Yamaha A-S201 Silver: INLEIDING

INLEIDING: Yamaha A-S201 Silver

INLEIDING

REGELAARS EN HUN FUNCTIES

Voorpaneel

1 A (aan/uit)

5 SLEEP-lampje

Schakelt het toestel in en uit, of activeert wachtstand.

Brandt als de sluimerklok ingeschakeld is

(zie bladzijde 11).

Opmerking

6 Multi-infoscherm

Zelfs indien het toestel in wachtstand staat, verbruikt het nog

Geeft gegevens weer tijdens het aanpassen of wijzigen

een kleine hoeveelheid stroom.

van instellingen.

2 Sensor voor de afstandsbediening

7 PURE DIRECT-lampje

Ontvangt infrarode signalen van de afstandsbediening.

Brandt als de functie Pure Direct is ingeschakeld.

3 STANDBY/ON-lampje

8 Voorpaneelscherm

Lampje Status

Geeft informatie weer over de status van het toestel.

Helder

Het toestel is ingeschakeld.

9 PURE DIRECT-knop

brandend

Geeft elke ingangsbron weer in de zuiverst mogelijke

Gedempt

Het toestel staat in wachtstand.

kwaliteit. (zie bladzijde 11).

Uit

Het toestel is uitgeschakeld.

Trek de stekker van het

netsnoer uit het stopcontact om

dit toestel uit te schakelen.

4 SP (SPEAKERS) A/B-lampjes

Branden afhankelijk van welke luidsprekers u hebt

geselecteerd.

Beide lampjes branden als beide luidsprekersets zijn

geselecteerd.

2 Nl

REGELAARS EN HUN FUNCTIES

INLEIDING

0 PHONES-aansluiting

C TREBLE –/+

Voert audio uit naar uw hoofdtelefoon zodat u pri

Verhoogt of verlaagt de versterking van de hoge

kunt luisteren.

tonen.

Bedieningsbereik: –10 dB tot +10 dB

Opmerking

D INPUT l / h

Druk op SPEAKERS A/B zodat de lampjes SP A/B (zie

bladzijde 2) uitgaan voordat u uw hoofdtelefoon aansluit op

Hiermee kiest u de ingangsbron waar u naar wilt

de PHONES-uitgang.

luisteren.

A SPEAKERS A/B

E VOLUME-regelaar

Schakelt telkens als de overeenkomstige knop wordt

Verhoogt of verlaagt het geluidsniveau.

ingedrukt de luidsprekerset in of uit die aangesloten is

op de SPEAKERS A- en/of SPEAKERS B-

aansluitingen op het achterpaneel (zie bladzijde

10

).

B BASS –/+

Verhoogt of verlaagt de versterking van de lage tonen.

Bedieningsbereik: –10 dB tot +10 dB

Nederlands

3 Nl

REGELAARS EN HUN FUNCTIES

Achterpaneel

1 Netsnoer

7 LINE 2-aansluitingen

Toestel aansluiten op een stopcontact (zie bladzijde 9).

PB-aansluitingen (Afspelen)

Hier sluit u audio-uitgangen van een audiocomponent

2 GND-aansluiting

aan.

Hier sluit u een platenspeler aan (zie bladzijde 8).

REC-aansluitingen (Opname)

3 PHONO-aansluitingen

Hier sluit u audio-ingangen van een audiocomponent

Hier sluit u een platenspeler aan (zie bladzijde 8).

aan.

4 CD-aansluitingen

8 SPEAKERS-aansluitingen

Hier sluit u een cd-speler aan (zie bladzijde 8).

Hier sluit u luidsprekers aan (zie bladzijde 8).

5 TUNER-aansluitingen

9 VOLTAGE SELECTOR (alleen voor het

Hier sluit u een tuner aan (zie bladzijde 8).

universele model)

6 LINE 1-aansluitingen

Hier sluit u audiocomponenten aan (zie bladzijde 8).

4 Nl

REGELAARS EN HUN FUNCTIES

Afstandsbediening

4 DIMMER

Druk meerdere malen op deze toets om één van de

INLEIDING

3 niveaus voor helderheid van het voorpaneelscherm

te selecteren.

y

Deze instelling wordt behouden, zelfs als u dit toestel

uitschakelt.

De helderste instelling is de standaardinstelling.

5 TREBLE –/+

Verhoogt of verlaagt de versterking van de hoge

tonen.

Bedieningsbereik: –10 dB tot +10 dB

6 BASS –/+

Verhoogt of verlaagt de versterking van de lage tonen.

Bedieningsbereik: –10 dB tot +10 dB

7 B / C / D / E / ENTER

Selecteert en bevestigt onderdelen in het optiemenu

(zie bladzijde 12).

8 MENU

Schakelt het optiemenu in en uit (zie bladzijde 12).

9 VOLUME +/

Verhoogt of verlaagt het geluidsniveau.

0 Invoerkeuzetoetsen

Hiermee kiest u de ingangsbron waar u naar wilt

luisteren.

y

De namen van de ingangsbronnen stemmen overeen met de

namen van de aansluitingen op het achterpaneel.

A BALANCE L/R

Regelt de geluidsbalans van de linker- en

rechterluidsprekers om onevenwichtig geluid te

compenseren.

Bedieningsbereik:

Algemene toetsen

(+20 dB) (midden) (+20 dB)

De volgende toetsen en onderdelen kunt u gebruiken,

De uitvoer via het andere

De uitvoer via het andere

ongeacht welke ingangsbron u hebt geselecteerd.

kanaal is uitgeschakeld.

kanaal is uitgeschakeld.

1 Infraroodsignaalzender

B PURE DIRECT-knop

Verzendt infrarode signalen.

Geeft elke ingangsbron weer in de zuiverst mogelijke

2

A (aan/uit)

kwaliteit (zie bladzijde 11).

Schakelt het toestel in en uit, of activeert wachtstand.

C MUTE

3 SLEEP

Hiermee schakelt u de uitvoer van geluid uit. Druk

Stelt de sluimerklok in (zie bladzijde 11).

nog eens op deze toets om de geluidsweergave te

hervatten op het oorspronkelijke volumeniveau.

Nederlands

Vervolg op de volgende pagina.

5 Nl

REGELAARS EN HUN FUNCTIES

Yamaha tuner bedieningstoetsen

Toetsen voor Yamaha cd-spelers

Met de volgende toetsen kunt u de functies van een

Met de volgende toetsen kunt u een Yamaha cd-speler

Yamaha tuner bedienen.

bedienen.

D TUNING jj / ii

E Bedieningstoetsen Yamaha cd-speler

Selecteert de afstemfrequentie.

s Stopt het afspelen

e Pauzeert het afspelen

A/B/C/D/E, PRESET j / i

p Start het afspelen

Selecteert een FM/AM-voorkeuzestation.

DISC SKIP Springt naar de volgende cd in een

A/B/C/D/E: selecteert de voorkeuzegroep van A tot E.

cd-wisselaar

PRESET j / i: Selecteert het voorkeuzenummer.

b Springt terug

BAND

a Springt vooruit

Selecteert de ontvangstband (FM/AM).

Voert de schijf uit

w Spoelt terug

MEMORY

f Speelt versneld vooruit

Slaat het huidige FM/AM-station op als voorkeuze.

Opmerking

INFO

Alleen het model voor Europa:

Ook al gebruikt u een Yamaha cd-speler, toch zijn bepaalde

Selecteert de informatie die op het voorpaneelscherm

componenten en functies misschien niet beschikbaar. Raadpleeg

de gebruiksaanwijzing bij uw component voor nadere informatie.

moet worden weergegeven.

Opmerking

Ook al gebruikt u een Yamaha-tuner, toch zijn bepaalde

componenten en functies misschien niet beschikbaar. Raadpleeg

de gebruiksaanwijzing bij uw component voor nadere informatie.

6 Nl

REGELAARS EN HUN FUNCTIES

De afstandsbediening gebruiken

Batterijen plaatsen Werkingsbereik

Richt de afstandsbediening binnen het hieronder

INLEIDING

weergegeven bedieningsbereik op de

afstandsbedieningssensor op het toestel.

Ongeveer

6 m

AA, R6, UM-3-batterijen

Afstandsbediening

Opmerkingen over de afstandsbediening en batterijen

Er mogen zich geen grote obstakels bevinden tussen de afstandsbediening en het toestel.

Mors geen water of andere vloeistoffen op de afstandsbediening.

Laat de afstandsbediening niet vallen.

Laat de afstandsbediening niet liggen en bewaar hem niet op de volgende plaatsen:

zeer vochtige plaatsen, bijvoorbeeld bij een badkamer

zeer warme plekken, zoals bij een kachel of fornuis

zeer koude plaatsen

stoffige plaatsen

Vervang alle batterijen als u merkt dat het werkingsbereik van de afstandsbediening kleiner wordt.

Als de batterijen leeg raken, haal ze dan onmiddellijk uit de afstandsbediening om ontploffing of zuurlekkage te voorkomen.

Als u lekkende batterijen vindt, doe de batterijen dan onmiddellijk weg waarbij u ervoor zorgt dat u het weggelekte materiaal niet

aanraakt. Als het weggelekte materiaal in contact komt met uw huid, uw ogen of uw mond, spoel het dan onmiddellijk weg en

raadpleeg een arts. Maak het batterijvak goed schoon voordat u nieuwe batterijen plaatst.

Gebruik geen oude en nieuwe batterijen door elkaar. Hierdoor kan de levensduur van de nieuwe batterijen verkort worden of kunnen

de oude batterijen gaan lekken.

Gebruik geen verschillende types batterijen door elkaar (zoals alkaline- en mangaanbatterijen). Batterijen die er hetzelfde uitzien,

kunnen een verschillende specificatie hebben.

Voordat u nieuwe batterijen plaatst, dient u het batterijvak schoon te vegen.

Voer batterijen af volgens de plaatselijke wet- en regelgeving.

Berg batterijen op buiten het bereik van kinderen.

Batterijen kunnen gevaarlijk zijn als een kind ze in de mond stopt.

Haal de batterijen uit het toestel als u van plan bent het toestel gedurende langere tijd niet te gebruiken. Anders lopen de batterijen

leeg en bestaat het gevaar van lekkage van batterijvloeistof met als gevolg mogelijke beschadiging van het toestel.

Nederlands

7 Nl