Fagor FUTURE. GAMAS: 4, 6, 8, 10: I ALGEMENE BESCHRIJVING III GEBRUIKSAANWIJZING

I ALGEMENE BESCHRIJVING III GEBRUIKSAANWIJZING: Fagor FUTURE. GAMAS: 4, 6, 8, 10

background image

28

I  ALGEMENE BESCHRIJVING  III  GEBRUIKSAANWIJZING

1.

  

Pan

2.

  

Deksel van de pan

3.

  

Handgreep onderzijde

4.

  

Handgreep bovenzijde

5.

  

Handgreep achterzijde

6.

  

Drukventiel

7.

  

Sluitbeveiliging

8.

  

Afdichtring 

9.

  

Veiligheidsklep

10.

  

Warmtespreidende bodem

11.

  

Drukindicator

1. OPENEN VAN DE PAN: 

Druk de sluitbevei-

liging naar achter en draai het deksel naar re-

chts. (AFB.1.).

2. PLAATSING 

van de voedingsmiddelen in de 

pan:

»  Vul de pan tot niet meer dan 2/3 van zijn 

capaciteit.

»  Voeg altijd minstens 200 ml. vocht toe.

Capaciteit

Ø Bodem

4-6 L.

8-9,5 L.

18 cm

21 cm

»  Lees alle instructies.

» 

Wees uiterst waakzaam wanneer de 

snelkookpan gebruikt wordt in de buurt van 

kinderen.

»  Plaats de snelkookpan niet in een warme oven.

» Ga uiterst voorzichtig te werk wanneer u 

de snelkookpan verplaatst. Raak warme 

oppervlakken niet aan. Gebruik de handgrepen 

en knoppen. Indien nodig, moet u ovenwanten 

gebruiken.

» Gebruik de snelkookpan niet voor andere 

doeleinden dan waarvoor die bestemd is. Open 

de snelkookpan niet met geweld. Controleer of 

er zich geen druk meer in de pan bevindt.

»  Na de bereiding van vlees met een vel. (bijv. 

ossentong) dat door de druk kan worden 

opgeblazen, dient u niet in het vlees te prikken, 

zolang het vel een opgeblazen vorm heeft; u 

zou zich kunnen verbranden.

»  Na de bereiding van half vloeibare gerechten, 

dient u de snelkookpan eventjes te schudden 

voordat u het deksel opent, om te voorkomen 

dat die er uitspatten.

»  Gebruik de snelkookpan niet om onder druk 

met olie te braden. 

» Voer geen andere handelingen uit aan de 

beveiligingssystemen dan die gepreciseerd 

staan in de onderhoudsinstructies van de 

gebruikershandleiding.

»  Gebruik alleen originele onderdelen die horen 

bij het desbetreffende model.

II MINIMALE  VEILIGHEIDSMAATREGELEN

»  Gebruik geen schurende schoonmaakmiddelen.

»  Gebruik een geschikte warmtebron, die even 

groot is als of kleiner dan de bodem van de 

pan. Door oververhitting kan het metaal zwart 

worden of kunnen er goudgele of blauwe 

vlekken ontstaan, die met een normale reiniging 

zullen verdwijnen.

» Gebruik de snelkookpan nooit zonder water 

toe te voegen, aangezien daardoor de pan 

ernstig beschadigd kan raken.

» Dit apparaat kookt onder druk. Onjuist 

gebruik van de snelkookpan kan verbranding 

veroorzaken. Voordat u de snelkookpan 

verwarmt, dient u te controleren of die correct 

gesloten is. Zie de gebruiksinstructies.

» Vul de pan tot niet meer dan 2/3 van zijn 

capaciteit. Wanneer u voedingsmiddelen kookt, 

waarvan het volume tijdens de bereiding kan 

toenemen, zoals rijst of gedroogde groenten, 

dient u de pan tot niet meer dan de helft van 

zijn capaciteit te vullen.

»  Controleer voor ieder gebruik of de ventielen 

niet verstopt zijn. Zie de gebruiksinstructies.

»  Bewaar deze instructies.

ES

EL

NL

PT

HU

BG

CA

FR

CZ

RU

GL

EN

PL

SK

AR

EU

background image

29

Controleer of het afvoerkanaal en het veiligheidsventiel 

niet verstopt zijn (afb. 8 en 9).

3. HET DEKSEL SLUITEN. 

Plaats het deksel 

aan de hand van de erop aangebrachte 

markering en draai het naar links 

(automatische sluiting Afb. 2.1, handmatige 

sluiting Afb. 2.2).

4. SELECTIE VAN HET DRUKNIVEAU.

4.1

  Positie voor verwijdering en plaatsing van het 

ventiel bij schoonmaken (Afb. 3.1).

Voordat u het ventiel in deze positie zet, dient u te con-

troleren of er zich geen druk meer in de pan bevindt, door 

bijvoorbeeld het ventiel van het deksel in de decompres-

siestand vast te houden, zie paragraaf III, 4.2.

4.2

  Positie voor de verwijdering van alle druk uit 

de binnenzijde van de pan na beëindiging 

van de bereiding, Druk = 0 bar (Afb. 3.2).

4.3

 Gemiddeld drukniveau: De bereidingstijden 

zijn iets langer dan in positie 2. Te gebruiken 

voor de bereiding van soepen, vis, 

nagerechten, etc. Druk = 0,55 bar (Afb. 3.3).

4.4

 Hoog drukniveau: De bereidingstijden zijn 

iets korter. Te gebruiken voor de bereiding 

van vlees, peulvruchten, pasta, etc. Druk = 

1,05 bar (Afb. 3.4) (Afb. 3.5).

POSITIE VAN DE VERMOGENSELECTOR

DRUK / bar

0

0'55

1'05

Voor meer informatie dient u de bijgevoegde tabel, punt 

III.5 te raadplegen.

5. FUNCTIONEREN ONDER DRUK. 

»  Plaats de pan op een warmtebron die geschikt 

is voor de bodem van de pan op maximaal 

vermogen.

»  Wanneer de drukindicator te voorschijn komt, is 

er druk in de pan (Afb. 40.

»  Wanneer er ononderbroken stoom uit het 

drukventiel komt (Afb. 5), draait u de warmte-

bron lager op een niveau dat voldoende is om 

de druk te handhaven zonder dat er te veel 

stoom ontsnapt.

»  Op dat moment begint de bereidingstijd.

GERECHTEN

Hoeveelheid 

water

Bereidingstijd/

minuten

Positie

vermogenselector

SOEPEN:

Rijstsoep 

Naar eigen smaak  4-6 

2

Knofl ooksoep 

Naar eigen smaak  1-2 

1

Juliennesoep 

Naar eigen smaak  3-5 

2

Groentesoep 

Naar eigen smaak  4-5 

2

Vissoep 

Naar eigen smaak  3-4 

2

Vermicellisoep  

Naar eigen smaak  3-5 

1

DEEGWAREN:

Rijst met kip  

2 kopjes per kop rijst 6-7 

2

Valenciaanse paella  

2 kopjes per kop rijst 6-8 

2

Spaghetti Bedekken 

4-5 2

Gegratineerde macaroni  Bedekken 5-6 

2

GROENTEN:

Snijbiet  

Bedekken 

6-7 

2

Gesauteerde artisjokken  Bedekken 5-6 

2

Prei  

Bedekken 

3-5 

2

Wortelen Bedekken 

5-6 2

Kool  

2 kopjes 

4-5 

2

Bloemkool  

2 kopjes 

4-6 

2

Spinazie  

Bedekken 

2

Tuinbonen  

Bedekken 

3-4 

2

PEULVRUCHTEN:

Kikkererwten  

Bedekken 

20 

2

Linzen  

Bedekken 

15 

2

AARDAPPELEN:

Aardappelen in groene saus  1 l. per kg.  

5-7 

2

Aardappelen op Rioja-wijze   3/4 l. per kg.  

5-7 

2

VIS:

Kleine inktvis  

2 kopjes 

10 

2

Inktvis  

Bedekken 

30 

2

Forel 1 

kopje 

30 

1

Gestoomde mosselen   1/2 l. 

20 

1

VLEES:

Gehaktballen  

2 kopjes 

10-12 

2

Lendenstuk  

Bedekken 

20-22 

2

Ossenhaas   

1 l. per 1,5 kg.  

15-17 

2

Pens  

Bedekken 

25-35 

2

Lam  

1/2 l. per kg. 

10-12 

2

Konijn  

1/2 l. 

10-12 

2

Kwartel in saus  

1 kopje 

5-10 

2

Kip op Jerez-wijze  

1 kopje 

8-9 

2

Kip  

Bedekken 

15-20 

2

NAGERECHTEN:

Rijstepap  

2 kopjes melk 

per kop rijst 

1

Compote  

2 kopjes 

7-8 

1

Karamelpudding  

1/2 l. melk 

4-5 

1

ES

EL

NL

PT

HU

BG

CA

FR

CZ

RU

GL

EN

PL

SK

AR

EU