Festool PSBC 420 EB: 7 Instellingen

Festool

7 Instellingen: Festool PSBC 420 EB

background image

52

C A R V E X

NL

treffende bedrijfstoestand van het oplaadapparaat

weer.

6.4

Wandbevestiging oplaadapparaat

Het oplaadapparaat TRC 3beschikt aan de achter-

zijde over twee langgaten. Het kan met behulp van

twee schroeven (bijv. halfronde of vlakkopschroe-

ven met schachtdiameter 5 mm) aan een wand

worden opgehangen (zie afb. 

[3]

).

7 Instellingen

7.1

Gereedschap wisselen

Zaagblad selecteren

Plaats alleen zaagbladen met enkelnokken-

schacht (T-schacht). Het zaagblad dient niet

langer te zijn dan voor de bestemde zaags-

nede noodzakelijk is. Voor een betrouwbare gelei-

ding moet het zaagblad tijdens het zagen op ieder

punt aan de onderzijde van het werkstuk uitsteken.

Gebruik bij het werken met de verstek- en adap-

terzool alleen vertande zaagbladen. Wij raden

het Festool-zaagblad S 105/4 FSG aan.

Zaagblad plaatsen

Haal het accupack vóór de wisseling van ge-

reedschap altijd uit de machine!

Schuif zo nodig de bescherming tegen stof en

spanen 

[4-1]

 omhoog.

Schuif het zaagblad 

[4-4]

 met de tanden in de

zaagrichting tot aan de aanslag in de opening

[4-2]

.

Draai het zaagblad 

[4-4]

 ca. 30° met de klok

mee tot het inklikt.

Controleer of het zaagblad goed bevestigd is.

Een los zaagblad kan uit de machine vallen

en letsel toebrengen. 

Bij zeer korte zaagbladen is het nuttig de zaag-

tafel te verwijderen (zie hoofdstuk 7.4) voordat u

het zaagblad inbrengt.

Na iedere zaagbladwisseling de zaagbladgelei-

ding instellen:

De zaagbladgeleiding dient voor een betere gelei-

ding van het zaagblad.

Verwijder de zaagtafel (zie hoofdstuk 7.4).

Trek de schroef 

[4-6]

 met de inbussleutel 

[4-5]

aan, zodat de wangen 

bijna

 tegen het zaagblad

aanliggen.

Zaagblad uitwerpen

Houd het elektrisch gereedschap bij het uitwerpen

van het zaagblad zo, dat geen personen of dieren

door het uitgeworpen zaagblad gewond raken.

Schuif de zaagblad-uitwerping 

[4-3]

 tot aan de

aanslag naar voren.

De gereedschapwisseling is alleen in de boven-

ste stand van de gereedschapopname mogelijk.

Wanneer het zaagblad niet kan worden gewisseld:

decoupeerzaag 3 - 10 sec. met hoog toerental laten

LED geel - continulicht

Oplaadapparaat is gebruiksklaar.

LED groen - snel knipperen

Accupack wordt met maximale 

stroom geladen.

LED groen - langzaam knipperen

Accupack wordt met geredu-

ceerde stroom geladen, Li-ion is 

voor 80% geladen.

LED groen - continulicht

Het laadproces is beëindigd of 

wordt niet opnieuw gestart omdat 

de actuele laadtoestand groter is 

dan 80%.

LED rood - knipperen

Algemene foutindicatie, bijv. geen 

volledig contact, kortsluiting, 

accupack defect, etc.

LED rood - continulicht

Accutemperatuur ligt buiten de 

toegestane grenswaarden.

WAARSCHUWING 

Gevaar voor letsel, elektrische schokken

Neem voor alle werkzaamheden aan de machine

altijd het accupack van de machine! 

VOORZICHTIG

Heet en scherp gereedschap

Gevaar voor letsel

Veiligheidshandschoenen dragen.

AANWIJZING

Beschadiging van de machine, van het zaagblad

Schroef [4-6] niet te vast aandraaien! Het zaag-

blad moet nog enigszins kunnen bewegen.

Оглавление