Hach-Lange POLYMETRON 9500 Basic User Manual: Foutenopsporing

Foutenopsporing: Hach-Lange POLYMETRON 9500 Basic User Manual

Reinigen van de controller

G E V A A R

Koppel vóór onderhoudswerkzaamheden de controller altijd los van de netspanning.

Opmerking: Gebruik nooit brandbare of corrosieve oplossing voor het reinigen van de controller of delen hiervan.

Door gebruik van deze oplosmiddelen bestaat het risico dat de bescherming van het instrument wordt aangetast en

de garantie komt te vervallen.

1. Controleer of de kap van de controller goed is gesloten.

2. Maak de buitenkant van de controller schoon met een vochtige doek met water of een mengel

van water en een mild reinigingsmiddel.

Foutenopsporing

Probleem Resolutie

Controleer de configuratie van de stroomuitgang.

Test het signaal van de stroomuitgang via het submenu

Geen stroomuitgang

Test/Onderhoud. Voer een stroomwaarde in en controleer het

uitgangssignaal aan de aansluitingen van de controller.

Neem contact op met de technische ondersteuningsafdeling.

Controleer de configuratie van de stroomuitgang.

Test het signaal van de stroomuitgang via het submenu

Onjuiste stroomuitgang

Test/Onderhoud. Voer een stroomwaarde in en controleer het

uitgangssignaal aan de aansluitingen van de controller. Als de

uitgang onjuist is, voer dan een uitgangskalibratie uit.

Controleer of alle relaisaansluitingen goed vastzitten.

Als er een externe voeding wordt gebruikt, controleer dan of de

relaisbedrading in orde is.

Controleer of de relaisconfiguratie juist is.

Geen relaisactivering

Test de relaisactivering via het menu Test/Onderhoud. Het relais

moet afhankelijk van de selectie worden bekrachtigd en afvallen.

Zorg dat de controller niet in de kalibratiemodus staat en dat het

relais niet bekrachtigd wordt.

Reset de overvoedingstimer om te garanderen dat de timer niet

is afgelopen.

Controleer of de SD-kaart op de juiste manier is aangebracht (in

de juiste richting). De koperbanen moeten in de richting van het

display van de controller wijzen.

Controleer of de SD-kaart volledig in de sleuf is geschoven en of

de veervergrendeling is vastgeklikt.

De Secure Digital-geheugenkaart (SD-

Controleer of de SD-kaart op de juiste manier geformatteerd is

geheugenkaart) wordt niet door de controller

met een FAT 32-formaat. Het MMC-formaat wordt niet

herkend

ondersteund. Volg de instructies van de fabrikant van de kaart

op om de SD-kaart op een pc te formatteren.

Controleer of de kaart niet groter is dan 32 GB.

Controleer of er een SD-kaart is gebruikt. Andere kaarttypes

(zoals xSD, micro-SD, mini-SD) werken niet goed.

204 Nederlands

Probleem Resolutie

Controleer of de SD-kaart op de juiste manier geformatteerd is

met het FAT 32-formaat. Het MMC-formaat wordt niet

ondersteund. Volg de instructies van de fabrikant van de kaart

op om de SD-kaart op een pc te formatteren.

Informatie wordt niet of niet goed op de SD-

kaart opgeslagen

Als de SD-kaart eerder is gebruikt, formatteer de kaart dan met

het FAT 32-formaat, breng de kaart in de controller aan en

probeer vervolgens bestanden te downloaden.

Probeer een andere SD-kaart.

Lees de SD-kaart uit met een pc of een ander

SD-kaart vol

kaartleesapparaat. Sla belangrijke bestanden op en verwijder

vervolgens een aantal of alle bestanden op de SD-kaart.

Zorg ervoor dat een geschikte map wordt gemaakt, door de SD-

kaart in de controller te plaatsen. Er wordt automatisch een

updatefolder gemaakt.

Installeer de SD-kaart op een PC en controleer of de

De controller kan geen software-updates op

softwarebestanden zich in de juiste updatefolder bevinden.

de SD-kaart vinden

Als dezelfde SD-kaart voor meerdere controllers wordt gebruikt,

heeft elke controller een aparte folder op het systeem.

Controleer of de software-updates zich in de folder voor de

gebruikte controller bevinden.

Displaycontrast instellen

Het display is verlicht maar toont geen

karakters of de karakters zijn vaag of

Controleer of de beschermfolie van het display is verwijderd.

onscherp

Reinig de buitenzijde van de controller, inclusief het display.

Controleer of de wisselstroomaansluitingen op de juiste manier

in de controller tot stand zijn gebracht.

De controller wordt niet of met onderbrekingen

Controleer of de contactdoos, de netvoeding en de stekker alle

gestart

goed zijn aangesloten.

Neem contact op met de technische ondersteuningsafdeling

Controleer of de module op de juiste manier is geïnstalleerd.

Zorg dat de keuzeschakelaar voor de module op het juiste

nummer staat.

Netwerk of sensormodule worden niet

herkend

Verwijder de sensormodule en sluit de module aan op de

tweede analoge poort. Schakel de voeding van de controller in

en laat de controller een apparaatscan uitvoeren.

Neem contact op met de technische ondersteuningsafdeling.

Als de sensor en een overeenkomende module in de controller

geïnstalleerd zijn, raadpleeg dan de instructies die bij de

De sensor wordt niet herkend

Netwerk- of Sensormodule geleverd zijn.

Neem contact op met de technische ondersteuningsafdeling

Voor een apparaatscan uit vanuit het menu Test/Onderhoud.

De foutmelding Apparaat ontbreekt verschijnt

Schakel de controller uit en weer in.

Nederlands 205

Оглавление