Indesit PIM-640-A-(IX): Het installeren

Het installeren: Indesit PIM-640-A-(IX)

background image

NL

DE

61

Het installeren

!

 Bewaar dit boekje zorgvuldig voor eventuele verdere 

raadpleging. Wanneer u het product weggeeft, verkoopt, 

of wanneer u verhuist, dient u dit boekje bij het apparaat 

te bewaren zodat alle nodige informatie voorhanden blijft.

!

 Lees de gebruiksaanwijzingen zorgvuldig door: er 

staat belangrijke informatie in over installatie, gebruik en 

veiligheid.

De apparaten zijn gebruiksklaar gemaakt in de fabriek voor 

de functies (zie typeplaatje en plaatje van de gas instelling 

van het apparaat) :

•  Natuurlijk gas Categorie II2E+3+ voor Belgie;

•  Natuurlijk gas Categorie I2L voor Nederland.

Het is dus niet nodig verdere regelingen uit te voeren.

Plaatsing

!

 Het verpakkingsmateriaal is niet bestemd voor kinderen 

en dient daarom te worden weggegooid volgens de 

geldende normen voor gescheiden afvalverzameling ( zie 

Voorzorgsmaatregelen en advies).

!

 De installatie moet worden uitgevoerd door een bevoegde 

installateur en volgens de instructies van de fabrikant. Een 

verkeerde installatie kan schade berokkenen aan personen, 

dieren of dingen.

!

 dit apparaat mag alleen geïnstalleerd worden en 

funktioneren in goed geventileerde vertrekken volgens de 

voorschriften van de van kracht zijnde Normen:

•  NBN D51-003 e NBN D51-001 (voor België);

•  NEN-1078 (voor Nederland).

De volgende eisen moeten in acht genomen worden:

•  Het  vertrek  moet  voor  de  verbrandingsrook  over 

een afvoersysteem naar buiten toe beschikken. Dit 

kan gebeuren door middel van een afzuigkap of een 

elektrische ventilator die automatisch aangaan elke keer 

als het apparaat wordt aangezet.

In het gevaal van een schoorsteen of vertakte

rookleiding (gereserveerd voor fornuizen)

Rechtstreeks

naar buiten

•  Het vertrek moet een luchttoevoersysteem hebben dat 

dient voor de normale verbranding van het gas. De 

luchttoevoer die nodig is voor een normale verbranding 

moet niet minder dan 2 m

3

/h zijn per kW geïnstalleerd 

vermogen.

Dit systeem kan worden uitgevoerd 

door lucht direct van buiten te 

onttrekken door middel van een 

buis met een doorsnede van 

minstens 100 cm

2

 en die zodanig 

is geplaatst dat hij niet per ongeluk 

verstopt kan raken.

Een andere manier is door op 

indirecte wijze lucht te onttrekken 

aan de aangrenzende vertrekken die 

door middel van een ventilatiebuis, 

zoals boven beschreven, met 

buiten zijn verbonden en die geen 

gemeenschappelijke delen zijn van 

het huis en ook geen ruimtes met 

hoog brandgevaar of slaapkamers.

•  (voor  België)  De  gassen  van  vloeibaar  gemaakte 

gasmengsels (LPG) zijn zwaarder dan lucht en blijven 

laag hangen. Om deze reden moeten vertrekken waar 

LPG-flessen staan laag geplaatste ontluchtingsopeningen 

hebben voor het afvoeren van eventueel ontsnapt gas. 

Lege of halfvolle LPG-flessen mogen dus niet worden 

geïnstalleerd of bewaard in vertrekken die lager liggen 

dan de vloer (kelders, enz.). Het is beter alleen de in 

gebruik zijnde fles in het vertrek te bewaren, zodanig 

geplaatst dat hij niet in rechtstreeks contact staat met 

warmtebronnen  (oven, open haard, kachel, enz.) die 

hem tot temperaturen van meer dan 50°C zouden kunnen 

brengen.

Inbouw

Voor een juiste installatie van de kookplaat moeten de 

volgende voorzorgsmaatregelen in acht worden genomen:

•  De  meubels  die  direct  naast  de  kookplaat  staan  en 

hierboven uitsteken, moeten op minstens 600 mm van 

de rand van de plaat staan.

•  Een  afzuigkap  moet  worden  geïnstalleerd  volgens  de 

voorschriften die u kunt vinden in het instructieboekje 

van de afzuigkap zelf en in ieder geval op een afstand 

van minstens 650 mm van het keukenblad bevinden (zie 

afbeelding).

•  Hang de keukenkastjes naast de kap op een minimum 

hoogte van 420 mm van het keukenblad (zie afbeelding).

Als de kookplaat onder een 

keukenkastje wordt geplaatst, 

moet deze zich op een afstand 

van minstens 700 mm van het 

keukenblad bevinden.

•  De opening van het meubel moet de afmetingen hebben 

die in de afbeelding zijn aangegeven.

A

Voorbeelden 

ventilatie-opening

voor verbrandingslucht

Verhoging van de spleet

tussen deur en vloer

Aangrenzend

vertrek

Te ventileren

vertrek

600mm min.

420mm min.

650mm min.

background image

62

NL

DE

  De bevestigingsklemmen maken een bevestiging 

mogelijk van de kookplaat aan een keukenblad van 

tussen de 20 en 40 mm dik. Voor een goede bevestiging 

raden wij u aan alle bijgeleverde haken te gebruiken.

555 mm

55 mm

475 mm

Schema voor de bevestiging van de haken

20

30

Stand haak voor 

Stand haak voor

keukenblad 

H=20mm

 keukenblad 

H=30mm

Voor

40

Stand haak voor 

Achter

keukenblad 

H=40mm

!

 Gebruik de haken die u vindt in de “toebehorenverpakking”

•  Als  de  kookplaat  niet  boven  een  inbouwoven  wordt 

geïnstalleerd, moet u een houten isolatieplank aanbrengen. 

Deze moet op een minimum afstand van 20 mm van de 

onderkant van de kookplaat worden geplaatst.

Ventilatie

Om een goede ventilatie te bereiken moet u de achterkant 

van het meubel verwijderen. Het verdient de voorkeur de 

oven op twee houten balken te plaatsen, of eventueel op 

een enkele plank die een opening heeft van tenminste 45 

x 560 mm (zie afbeeldingen).

560 mm

.

45 mm.

Als de kookplaat wordt geïnstalleerd boven een inbouwoven 

die niet beschikt over een afkoelmechanisme met ventilator, 

moet de nodige ventilatie binnen het meubel worden bereikt 

door het creëren van openingen voor de toe- en afvoer van 

de lucht. (zie afbeeldingen).

!

  Het  is  alleen  mogelijk  de  PI  640 AST/PIM  640 AST 

kookplaat boven inbouwovens te installeren als deze zijn 

voorzien van afkoelingsventilatie.

Elektrische aansluiting

De kookplaten met driepolige voedingskabel werken met de 

wisselstroom, spanning en frequentie die aangegeven zijn 

op het typeplaatje (aan de onderkant van de kookplaat). De 

aarding van de kabel wordt aangegeven door de kleuren 

geel-groen. Als het fornuis wordt geïnstalleerd boven een 

inbouwoven moeten de elektrische aansluitingen van fornuis en 

oven apart worden uitgevoerd, zowel voor veiligheidsredenen 

als voor het eventueel makkelijker verwijderen van de oven.

Het aansluiten van de voedingskabel aan het elektrische 

net

Gebruik voor de voedingskabel een stekker die 

genormaliseerd is voor de lading aangegeven op het 

typeplaatje. 

Wanneer het apparaat rechtstreeks op het net wordt 

aangesloten moet u tussen het apparaat en het net een 

meerpolige schakelaar aanbrengen met een afstand 

tussen de contacten van minstens 3mm, aangepast aan 

het elektrische vermogen en voldoend aan de geldende 

normen (de aarding mag niet worden onderbroken door 

de schakelaar). De voedingskabel moet zodanig worden 

geplaatst dat hij nergens een temperatuur bereikt van 50°C 

hoger dan de kamertemperatuur.

!

 De installateur is verantwoordelijk voor een correcte 

elektrische aansluiting en het in acht nemen van de 

veiligheidsnormen.

Voor het aansluiten moet u controleren dat:

•  het stopcontact geaard is en voldoet aan de geldende 

normen;

•  het  stopcontact  in  staat  is  het  maximale  vermogen 

van het apparaat te dragen, zoals aangegeven op het 

typeplaatje;

•  de spanning zich bevindt tussen de waarden die staan 

aangegeven op het typeplaatje;

•  het  stopcontact  en  de  stekker  overeenkomen. Als 

dat niet zo is, dient u ofwel de stekker ofwel het 

stopcontact te vervangen; gebruik geen verlengsnoeren 

of dubbelstekkers.

background image

NL

DE

63

!

 Wanneer het apparaat geïnstalleerd is moeten het snoer 

en het stopcontact gemakkelijk te bereiken zijn.

!

 De kabel mag niet worden gebogen of samengedrukt.

!

 De kabel moet van tijd tot tijd worden gecontroleerd en 

mag alleen door erkende monteurs worden vervangen (zie 

Service).

!

 De fabrikant kan nergens aansprakelijk voor worden 

gesteld als deze normen niet worden nageleefd.

Gasaansluiting

De aansluiting van het apparaat aan de gasbuizen moet 

worden uitgevoerd zoals voorgeschreven door de geldende 

normen, en nadat men er zeker van is dat het fornuis is 

ingesteld voor het type gas dat men gaat gebruiken. In 

het omgekeerde geval  (voor België) gaat  u te werk zoals 

beschreven in de paragraaf “Aanpassing aan verschillende 

types gas”. 

Om het apparaat aan de gasbuizen 

aan te sluiten (II2E+3+ voor Belgie 

en I2L voor Nederland), dient men 

eerst de verbinder te monteren.”

R

” 

(Deze is op aanvraag verkrijgbaar 

bij de technische-service-dienst 

Ariston) Tevens dient men zijn 

pakking op de verbinder “

G

”,die 

er uit ziet als een “

L

” , van de 

voedings-struktuur te monteren. De verbinder is gedraad: 

rond mannelijk 1/2 gas. 

De aansluiting voert men uit met behulp van:

-  een onbuigbare buis (voor Belgie volgens de normen 

NBN D51-003)

-  of met een flexibile buis van roestvrij staal die in de muur 

zit en voortzet met bedradingsverbinder.

Daarbij dient het apparaat uitgerust te zijn van een 

gaskraantje (voor Belgie A.G.B.) die gemakkelijk draaibaar 

dient te zijn. Voor Nederland dient dit gaskraantje aan de 

huidige Nationale Normen te voldoen.

Aansluiting met onbuigzame buis (koper of staal)

!

 De aansluiting aan de gasleiding moet zodanig worden 

uitgevoerd dat het apparaat niet beweegt.

Op de voedingsstructuur van het apparaat bevindt zich een 

“L”-vormig, richtbaar verbindingsstuk waarvan de afdichting 

is verzekerd door een pakking. Als het verbindingsstuk 

gedraaid moet worden is het absoluut noodzakelijk de 

pakking te vervangen (bij het apparaat geleverd). Het 

verbindingsstuk waardoor het gas toegang krijgt tot het 

fornuis is voorzien van schroefdraad: 1/2 gas cilindrische 

schroefbout.

Aansluiting met een roestvrije stalen flexibele buis aan 

een onafgebroken wand voorzien van aanhechtingen 

met schroefdraad.

Het verbindingsstuk waardoor het gas toegang krijgt tot het 

fornuis is voorzien van schroefdraad: 1/2 gas cilindrische 

schroefbout.

De in werking stelling van deze buizen moet zodanig 

worden bewerkstelligd dat hun lengte in uitgerolde toestand 

niet meer dan 2000 mm is. Nadat de aansluiting heeft 

L

G

R

plaatsgevonden moet u controleren dat de flexibele metalen 

buis niet in contact komt met de beweegbare delen of dat 

hij vastgekneld raakt.

!

 Gebruik uitsluitend buizen en afdichtingen die voldoen 

aan de geldende landelijke normen.

Controleren gasdichtheid

!

 Nadat het installeren heeft plaats gevonden moet de 

perfecte gasdichtheid van alle verbindingsstukken worden 

gecontroleerd met een zeepoplossing en nooit met een vlam.

Aanpassen aan de verschillende soorten gas (voor 

België)

Voor het aanpassen van de kookplaat aan een ander soort 

gas dan waarvoor hij is bestemd (aangegeven op het 

typeplaatje aan de onderkant van de kookplaat of op de 

verpakking), moeten de straalpijpjes van de branders op 

de volgende wijze worden vervangen:

1. verwijder de roosters van de kookplaat en schuif de 

branders uit hun plaats.

2. schroef de straalpijpjes los met een steeksleutel van 

7mm en vervang ze met de straalpijpjes geschikt voor 

het nieuwe type gas (zie tabel 1 “Kenmerken van de 

branders en de straalpijpen”).

3. zet de onderdelen weer op hun plaats door de 

handelingen in omgekeerde volgorde uit te voeren.

4. aan het einde van deze handelingen moet u het oude 

etiket dat de gasinstelling aangeeft vervangen met het 

etiket dat overeenkomt met het nieuwe gas dat u gaat 

gebruiken, verkrijgbaar bij onze Technische Service 

Centers.

•  Regelen primaire lucht van de straalpijpjes (voor België)

De branders hebben geen regeling van de primaire lucht 

nodig.

•  Het regelen van de minimumstand (voor België)

1. Zet het kraantje op de minimumstand;

2. Verwijder de knop en draai aan 

het regelschroefje in of naast de 

spil van het kraantje totdat u een 

kleine, regelmatige vlam bereikt.

3. Controleer of de brander aanblijft als u de knop snel van 

hoog naar laag draait.

4. Als bij de apparaten met een veiligheidsmechanisme 

(thermo-element) dit systeem niet werkt als de branders 

op de minimum stand staan, moet u het minimum 

verhogen door aan de stelschroef te draaien.

background image

64

NL

DE

5. Als de regeling voltooid is moet u de zegels op de bypass 

schroefjes weer op hun plaats brengen met zegellak of 

dergelijk materiaal.

!

 Bij vloeibaar gas moet het regelschroefje geheel dicht 

worden geschroefd.

!

 Aan het einde van deze handelingen moet u het oude 

etiket van de gasinstelling vervangen met het etiket dat 

correspondeert met het nieuwe gas, verkrijgbaar bij onze 

Technische Service Centers.

!

 Als de gasdruk van het gebruikte gas verschillend (of 

variabel) is dan hetgeen is voorzien, moet op de toevoerbuis 

een drukteregelaar worden aangebracht die voldoet aan de 

geldende landelijke normen.

Elektrische 

aansluitingen

TYPEPLAATJE

zie typeplaatje

Dit apparaat voldoet aan de volgende EU 

Richtlijnen:

- 2006/95/EEG van 12/12/06 

(Laagspanning) en daaropvolgende 

wijzigingen

- 2004/108/EEG van 15/12/04 

(Elektromagnetische Compatibiliteit) en 

daaropvolgende wijzigingen

- 93/68/EEG van 22/07/93 en 

daaropvolgende wijzigingen.

- 2009/142/EEG van 30/11/09 (Gas) en 

daaropvolgende wijzigingen.

- 2012/19/EC en daaropvolgende 

wijzigingen.

background image

NL

DE

65

Merkmale der Brenner und Düsen

Tabel 1 (Voor Belgie)

Nominale (mbar)

Minimum (mbar)

Maximum (mbar)

28-30

20

35

37

25

45

20

15

25

Snel (Groot) (R)

Half snel (Medium) (S)

Hulp (Klein) (A)

Drievoudige ring (TC)

Spanning van voeding

Branders

Doorsenee

(mm)

Thermisch 

vermogen

kW (p.c.s.*)

100

75

55

130

3.00

1.90

1.00

3.25

Nom. Ger.

0.70

0.40

0.40

1.50

By-pass

1/100

(mm)

39

28

28

61

(1)

41

30

30

57

Straal.

1/100

Bereik*

g/h

(mm)

***

86

70

50

91

Straal.

1/100

Bereik*

l/h

(mm)

G20

116

106

79

133

286

181

95

309

25

15

30

G25

332

210

111

360

218

138

73

236

**

214

136

71

232

Vloeibaar gas

Natuurlijk gas

Tabel 1 (Voor Nederland)

Natuurlijk gas

Gaspit

Snel (R)

Half Snel (S)

Hulp (A)

Drievoudige Ring (TC)

Spanning

van

voeding

Bereik*

(l/h)

G25

332

210

111

360

Doorsenee

(mm)

100

75

55

130

Nom.

3,00

1,90

1,00

3,25

Gered.

0,70

0,40

0,40

1,50

Thermisch Vermogen

 kW (p.c.s.*)

Straal.

1/100

(mm)

116

106

79

133

Nominale (mbar)

Minimum (mbar)

Maximum (mbar)

25

20

30

A 15°C et 1013,25 mbar-gaz sec

Propane 

P.C.S. = 50,37 MJ/kg

Butane   

P.C.S. = 49,47 MJ/kg

Naturele G20 

P.C.S. = 37,78 MJ/m³

Naturele G25 

P.C.S. = 32,49 MJ/m³

(1) Allen voor apparaten met veiligheidsmechanisme om gaslekkages te voorkomen.

background image

66

NL

DE

S

S

A

R

S

A

R

S

S

A

TC

PI 640

PI 640 A

PI 640 IB

PI 640 AS

PI 640 A R

PI 640 S

PI 640 AS R

PIM 640 AS

PIM 640 S

PIM 640 AS EX

PIM 640 A

PI 631

PI 631 IB

PI 631 A

PI 631 AS

PIM 631 AS

PI 640 AST

PIM 640 AST

!

 De kookplaat PI 640 AST/PIM 640 AST kan worden geïnstalleerd boven een ingebouwde oven  op voorwaarde 

dat  deze voorzien is van afkoelingsventilatie.