Canon GPS RECEIVER GP-E2 – страница 11
Инструкция к Canon GPS RECEIVER GP-E2

Symbolen in deze handleiding
Betekenis van symbolen
: Waarschuwing voor opnameproblemen.
: Aanvullende informatie.
(p. **) : De pagina waarop u meer informatie kunt vinden.
De pictogrammen en markeringen die in deze handleiding verwijzen
naar de knoppen en instellingen van de ontvanger, komen overeen met
de pictogrammen en markeringen op de camera en de ontvanger.
Uitgangspunten
Bij alle handelingen in deze handleiding wordt aangenomen dat de
aan-/uitschakelaar van zowel de camera als de ontvanger is
ingesteld op <
ON
>.
In deze handleiding wordt de EOS 5D Mark III als voorbeeld gebruikt
voor afbeeldingen en schermen. De schermen die u op uw camera
ziet, kunnen hiervan afwijken, afhankelijk van het model camera dat
u gebruikt.
Windows is een handelsmerk of gedeponeerd handelsmerk van
Microsoft Corporation in de Verenigde Staten en andere landen.
Macintosh is een gedeponeerd handelsmerk van Apple Inc. in
de Verenigde Staten en andere landen.
Google™ , Google Maps™ en Google Earth™ zijn
handelsmerken van Google Inc.
Map Utility gebruikt Google Maps™ om op een kaart beelden en
afgelegde routes weer te geven.
Alle overige bedrijfsnamen en handelsmerken die in deze
handleiding worden genoemd, zijn eigendom van de respectieve
eigenaren.
7
COPY

Onderdelen
<C>-
aansluitpunt
Borgstift bevestigingsvoet
Contactpunten
Signaallampje
<
ON
>: Aan-/uitschakelaar
<
LOG
>: Logmodusschakelaar
Batterijlampje
Deksel van
batterij-
compartiment
Borgknop
bevestigingsvoet
Ontgrendelingsknop
8
COPY

De batterij plaatsen
Plaats als volgt één AA-/LR6-batterij in het compartiment.
Open het deksel.
1
Schuif het deksel van het
batterijcompartiment in de richting
van de pijl en open het deksel.
Plaats de batterij.
2
Schuif de batterij met de minpool
naar voren helemaal in het
compartiment.
Sluit het deksel.
3
Sluit het deksel en schuif het in de
richting van de pijl.
Levensduur van de batterij
Met een nieuwe AA-/LR6-batterij en standaardinstellingen kunt u de
ontvanger ongeveer 39 uur gebruiken (gebaseerd op testresultaten van
Canon). De levensduur van de batterij is afhankelijk van de frequentie
waarmee locatiegegevens worden bijgewerkt en van de GPS-
signaalsterkte (p. 19).
Bij gebruik van niet-alkaline AA-/LR6-batterijen is er mogelijk geen volledig
contact tussen de batterij en het apparaat, vanwege de onregelmatige vorm
van de contactpunten.
U kunt ook een NiMH- of Li-ion AA-/LR6-batterij gebruiken.
9
COPY

De ontvanger bevestigen en loskoppelen
U kunt de ontvanger rechtstreeks op de camera bevestigen of in het
draaghoesje meenemen.
Bevestig de ontvanger.
1
Schakel de ontvanger uit.
Plaats de bevestigingsvoet van de
ontvanger volledig in de
accessoireschoen.
Zet de ontvanger vast.
2
Schuif de borgknop van de
bevestigingsvoet naar rechts.
X De borgknop klikt vast.
Koppel de ontvanger los.
3
Schakel de ontvanger uit.
Druk op de ontgrendelingsknop,
schuif de borgknop van de
bevestigingsvoet naar links en
verwijder de ontvanger van de
camera.
Zorg er altijd voor dat u de ontvanger uitschakelt voordat u deze
bevestigt of loskoppelt.
Als u de ontvanger rechtstreeks op de camera bevestigt, kunt u geen
gebruik maken van de ingebouwde flitser van de camera of een externe
flitser. Als u wel flitslicht wilt gebruiken, plaatst u de ontvanger in het
draaghoesje en sluit u de ontvanger op de camera aan met de
meegeleverde kabel van 1,5 m. U kunt de ontvanger ook bevestigen op
de accessoirebeugel AB-E1 (apart verkrijgbaar, p. 28).
10
COPY

De ontvanger inschakelen
De batterijlading controleren
Controleer de lading van de batterij via
het <
BATT.
>-lampje.
Langzaam knipperend
: Niveau OK
Snel knipperend
: Batterij bijna leeg
Uit : Vervang batterij
<
ON
>-positie
De ontvanger werkt als de schakelaar in de positie <
ON
> staat
en het menu van de EOS DIGITAL-camera de optie [Instellingen
GPS-systeem] bevat.
Opnamen die u maakt als de ontvanger op de camera is bevestigd,
worden voorzien van een geotag, dat wil zeggen, er wordt aan het
beeld informatie over de locatie (breedtegraad, lengtegraad, hoogte
en opnametijd) toegevoegd.
U kunt aan beelden ook de opnamerichting toevoegen. Dit doet u
met het digitale kompas van de ontvanger.
<
LOG
>-positie
Als de schakelaar in deze positie staat, worden in de ontvanger de
gegevens van locaties op de afgelegde route bijgehouden in een logboek.
U kunt de route bekijken op een virtuele kaart. Met deze
logboekgegevens kunt u ook beelden naderhand voorzien van geotags.
Na de opname kunt u aan de hand van de logboekgegevens JPEG-
en RAW-beelden (bestandsextensie: CR2) die zijn gemaakt met een
EOS DIGITAL-camera voorzien van geotags.
U kunt op een later tijdstip op deze manier ook geotags aan
filmbestanden toevoegen als het menu van de camera de optie
[Instellingen GPS-systeem] bevat (behalve met de EOS 7D).
Als de ontvanger is bevestigd of aangesloten op een camera die beschikt
over de optie [
Instellingen GPS-systeem
] in het menu, voorziet de
ontvanger de beelden tijdens de opname van geotags en legt deze
regelmatig locatiegegevens vast. U kunt ook de opnamerichting vastleggen.
* De EOS 7D biedt geen ondersteuning voor het vastleggen van de opnamerichting.
11
COPY

GPS-signalen ontvangen
Ga voor de ontvangst van GPS-signalen met de ontvanger naar buiten
en zoek een plek waar u onbelemmerd zicht hebt op de lucht. Richt de
ontvanger omhoog. Zorg ervoor dat u geen hand of ander voorwerp op
de ontvanger legt.
Zet de aan-/uitschakelaar op <
ON
> of
<
LOG
> om de automatische ontvangst
van GPS-signalen te starten. Controleer
de ontvangststatus met behulp van het
knipperende rode <
GPS
>-lampje.
Snel knipperend:
Signaal nog niet ontvangen
Langzaam knipperend:
Signaal ontvangen
Na inschakeling van de ontvanger duurt het onder gunstige
omstandigheden ongeveer 30-60 seconden voordat het signaal ontvangen
is (aangegeven door het langzaam knipperen van het lampje).
Knipperen na ontvangst
Het lampje op de ontvanger knippert elke 3 of elke 6 seconden. Als het
lampje om de 6 seconden knippert om de voeding van de batterij te
sparen, beschikt u toch over dezelfde GPS-functies als wanneer het
lampje zoals gebruikelijk om de 3 seconden knippert.
<r>-pictogram op de camera
Als de ontvanger is bevestigd of aangesloten op een camera die
beschikt over de optie [Instellingen GPS-systeem] in het menu, ziet u
de status van het GPS-signaal ook op het LCD-paneel of -scherm van
de camera (p. 14).
<r> knippert: Signaal nog niet ontvangen
<r> constant: Signaal ontvangen
*Het <r>-pictogram wordt alleen weergegeven als de ontvanger gegevens
uitwisselt met de camera.
12
COPY

GPS-signalen ontvangen
Locaties met slechte GPS-dekking
Locatiegegevens worden mogelijk niet of onjuist vastgelegd op plekken
waar de GPS-signaaldekking slecht is, bijvoorbeeld:
Binnen, onder de grond, nabij gebouwen of in dalen, tunnels of bossen
In de buurt van hoogspanningsdraden of mobiele telefoons die de 1,5-
GHz band gebruiken
Als de ontvanger zich in een tas of koffer bevindt
Als u door verschillende omgevingen reist
Zelfs op andere plekken kan de toevoeging van geotags worden
belemmerd door verplaatsing van de GPS-satelliet, waardoor
locatiegegevens onjuist zijn of ontbreken. Er kan ook worden
aangegeven dat de camera op een andere locatie is gebruikt, zelfs als u
op dezelfde plek opnamen maakt.
13
COPY

GPS-signalen ontvangen
GPS-gegevens weergeven
Als de ontvanger is bevestigd of aangesloten op een camera die
beschikt over de optie [Instellingen GPS-systeem] in het menu, bekijkt
u de GPS-gegevens als volgt.
Selecteer [Instellingen GPS-
1
systeem].
Stel op de EOS-1D X en andere
modellen waarop u het volgende scherm
ziet, de optie [
GPS-systeem
] in op
[
Inschakelen
] en selecteer vervolgens
[
Instellingen GPS-systeem
].
Selecteer [GPS-
2
informatiedisplay].
X Er verschijnt gedetailleerde GPS-
informatie.
Noord
0°
West
Oost
In dit voorbeeldscherm geeft [
Richting: NE
270°
90°
45°
] aan dat de camerarichting 45° noordoost was.
[
UTC
] (Coordinated Universal Time) komt
grotendeels overeen met Greenwich Mean Time.
Zuid
180°
Het pictogram <
A
> geeft de signaalsterkte aan.
Als <
C
> wordt weergegeven, kan ook de hoogte
worden vastgelegd. U kunt de hoogte echter niet
vastleggen als u <
B
> ziet.
14
COPY

Beelden tijdens de opname voorzien van een geotag
Als de ontvanger is bevestigd of aangesloten op een camera die
beschikt over de optie [Instellingen GPS-systeem] in het menu,
worden de beelden tijdens de opname voorzien van geotags.
U hoeft alleen maar opnamen te
maken terwijl de ontvanger is
aangesloten op de camera (behalve
de EOS 7D). U kunt ook de
opnamerichting vastleggen in de tag.
EOS 7D-gebruikers
Sluit het einde van de kabel met het label <
WFT
GPS
> aan op het <
C
>-aansluitpunt van
de ontvanger. Sluit het andere einde van de kabel
met het label <
CAMERA
> aan op het
<
C
>-aansluitpunt van de camera.
<
WFT GPS
><
CAMERA
>
Sluit het einde van de kabel met het label
<
WFT GPS
> niet aan op het <
C
>-
aansluitpunt van de camera. Als u dat wel
doet, kan de camera beschadigd raken.
U kunt in dit geval niet de
opnamerichting vastleggen in de tag.
Informatie in de geotag
Richting
Breedtegraad
Lengtegraad
Hoogte
UTC
Bij films wordt de GPS-informatie vastgelegd die bij het begin van de opname
wordt ontvangen (behalve met de EOS 7D). De omstandigheden waaronder
signalen worden ontvangen, worden niet vastgelegd.
Als u de ontvanger tegelijkertijd met een externe of ingebouwde flitser wilt
gebruiken, bevestigt u de ontvanger op de accessoirebeugel AB-E1 (apart
verkrijgbaar, p. 28).
15
COPY

De afgelegde route vastleggen in een logboek
Als u de aan-/uitschakelaar op <
LOG
>
zet, worden locatiegegevens op de
afgelegde route automatisch in een
logboek op de ontvanger zelf
vastgelegd. (U hoeft hiervoor de
ontvanger niet aan te sluiten op de
camera.)
U kunt de vastgelegde locatiegegevens
bekijken op een virtuele kaart. Met de
logboekgegevens kunt u bovendien
beelden op een later tijdstip voorzien van
geotags (p. 25).
Map data ©2012 ZENRIN -
Als de ontvanger is bevestigd of aangesloten op een camera die
beschikt over de optie [Instellingen GPS-systeem] in het menu,
voorziet de ontvanger de beelden tijdens de opname van geotags en
legt deze regelmatig locatiegegevens vast. U kunt ook de
opnamerichting vastleggen in de tag.
* De EOS 7D biedt geen ondersteuning voor het vastleggen van de
opnamerichting.
16
COPY

De afgelegde route vastleggen in een logboek
Logboeken met locatiegegevens
Gegevens van locaties langs de afgelegde route worden met
regelmatige tussenpozen vastgelegd op de ontvanger. Zie
onderstaande tabel. Er wordt een dagelijks logboek op de ontvanger
zelf opgeslagen. Het aantal dagen waarvoor u logboeken kunt opslaan,
is afhankelijk van het positioneringsinterval dat u opgeeft bij [Timing
positie-update] (p. 18). U kunt logboekbestanden opslaan of
verwijderen met het meegeleverde programma Map Utility.
Als het interne geheugen van de ontvanger vol raakt, worden de oudste
logboekbestanden één voor één overschreven met nieuwe gegevens.
Capaciteit logboekbestand per positioneringsinterval
Timing positie-
Logboekbestanden
Timing positie-
Logboekbestanden
update
(ong.)
update
(ong.)
Elke seconde 4,5 dagen Elke 30 sec. 128 dagen
Elke 5 sec. 23 dagen Elke minuut 128 dagen
Elke 10 sec. 45 dagen Elke 2 min. 128 dagen
Elke 15 sec. 68 dagen Elke 5 min. 128 dagen
* Capaciteit als u acht uur per dag gegevens vastlegt
Zorg ervoor dat de ontvanger omhoog gericht is en dat u er niets bovenop
plaatst als u deze tijdens uw reis in een tas of koffer meeneemt.
Stel de datum en tijd van de camera zo nauwkeurig mogelijk in. Gebruik
bovendien de juiste instellingen voor de opnamelocatie als u een camera
hebt die tijdzones en zomertijd ondersteunt.
Met het meegeleverde programma Map Utility worden beelden voorzien van
geotags door de datum- en tijdtags van de beelden te vergelijken met de
datum- en tijdgegevens die zijn vastgelegd in het logboek. Een onjuiste
datum- en tijdinstelling kan de nauwkeurige toevoeging van geotags
verhinderen.
Met de vastgelegde gegevens in het logboek kunt u later geotags
toevoegen aan JPEG- en RAW-beelden (bestandsextensie: CR2) die
zijn gemaakt met een EOS DIGITAL-camera.
U kunt op een later tijdstip op deze manier ook geotags aan
filmbestanden toevoegen als het menu van de camera de optie
[Instellingen GPS-systeem] bevat (behalve met de EOS 7D).
17
COPY

Het positioneringsinterval instellen
U kunt het positioneringsinterval opgeven als de ontvanger is bevestigd
of aangesloten op een camera die beschikt over de optie [Instellingen
GPS-systeem] in het menu. Hoe korter het interval, hoe nauwkeuriger
de locatiegegevens voor de beelden. De batterij raakt dan wel sneller
leeg.
Op camera's zonder deze menuoptie is het positioneringsinterval
standaard ingesteld op elke 15 seconden. Dit kunt u wijzigen via het
meegeleverde programma Map Utility.
Selecteer [Instellingen GPS-
1
systeem].
Stel op de EOS-1D X en andere
modellen waarop u het volgende
scherm ziet, de optie [GPS-systeem]
in op [Inschakelen] en selecteer
vervolgens [Instellingen GPS-
systeem].
Selecteer [Timing positie-update].
2
Selecteer de tijd.
3
18
COPY

Het positioneringsinterval instellen
Levensduur batterij per positioneringsinterval
Timing positie-
Batterijlevensduur
Timing positie-
Batterijlevensduur
update
(ong.)
update
(ong.)
Elke seconde 10 uur Elke 30 sec. 39 uur
Elke 5 sec. 27 uur Elke minuut 54 uur
Elke 10 sec. 37 uur Elke 2 min. 63 uur
Elke 15 sec. 39 uur Elke 5 min. 92 uur
* Met een AA-/LR6-alkalinebatterij.
* Bij normale temperatuur (23°C).
* De levensduur van de batterij is korter als de signaalsterkte geringer is.
* Door de aard van GPS kan het zijn dat de positie-update niet altijd met hetzelfde
interval plaatsvindt.
19
COPY

Het digitale kompas gebruiken
Als de ontvanger is bevestigd of aangesloten op een camera die beschikt over de optie
[
Instellingen GPS-systeem
] in het menu, of is bevestigd op een beugel (p. 28), worden
beelden ook voorzien van informatie over de richting van de ontvanger (behalve bij de EOS 7D).
Selecteer [Instellingen GPS-
1
systeem].
Stel op de EOS-1D X en andere modellen waarop u
het volgende scherm ziet, de optie [
GPS-
systeem
] in op [
Inschakelen
] en selecteer
vervolgens [
Instellingen GPS-systeem
].
Schakel het digitale kompas in.
2
Selecteer [Digitaal kompas] en druk
op <0>.
Selecteer [
Inschakelen
] en druk op <
0
>.
Het kompas weergeven tijdens een opname
U kunt tijdens de opname de richting van de camera bekijken.
Druk op de knop <B> of <B>
om het kompas weer te geven.
Op camera's die zijn uitgerust met
een digitale horizon, ziet u het
kompas samen met de horizon.
Het kompas wordt ook weergegeven
tijdens Live view- of filmopnamen.
Bij beelden wordt alleen de juiste opnamerichting vastgelegd als de
camera en ontvanger beide precies in dezelfde richting wijzen.
De richting wordt niet in het logboek vastgelegd.
20
COPY

Het digitale kompas gebruiken
Het digitale kompas ijken
IJk het digitale kompas op de opnamelocatie. IJk het kompas ook als u
denkt dat de richting die tijdens de opname wordt weergegeven, onjuist is.
Selecteer [Instellingen GPS-
1
systeem].
Stel op de EOS-1D X en andere
modellen waarop u het volgende scherm
ziet, de optie [
GPS-systeem
] in op
[
Inschakelen
] en selecteer vervolgens
[
Instellingen GPS-systeem
].
Stel [Digitaal kompas] in op
2
[Inschakelen].
Selecteer [Digitaal kompas ijken].
3
Druk op <0> om de ijking in gang te
zetten.
Beweeg de camera op de manier die op
de volgende pagina wordt weergegeven.
21
COPY

Het digitale kompas gebruiken
Beweeg de camera.
4
c Beweeg de camera in een zijwaartse
boog van minimaal 180°.
d Beweeg de camera omhoog en
omlaag in een boog van minimaal
180°.
e Draai de camera in een boog van
minimaal 180° zonder de richting te
wijzigen.
Zorg ervoor dat u de camera tijdens
het ijken niet laat vallen.
U kunt de stappen
c, d en e in elke
gewenste volgorde uitvoeren. Blijf de
camera bewegen totdat de ijking is
voltooid.
Als het kompas hierna nog niet is
geijkt, draait u uw lichaam naar rechts
of links en beweegt u de camera
opnieuw.
Voltooi de ijking.
5
Na afloop van de ijking wordt
aangegeven dat de ijking is voltooid.
Dit scherm kan al verschijnen als u de
camera nog beweegt volgens de
aanwijzingen in stap 4 (
c, d of e).
De ijking is dan echter al met succes
afgerond.
Verwijder voor de veiligheid het objectief en andere accessoires voordat
u het kompas gaat ijken.
Het kompas maakt gebruik van geomagnetisme. Daarom kunt u het
misschien onder de volgende omstandigheden niet ijken: op grote
hoogte, in de buurt van magnetische velden, in gebouwen met stalen
elementen of onder de grond. Zelfs als ijking mogelijk is, kan de juiste
opnamerichting misschien niet door de ontvanger worden gedetecteerd.
22
COPY

De cameratijd instellen via GPS
U kunt de tijd via GPS instellen als de ontvanger is bevestigd of
aangesloten op een camera die beschikt over de optie [Instellingen
GPS-systeem] in het menu (behalve bij de EOS 7D). Op de EOS-1D X
wordt de tijd uiterst nauwkeurig ingesteld, met een foutmarge van
ongeveer ±0,02 seconden ten opzichte van de UTC-tijd. Op andere
camera's is de marge ongeveer ±1 seconde.
Selecteer [Instellingen GPS-
1
systeem].
Stel op de EOS-1D X en andere
modellen waarop u het volgende
scherm ziet, de optie [GPS-systeem]
in op [Inschakelen] en selecteer
vervolgens [Instellingen GPS-
systeem].
Selecteer [Aut. tijdinst.].
2
Selecteer een optie en druk op <0>.
Met [Auto-update] wordt de tijd na
inschakeling van de camera en de
ontvanger automatisch bijgewerkt als
er een GPS-signaal wordt ontvangen.
Als u geen GPS-signaal kunt ontvangen van vijf of meer satellieten, kunt
u de tijd niet instellen. De optie [Nu instellen] is dan niet beschikbaar.
Zelfs als u [Nu instellen] selecteert, is het misschien niet mogelijk de tijd
automatisch aan te passen, afhankelijk van de timing van de GPS-
signaalontvangst.
Als [Aut. tijdinst.] is ingesteld op [Auto-update], kunt u de datum en tijd
niet handmatig instellen via [Datum/tijd/zone] in het menu.
Als u de tijd liever niet wijzigt (bijvoorbeeld bij gebruik van [Sync.tijd
tussen camera's] met WFT-series), selecteert u [Aut. tijdinst.:
Uitschakelen].
23
COPY

GPS-voorzorgsmaatregelen
Let bij gebruik van de ontvanger op het volgende.
In bepaalde landen en regio's is GPS-gebruik mogelijk niet
toegestaan. Gebruik GPS daarom altijd conform de wetten en
voorschriften van uw land of regio. Wees met name voorzichtig als u
naar het buitenland gaat.
Wees voorzichtig met het gebruik van GPS-functies als er
beperkingen zijn voor het gebruik van elektronische apparatuur.
Anderen kunnen uw locatie achterhalen of u identificeren met
behulp van de locatiegegevens in uw foto's of films met een geotag.
Wees voorzichtig als u deze beelden of GPS-logboekbestanden
deelt met anderen, bijvoorbeeld als u ze op internet plaatst waar
vele anderen ze kunnen bekijken.
De ontvangst van GPS-signalen kan langer duren als u de batterij
hebt vervangen of als u langere tijd geen GPS-functies hebt
gebruikt.
Houd de ontvanger buiten het bereik van apparaten met sterke
magnetische velden, zoals magneten of elektromotoren.
24
COPY

Meegeleverde software
Hierna vindt u een beschrijving van de software op de meegeleverde
Solution Disk en de installatie-instructies.
GPS Receiver Solution Disk
Bevat software voor de ontvanger en de
instructiehandleiding
Map Utility
Dit programma gebruikt locatiegegevens die op de ontvanger zijn
vastgelegd om opnamelocaties, opnamerichtingen en met de ontvanger
afgelegde routes weer te geven op een virtuele kaart. Beelden zonder
een tag kunnen worden voorzien van een geotag. Als u de camera
aansluit op een computer, kunt u bovendien logboekbestanden
verwijderen en opslaan op de computer en het positioneringsinterval
wijzigen.
ImageBrowser EX
Met dit programma kunt u Map Utility bijwerken.
Raadpleeg de instructiehandleiding bij ImageBrowser EX (meegeleverd
als PDF) voor informatie over andere functies.
U kunt Map Utility alleen gebruiken als ImageBrowser EX is geïnstalleerd.
25
COPY

Meegeleverde software
De software installeren
Volg onderstaande stappen, zelfs als er al een oudere versie van de
software is geïnstalleerd. (De vorige versie wordt in dat geval
overschreven.)
1 Plaats de GPS Receiver Solution Disk in de computer.
2 Dubbelklik op het pictogram van de cd-rom.
Windows:
U vindt dit pictogram in [Computer] of [Deze computer].
Macintosh: U vindt dit pictogram op het bureaublad.
3 Dubbelklik op [Set up.exe].
4 Klik op [Easy Installation (Eenvoudig installeren)] en
volg de instructies op het scherm om de installatie te
voltooien.
Als tijdens de installatie het installatiescherm voor Microsoft
Silverlight verschijnt, installeert u Microsoft Silverlight.
5 Klik op [Finish (Voltooien)] en verwijder vervolgens de
disk.
De installatie is nu voltooid.
26