor het oplossen van problemen!
Tijd en geld besparen!
12 INSTALLATIE-INS-
26 Vraag in de volgende gevallen onmid-
TRUCTIES
dellijk om deskundige service
12
Installatie-instellingen - De modus voor
de installatie-instellingen activeren
13 Installatie-instellingen - Codetabel
voor de installatie-instellingen
14 Installatie-instellingen - Adres van de
centrale besturing instellen
14 Installatie-instellingen - Adres van de
centrale besturing controleren
VÓÓR GEBRUIK
7
VÓÓR GEBRUIK
De bediening voorbereiden
• Laat de installatie uitvoeren door een installateur.
• Gebruik een afzonderlijke lichtnetgroep.
Gebruik
• Langdurige blootstelling aan een rechtstreekse luchtstroom is slecht voor uw gezondheid. Stel
bewoners, huisdieren en planten niet langdurig bloot aan een rechtstreekse luchtstroom.
• Om te voorkomen dat er een zuurstoftekort ontstaat, moet de kamer afdoende worden geven-
tileerd als zich daarin ook kachels of andere verwarmingsapparaten bevinden.
• Gebruik de airconditioner niet voor niet-gespecificeerde speciale toepassingen. Bijvoorbeeld
voor de opslag van precisieapparaten, voedsel, huisdieren, planten en kunstobjecten. Hierdoor
kunnen de items beschadigd raken.
Reiniging en onderhoud
• Raak de metalen onderdelen van het systeem bij het verwijderen van het filter niet aan. Bij het
hanteren van scherpe metalen randen kunt u een verwonding oplopen.
• Gebruik geen water om de binnenkant van de airconditioner schoon te maken. De isolatie kan
door contact met water beschadigd worden met schokgevaar als gevolg.
• Zorg ervoor dat de stroomvoorziening en de stroomonderbreker zijn uitgeschakeld voordat u
het systeem reinigt. De ventilator draait met zeer hoge snelheid wanneer het systeem in-
geschakeld is. U riskeert verwondingen als het aircosysteem tijdens het reinigen van de in-
wendige delen per abuis wordt ingeschakeld.
Service
NEDERLANDS
Neem voor reparaties en onderhoud contact op met een erkende servicedealer.
PRODUCTVOORSTELLING
8
PRODUCTVOORSTELLING
Naam en functie van onderdelen
Doe dit voordat u het aircosys-
teem inschakelt
1 Binnenunit
2 Buitenunit
3 Afstandsbediening
4 Aangezogen lucht
5 Uitgeblazen lucht
Als uw installatie een aangepast bedien-
6
Koelmiddelleiding, elektrische aansluitkabel
ingssysteem heeft, vraag uw LG dealer dan
naar de bediening die met uw systeem
7 Afvoerbuis
overeenkomt.
8 Aardleiding
Aard het systeem via de buitenunit om
elektrische schokken te voorkomen.
1 Unit met afstandsbediening
2 Unit zonder afstandsbediening
(parallelgeschakeld voor gelijktijdige bedi-
ening)
NEDERLANDS
6
7
4
2
5
1
4
3
8
Paarsysteem of gelijktijdig werkend systeem
A
1
2
Multisysteem
B
1
1
Statuslampjes voor bediening
Aan/uit : Licht op wanneer het systeem in werking is.
Filtersymbool : Licht 2400 uur na ingebruikname van de unit op.
Timer : Licht op wanneer de timer is ingeschakeld.
Ontdooiingsmodus : Licht op tijdens de ontdooiingsmodus of Hot Start. (type met
warmtepomp)
Geforceerde bediening : Bedoeld voor het bedienen van het aircosysteem wan-
neer de afstandsbediening om een of andere reden niet
kan worden gebruikt.
PRODUCTVOORSTELLING
9
1 PLASMA (OPTIONEEL)
Starten en stoppen van de plasma-reinig-
ingsfunctie.
2 JET COOL
Snelkoelen met zeer hoge ventilatorsnelheid.
3 BEDRIJFSMODUS SELECTEREN
Bedrijfsmodus selecteren.
4 FUNCTIE INSTELLEN
Hiermee kunt u de functies Auto Clean,
Smart Clean, Electric heater in- en
uitschakelen of de hoek van de afzonder-
lijke bladen bepalen.
5 LCD-VERLICHTING (optioneel)
Helderheid van het lcd-scherm instellen.
6 SMART CLEAN
Met deze toets schakelt u de functie Smart
Clean in en uit.
7 ALLES WISSEN
Alle timerfuncties wissen.
8 TEMPERATUURINSTELLING
Kamertemperatuur regelen.
9 AAN/UIT
Bestemd voor het in- en uitschakelen van
het aircosysteem.
10 SNELHEID BINNENVENTILATOR
Met deze toets kunt u vier ventilatorsnel-
heden instellen: langzaam, gemiddeld,
snel en afwisselend.
11 LUCHTSTROOM OP/NEER
Jaloeziebeweging starten of stoppen en
de richting van de luchtstroom instellen.
NEDERLANDS
12 LUCHTSTROOM LINKS/RECHTS
De richting van de horizontale lucht-
stroom (links/rechts) bepalen.
13 TIMER EN TIJDSINSTELLING
Start- en stoptijd en de slaapstand in-
stellen.
14 KAMERTEMPERATUUR CONTROLEREN
Kamertemperatuur controleren.
15 SCHAKELKNOP°C/°F
Schakelen tussen Celsius en Fahrenheit.
16 HERSTELLEN
Afstandsbediening resetten.
8
1
9
2
10
11
3
12
4
13
14
5
6
15
7
16
Bedrijfsmodus
Koelmodus
Automatische modus of automatisch overschakelen
Ontvochtigingsmodus
Verwarmingsmodus
Ventilatormodus
• Koelmodel( ), Model met warmtepomp( )
Draadloze afstandsbediening
Deze airconditioner is voorzien van een afstandsbediening voor de bediening van de basisfunc-
ties. Als u een bedrade afstandsbediening wilt gebruiken, moet u deze afzonderlijk aanschaffen.
PRODUCTVOORSTELLING
10
!
LET OP
• Richt de signaalontvanger op de draadafs-
tandsbediening om het aircosysteem te
bedienen.
• Het signaal van de afstandsbediening
heeft een maximaal bereik van ca. 7 m.
• Zorg ervoor dat tussen de afstandsbedi-
ening en de signaalontvanger niets in de
weg staat.
• Laat de afstandsbediening niet vallen en
gooi er niet mee.
• Leg de afstandsbediening niet in de zon
of in de buurt van een verwarming of een
andere warmtebron.
• Bescherm de signaalontvanger tegen
sterk dag- of lamplicht om storingen te
voorkomen. (ex:Voorbeeld: elektronische
snelstarter, ELBA, TL-lamp met
omvormer.)
!
OPMERKING
•
Zie voor meer informatie de handleiding
van de draadloze afstandsbediening.
•
De werkelijke uitvoering van het air-
cosysteem kan afhankelijk van het
model afwijken van de bovenstaande
afbeelding.
NEDERLANDS
BEDIENINGSINSTRUCTIES
11
BEDIENINGSINSTRUCTIES
Het plaatsen van de batterijen
Draadloze afstandsbedi-
Verwijder het batterijklepje door deze in de
eningOnderhoud
richting van de pijl te duwen.
Kies een geschikte plek uit waar het apparaat
Plaats de nieuwe batterijen en zorg ervoor dat
veilig en makkelijk te bereiken is.
de positieve (+) en negatieve polen (-) van de
Zet de houder stevig vast aan de muur met de
batterij correct geplaatst zijn.
bijgeleverde schroeven.
Plaats het klepje weer door het terug in posi-
Schuif de afstandsbediening in de houder.
tie te schuiven.
!
OPMERKING
• De afstandsbediening mag niet worden
blootgesteld aan direct zonlicht.
!
OPMERKING
• De signaalzender en ontvanger moeten
• Zorg ervoor dat u de batterijen vervangt
altijd schoon zijn om goed te kunnen
door hetzelfde type en dat u altijd twee
communiceren. Gebruik een zachte
batterijen van hetzelfde type gebruikt.
doek om deze schoon te maken.
• Als het systeem lange tijd niet wordt
• In geval sommige andere toepassingen
gebruikt, verwijdert u de batterijen om
ook met de afstandsbediening worden
de levensduur te sparen.
bediend, verandert u de positie van
deze apparaten of raadpleegt u uw ser-
• Als het weergavescherm van de afs-
NEDERLANDS
vicetechnicus.
tandsbediening minder helder wordt,
vervangt u beide batterijen.
INSTALLATIE-INSTRUCTIES
12
INSTALLATIE-INSTRUCTIES
Installatie-instellingen - De modus voor de installatie-instellin-
gen activeren
!
LET OP
De modus voor de installatie-instellingen is bedoeld om de detailfuncties voor de afstands-
bediening in te stellen. Als de modus voor de installatie-instellingen niet goed is ingesteld,
kan dit leiden tot problemen met het product, letsel of materiële schade. Deze instellingen
moeten worden opgegeven door een gecertificeerde installateur. Indien de installatie of
enige wijziging wordt uitgevoerd door een niet-gecertificeerde persoon, is deze aansprake-
lijk voor de resultaten. In dat geval kan er geen gratis service worden verleend.
1 Houd de toets VENTILATOR SNELHEID
ingedrukt en druk vervolgens op de toets
RESET.
2 Selecteer met de toets TEMPERATUURIN-
STELLING de functiecode en de in-
stellingswaarde. (Raadpleeg de codetabel
voor de installatie-instellingen.)
3 Druk een keer op de toets AAN/UIT in de
richting van de binnenunit
4 Zet de afstandsbediening terug naar de al-
gemene bedrijfsmodus.
Zie de codetabel voor de installatie-in-
stellingen op de volgende pagina.
NEDERLANDS
INSTALLATIE-INSTRUCTIES
13
Installatie-instellingen - Codetabel voor de installatie-instellingen
Codetabel voor de installatie-instellingen
Nr. Functie Functiecode Instellingswaarde LCD afstandsbediening
0 : Instellen als master
0 Modus negeren
0
1 : Instellen als slave
1 : Standaard
2 : Laag
Plafondhoogte
1
1
selecteren
3 : Hoog
4 : Zeer hoog
0 : Instellen als master
Groep beheren
2
1 : Instellen als slave
2 : Master/slave controleren
2
3 :
Aanvullende verwarming inschakelen
Aanvullende
4 :
Aanvullende verwarming annuleren
2
verwarming
5 :
Installatie aanvullende verwarming
controleren
Modus negeren
Deze functie is alleen beschikbaar op H/P-modellen die niet automatisch overschakelen van warm op koud.
Plafondhoogte selecteren
Het luchtvolume en de capaciteit van onze producten wordt aangepast op de plafondhoogte.
Er wordt meer of minder gekoeld/verwarmd afhankelijk van de hoogte van het plafond.
NEDERLANDS
- De beste koel-/verwarmprestaties worden geleverd bij de hoogste ventilatorsnelheid.
(Er kan wat geluid worden gemaakt, afhankelijk van de hoogte-instelling.)
Groep beheren
Deze functie is uitsluitend voor het beheren van groepen. Schakel deze functie niet in wan-
neer er geen groep wordt beheerd.
Nadat u de functie Groep beheren hebt ingesteld, schakelt u het apparaat uit en schakelt u
het na één minuut weer in.
Aanvullende verwarming
Deze functie kan alleen worden uitgevoerd voor modellen waarvoor de functie Aanvullende
verwarming is geactiveerd.
INSTALLATIE-INSTRUCTIES
14
Installatie-instellingen - Adres van centrale besturing instellen
1 Houd de toets MODUS ingedrukt en druk
vervolgens op de toets HERSTELLEN.
2 U kunt de toetsen voor de temperatuurin-
stelling gebruiken om het adres van de bin-
nenunit in te stellen.
• Instellingsbereik: 00 ~ FF
3 Nadat u het adres hebt ingesteld, drukt u
eenmaal op de toets AAN/UIT in de richt-
ing van de binnenunit.
4 De binnenunit geeft het ingestelde adres
weer om de adresinstelling te voltooien.
• De weergavetijd en -methode kunnen
verschillen, afhankelijk van het type bin-
nenunit.
5 Zet de afstandsbediening terug om de al-
gemene bedrijfsmodus te gebruiken.
Installatie-instellingen - Adres van de centrale besturing controleren
NEDERLANDS
1 Houd de toets PLASMA ingedrukt en druk vervolgens op de toets HERSTELLEN.
2 Richt de afstandsbediening op de binnenunit en druk één keer op de toets AAN/UIT. Het in-
gestelde adres van de binnenunit wordt weergegeven in het display.
• De weergavetijd en -methode kunnen verschillen, afhankelijk van het type binnenunit.
3 Zet de afstandsbediening terug om de algemene bedrijfsmodus te gebruiken.
GEBRUIKERSHANDLEIDING
15
GEBRUIKERSHANDLEIDING
Koelmodus
Koelmodus - Extra koelen
- Standaardbediening
NEDERLANDS
1 Druk op de toets AAN/UIT.
1 Druk op de toets AAN/UIT.
Het apparaat reageert met een piepsignaal.
Het apparaat reageert met een piepsignaal.
2 Druk op de toets MODUS om de
2 Druk op de toets MODUS om de
koelmodus te selecteren.
koelmodus te selecteren.
3 Stel de gewenste temperatuur in door op
3 Druk op de toets JET COOL. De unit ge-
de toets TEMP te drukken.
bruikt een superhoge ventilatorsnelheid in
Druk op de toets KAMERTEMPERATUUR
de koelmodus.
CONTROLEREN om de kamertemperatuur
•
Voor wandmodellen wordt deze modus voor
te controleren.
extra koeling gedurende 30 minuten uitgevoerd.
Wanneer de ingestelde temperatuur hoger
4 Als u de modus Extra koelen wilt
is dan de kamertemperatuur, wordt er
uitschakelen drukt u nogmaals op de toets
geen koude lucht de ruimte in geblazen.
JET COOL, op de ventilatortoets of op de
• Bereik temperatuurinstelling :
toets voor de temperatuurinstelling zodat
18~30°C(64~86°F)
de unit in de koelmodus naar de hoge ven-
tilatorsnelheid schakelt.
GEBRUIKERSHANDLEIDING
16
Verwarmingsmodus
Deze functie is alleen beschikbaar voor modellen met een warmtepomp.
1 Druk op de toets AAN/UIT.
Het apparaat reageert met een piepsignaal.
2 Druk op de toets MODUS om de verwarm-
ingsmodus te selecteren.
3 Druk op de toets TEMP om de gewenste
temperatuur te selecteren. Druk op de
toets KAMERTEMPERATUUR CONTROL-
EREN om de kamertemperatuur te control-
eren. Wanneer de ingestelde temperatuur
lager is dan de kamertemperatuur, wordt
er geen warme lucht de ruimte in
geblazen.
• Temperatuurbereik in de verwarm-
ingsmodus : 16~30°C (60°F~86°F)
4 Stel de ventilatorsnelheid nogmaals in. U
kunt vier ventilatorsnelheden selecteren:
langzaam, gemiddeld, snel of afwisselend.
Telkens wanneer u op de toets drukt,
wordt de ventilatorsnelheid gewijzigd.
NEDERLANDS
GEBRUIKERSHANDLEIDING
17
De modus Automatisch overschakelen
Deze functie is alleen beschikbaar op bepaalde modellen.
1 Druk op de toets AAN/UIT.
Het apparaat reageert met een piepsignaal.
2 Druk op de toets MODUS om de modus
Automatisch overschakelen te selecteren.
3 Stel de gewenste kamertemperatuur in.
• Temperatuurbereik voor de modus Au-
tomatisch overschakelen instellen :
18~30°C (64~86°F)
4 U kunt vier ventilatorsnelheden selecteren:
langzaam, gemiddeld, hoog en afwisse-
lend. Telkens wanneer u op de toets drukt,
wordt de ventilatorsnelheid gewijzigd.
Tijdens Automatisch overschakelen
• De airconditioner past automatisch de
bedrijfsmodus aan om de binnentem-
peratuur te handhaven. Wanneer de
kamertemperatuur meer dan ±2°C
afwijkt van de ingestelde kamertemper-
atuur, houdt de airconditioner de
kamertemperatuur binnen ±2°C van de
ingestelde kamertemperatuur via de
modus voor automatisch schakelen.
De modus Automatisch overschakelen - De temperatuur voor de
modusschakeling instellen
NEDERLANDS
Deze functie is voor het instellen van de modus voor Automatisch overschakelen.
1
Houd in de modus Automatisch overschakelen, de toets KAMERTEMPERATUUR CONTROLEREN drie sec-
onden ingedrukt. De eerder ingestelde temperatuur voor het wijzigen van de modus, wordt weergegeven.
2 Druk op de toetsen voor de temperatuurinstelling (TEMP) om de gewenste temperatuur voor
het wijzigen van de modus op te geven. (De standaardwaarde is 2°C )
De temperatuur voor het wijzigen van de modus, is het temperatuurverschil waarbij de air-
conditioner van de koelmodus naar de verwarmingsmodus schakelt, of andersom.
Voorbeeld: wanneer de temperatuur is ingesteld op 25°C en de kamertemperatuur 20°C is,
wordt de bedrijfsmodus verwarmen ingesteld. Als u voor het wijzigen van de
modus een temperatuur van 2°C opgeeft, wordt er naar de koelmodus
geschakeld zodra dit verschil is bereikt.
GEBRUIKERSHANDLEIDING
18
Automatische bedrijfsmodus
<Voor modellen met een warmtepomp>
U kunt de gewenste temperatuur en de snel-
heid van de binnenventilator instellen.
Bereik temperatuurinstelling :
18~30°C(64~86°F)
1 Druk op de toets AAN/UIT.
Het apparaat reageert met een piepsignaal.
2 Druk op de toets MODUS om de Automa-
NEDERLANDS
tische bedrijfsmodus te selecteren.
3 Stel de gewenste temperatuur in.
<Voor koelmodellen>
De temperatuur en de ventilatorsnelheid wor-
den uitgaande van de werkelijke kamertem-
peratuur automatisch elektronisch geregeld.
Als u het warm of koud hebt, drukt u op de
toetsen voor de temperatuurinstelling om
meer te koelen of te verwarmen.
U kunt de snelheid van de binnenventilator
niet aanpassen. Deze is al ingesteld door de
Automatische bedrijfsmodus.
❈ Selecteer de code afhan
-kelijk van uw gevoel.
Code Gevoel
2 Koud
1 Enigszins koel
0 Neutraal
-1
Enigszins warm
-2 Warm
Tijdens de Automatische bedrijfsmodus
• Als het systeem niet naar wens func-
tioneert, kunt u het met de hand naar
een andere stand overschakelen.
Het systeem schakelt niet automatisch
over van de koelmodus naar de ver-
warmingsmodus of van verwarmen
naar koelen; u moet de modus en de
gewenste temperatuur dan opnieuw in-
stellen.