Hach-Lange POLYMETRON 9611 sc Maintenance and Troubleshooting – страница 6

Инструкция к Hach-Lange POLYMETRON 9611 sc Maintenance and Troubleshooting

Dit symbool geeft aan dat er een risico op een elektrische schok en/of

Onderhoudsschema

elektrocutie bestaat.

Tabel 1 toont het aanbevolen schema voor onderhoudstaken.

Voorschriften van de installatie en bedrijfscondities kunnen de frequentie

van sommige taken verhogen.

Het onderdeel waarop dit pictogram aangebracht is kan mogelijk heet

zijn en dient niet aangeraakt te worden.

Tabel 1 Onderhoudsschema

Taak 30 dagen 60 dagen 90 dagen 365 dagen

Dit symbool duidt op brandgevaar.

Buitenoppervlakken

X

reinigen (Reinig het

apparaat op pagina 102).

Monsterkuvet reinigen

X of indien

Dit symbool duidt op de aanwezigheid van een sterk corrosieve of

(Monsterkuvet reinigen

nodig

andere gevaarlijke substantie en kans op chemisch letsel. Alleen

op pagina 103).

personen die bevoegd en opgeleid zijn om met chemische stoffen te

werken, mogen de chemische producten gebruiken of

De reagentia vervangen

X

1

X

2

onderhoudswerkzaamheden uitvoeren aan toeleveringssystemen van

(Reagentia of

chemische stoffen die verband houden met de installatie.

standaardoplossingen

vervangen op pagina 104).

Opmerking: Als u wilt retourneren voor recycling, dient u contact op te nemen

met de fabrikant of leverancier van het apparaat om instructies te krijgen over het

Standaardoplossingen

X

3

op de juiste wijze retourneren van versleten apparatuur, elektrische accessoires

vervangen (Reagentia of

en alle hulpmiddelen.

standaardoplossingen

Het is sinds 12 augustus 2005 niet meer toegestaan elektrische

vervangen op pagina 104).

apparatuur, voorzien van dit symbool, af te voeren via Europese

openbare afvalverwerkingsystemen. In overeenstemming met

Monsterfilter (y-zeef)

X of indien

Europese lokale en nationale voorschriften (EU-richtlijn 2002/96/EG)

reinigen of vervangen

nodig

dienen Europese gebruikers van elektrische apparaten hun oude of

versleten apparatuur naar de fabrikant te retourneren voor kosteloze

Ventilatorfilter vervangen X of indien

verwerking.

nodig

Luchtfilter van het reagens

X

vervangen

Onderhoud

Slangen vervangen X

V O O R Z I C H T I G

Roerstaaf vervangen X

Diverse gevaren. Alleen bevoegd personeel mag de in dit deel van het

Monsterkuvet vervangen X

document beschreven taken uitvoeren.

1

In cycli van 10 minuten

2

In cycli van 15 minuten

3

Met één kalibratie per week

Nederlands 101

Onderhoudsinformatie bekijken

3. Wacht tot de status 100% voltooid weergeeft, en maak vervolgens

de onderhoudstaak/-taken af.

Gebruik het servicemenu om de servicegeschiedenis van de onderdelen

van het instrument weer te geven of te resetten.

Analyser weer in bedrijf stellen

1. Druk op diag.

Start de analyser nadat alle onderhoudstaken zijn voltooid.

2. Selecteer ONDERHOUD.

1. Zorg ervoor dat alle slangen zijn aangesloten en dat de onderste

3. Selecteer een optie.

deur is gesloten en vergrendeld.

Optie Beschrijving

2. Druk op menu.

3. Selecteer ANALYSER STARTEN.

OND.ONDERD. Toont een lijst van onderdelen en de datum

van het vorige onderhoud, de datum van het

De analyser begint in de normale bedrijfsmodus.

volgende onderhoud en het aantal dagen tot

het volgende onderhoud. Start de teller voor

Reinig het apparaat

het volgende onderhoud opnieuw.

L E T O P

ONDERDEELINFORMATIE Toont de datum wanneer een onderdeel in

gebruik is genomen en de totale bedrijfstijd

Gebruik nooit reinigingsmiddelen zoals terpentine, aceton of soortgelijke

van ieder onderdeel. Sommige onderdelen

producten om het instrument, het display of de accessoires te reinigen.

hebben extra informatie.

Reinig het uitwendige van het instrument met een vochtige doek en een

VOLGEND ONDERHOUD Toont de naam van het te onderhouden

milde zeepoplossing.

onderdeel, de datum van het vorige

onderhoud, de datum van het volgende

onderhoud en het aantal dagen tot het

Gemorste vloeistoffen opruimen

volgende onderhoud.

V O O R Z I C H T I G

ONDERH.HISTORIE Toont het type, de datum en de tijd van het

vorige onderhoud.

Gevaar van blootstelling aan chemicaliën. Chemicaliën en afval dienen

te worden afgevoerd in overeenkomst met de lokale, regionale en

nationale voorschriften.

Analyser in de uitschakelmodus zetten

Stop de analyser voordat de onderhoudstaken worden begonnen.

1. Volg alle veiligheidsprotocollen van de installatie op.

Wanneer de analyser wordt gestopt, wordt de colorimeterkuvet gespoeld

2. Voer het afval af volgens de geldende voorschriften.

en worden vervolgens de monsterstroom, mixermotor, luchtpomp en

verwarming uitgeschakeld. De controllermenu's blijven actief.

1. Druk op menu.

2. Selecteer ANALYSER STOPPEN, en vervolgens YES (ja) om uw

selectie te bevestigen.

Opmerking: Als ANALYSER STARTEN wordt getoond, staat de analyser

reeds in de uitschakelmodus.

102 Nederlands

Monsterleiding en -ventiel reinigen

Te verzamelen items:

Wattenstaafjes, van hout of papier. Gebruik geen wattenstaafjes met

V O O R Z I C H T I G

kunststof stokjes.

Gevaar van blootstelling aan chemicaliën. Volg alle laboratorium

Afbeelding 1 Toegang tot trechter en colorimeter

technische veiligheidsvoorschriften op en draag alle persoonlijke

beschermingsuitrustingen die geschikt zijn voor de gehanteerde

chemicaliën. Raadpleeg de huidige veiligheidsinformatiebladen

(MSDS/SDS) voor veiligheidsprotocollen.

Nieuwe slangen, ventielen en andere apparaten voor

monsterconditionering kunnen vervuild zijn met materialen op basis van

silica (oliën, stof). Deze kunnen leiden tot licht verhoogde meetwaarden

totdat ze zijn gereinigd.

1. Spoel de monsterleiding één tot twee uur lang door met monster.

2. Injecteer voor een doelmatige procedure één tot vier liter van een

verdunde loogoplossing, bijv. 1N (5%) natriumhydroxide-oplossing,

in het voorste uiteinde van de monsterleiding. Laat de oplossing door

de analyser lopen om de onderdelen van het monstersysteem te

reinigen.

Monsterkuvet reinigen

V O O R Z I C H T I G

Gevaar van blootstelling aan chemicaliën. Volg alle laboratorium

technische veiligheidsvoorschriften op en draag alle persoonlijke

beschermingsuitrustingen die geschikt zijn voor de gehanteerde

chemicaliën. Raadpleeg de huidige veiligheidsinformatiebladen

(MSDS/SDS) voor veiligheidsprotocollen.

Zet de analyser in de uitschakelmodus. Raadpleeg Analyser in de

uitschakelmodus zetten op pagina 102.

Reinig de monsterkuvet in de colorimeter, indien nodig. Raadpleeg

Afbeelding 1 en Afbeelding 2.

Nederlands 103

Afbeelding 2 Monsterkuvet en roerstaaf reinigen

Trechter voor het momentaan monster reinigen

Reinig de trechter voor het momentaan monster vóór en na ieder

gebruik. Raadpleeg Afbeelding 3.

Afbeelding 3 Trechter voor het momentaan monster reinigen

Reagentia of standaardoplossingen vervangen

V O O R Z I C H T I G

Gevaar van blootstelling aan chemicaliën. Volg alle laboratorium

technische veiligheidsvoorschriften op en draag alle persoonlijke

beschermingsuitrustingen die geschikt zijn voor de gehanteerde

chemicaliën. Raadpleeg de huidige veiligheidsinformatiebladen

(MSDS/SDS) voor veiligheidsprotocollen.

V O O R Z I C H T I G

Gevaar van blootstelling aan chemicaliën. Chemicaliën en afval dienen

te worden afgevoerd in overeenkomst met de lokale, regionale en

nationale voorschriften.

104 Nederlands

Vervang de reagentia of standaardoplossingen voordat het niveau in de

G E V A A R

analyserfles lager is dan 10%. Wanneer het niveau lager is dan 10% zijn

de metingen niet nauwkeurig.

Brandgevaar. Vervang een zekering altijd door een zekering van

hetzelfde type en dezelfde classificering.

1. Zet de analyser in de uitschakelmodus. Raadpleeg Analyser in de

uitschakelmodus zetten op pagina

102.

Raadpleeg Afbeelding 4 en Afbeelding 5 om de zekeringen te

2. Open de onderste deur wanneer de status 100% voltooid weergeeft.

vervangen.

3. Verwijder de dop van de reagentia of standaardoplossingen, en

Afbeelding 4 Toegangsklep verwijderen

verwijder vervolgens de fles(sen) uit de analyser.

4. Spoel de binnenkant van de analyserfles(sen) met demiwater.

5. Vul de flessen met verse reagentia of standaardoplossingen.

Raadpleeg de gebruikershandleiding.

6. Installeer de nieuwe analyserfles(sen) en sluit de onderste deur.

Raadpleeg de gebruikershandleiding.

7. Druk op menu en ga naar REAGENTIA/STANDAARDEN.

8. Selecteer REAG. NIV. RESETTEN of STD-NIVEAUS RESETTEN

9. Selecteer BLANCOWAARDE INV. en voer de blancowaarde van

reagens 1 in.

10. Selecteer voor reagentia PRIME REAGENS en bevestig uw selectie.

11. Start de analyser wanneer het primen van de reagens is voltooid.

Raadpleeg Analyser weer in bedrijf stellen op pagina 102.

Zekeringen vervangen

G E V A A R

Elektrocutiegevaar. Zekeringen kunnen niet door de gebruiker worden

vervangen. Alleen bevoegd personeel mag de in dit deel van het

document beschreven taken uitvoeren.

G E V A A R

Elektrocutiegevaar. Koppel altijd het instrument los van de netvoeding

voordat u elektrische aansluitingen tot stand brengt.

Nederlands 105

Afbeelding 5 Zekeringen vervangen

Analyser voor opslag voorbereiden

V O O R Z I C H T I G

Gevaar van blootstelling aan chemicaliën. Volg alle laboratorium

technische veiligheidsvoorschriften op en draag alle persoonlijke

beschermingsuitrustingen die geschikt zijn voor de gehanteerde

chemicaliën. Raadpleeg de huidige veiligheidsinformatiebladen

(MSDS/SDS) voor veiligheidsprotocollen.

Verwijder alle vloeistoffen uit de analyser en maak hem stroomloos

voordat u de analyser voor langere tijd opbergt.

1. Zet de analyser in de uitschakelmodus. Raadpleeg Analyser in de

uitschakelmodus zetten op pagina

102.

2. Stop de stroming van het monster naar de analyser.

3. Verwijder het reagens en de flessen met standaardoplossing en giet

de oplossingen in een daarvoor geschikte afvoer.

4. Spoel en vul de flessen met demiwater.

5. Installeer de flessen en voer twee volledige primecycli uit.

6. Verwijder de flessen en giet de oplossingen in een daarvoor

geschikte afvoer.

1 Relaiszekering (4x) 2 Zekering

3 Zekering

7. Installeer de lege flessen en voer twee volledige primecycli uit.

uitgangsvermogen

ingangsvermogen

(2x)

(2x)

8. Zorg ervoor dat alle vloeistof uit de colorimeter en slangen loopt.

9. Zet de stroomschakelaar uit.

Zekeringspecificaties:

10. Reinig de onderkant van de behuizing.

Relaiszekering: T 5,0 A, 250 V

Zekering uitgangsvermogen: AC: T 5,0 A, 250 VAC; DC: T 1,6 A,

Firmware updaten

250 VAC

Zekering ingangsvermogen: AC: T 1,6 A, 250 VAC; DC: T 6,3 A,

Gebruik een SD-kaart met een upgradebestand om de firmware voor de

250 VAC

controller, sensor of netwerkkaart te updaten. Het upgrademenu wordt

alleen weergegeven wanneer er op de SD-kaart een upgradebestand

staat.

1. Steek de SD-kaart in de sleuf voor de SD-kaart.

2. Selecteer SD-KAART INSTALLATIE uit het MAIN MENU

(HOOFDMENU).

106 Nederlands

Opmerking: De optie SD-KAART INSTALLATIE wordt alleen weergegeven als

Optie Omschrijving

er een SD-kaart is geïnstalleerd.

PROGNOSYS Toont de variabelen die de service-indicator en de

3. Selecteer UPGRADE SOFTWARE en bevestig uw keuze. Selecteer

meetstatusindicator op het display activeren.

het apparaat en de upgradeversie, indien van toepassing.

4. Wanneer de upgrade is voltooid, verschijnt VERPLAATSEN

ACTUELE STATUS Toont de volgende instrumentstatussen:

TOEPASSING – Huidige meetmodus.

VOLTOOID. op het display. Verwijder de SD-kaart.

MONSTERKANAAL – Huidig monsterkanaal.

5. Start het instrument opnieuw starten, zodat de upgrade wordt

STAPSTATUS – Huidige stap in de meetcyclus.

uitgevoerd.

STAPTIJD – Resterende tijd voor stap.

RESTERENDE MIN. – Aantal minuten dat nog over

is in huidige stap. VOLTOOIING – % voltooid van

Probleemoplossing en diagnose

meetcyclus.

ANALYSER-HELP Toont alle mogelijke fouten, waarschuwingen en

Diagnose-indicatoren

herinneringen met tips om de problemen op te

De achtergrond van het display en het lampje van de statusindicator

lossen.

worden rood wanneer een fout optreedt, en geel wanneer een

TEST UITVOEREN Onderzoekt de individuele onderdelen van de

waarschuwing wordt gegeven.

analyser. Raadpleeg Een analysertest starten

op pagina 109 voor meer details over de

Fout – de achtergrond van het display en het lampje van de

individuele testopties.

statusindicator worden rood. Er is een belangrijk probleem opgetreden

dat de werking van het instrument beïnvloedt. De huidige meting

UITGANGEN Toont de huidige status van de 4–20mA- en

relaisuitgangen met de opties om de uitgangen te

wordt gestopt en de analyser gaat naar de uitschakelmodus.

onderzoeken, op Hold (vast/pauze) te zetten of te

Waarschuwing – de achtergrond van het display en het lampje van de

simuleren. Raadpleeg Uitgangopties

statusindicator worden geel. Er is een gebeurtenis opgetreden die een

op pagina 108 voor meer informatie.

probleem kan veroorzaken. De analyser blijft in werking.

LED TONEN Verlicht de colorimeterkuvet voor betere

Herinnering – op het display wordt een sleutelsymbool getoond en het

zichtbaarheid tijdens de probleemoplossing. De

lampje van de statusindicator wordt geel. De tijd voor een

kuvet kan 1 tot 999 seconden lang worden verlicht.

onderhoudstaak is verstreken.

MODBUSSTAT. Toont de status van de Modbus-poorten: sensor,

1. Druk op diagom het menu Diag/Test te openen.

controller, netwerk en service. Toont het aantal

goede en slechte transmissies.

2. Selecteer een optie.

ONDERHOUD Toont informatie en de geschiedenis van te

Optie Omschrijving

onderhouden onderdelen. OND.ONDERD. – Toont

de vorige en volgende datum voor onderhoud en

DIAGNOSTIEK Toont de fouten en waarschuwingen die op dit

de het resterende aantal dagen.

moment op het instrument of de geïnstalleerde

ONDERDEELINFORMATIE – Toont het vervangen

modules aanwezig zijn. De analyser blijft werken

onderdeel en de huidige bedrijfstijd. VOLGEND

met de actieve waarschuwingen of herinneringen

ONDERHOUD – Toont het volgende onderdeel dat

totdat ze worden bevestigd of gereset. De

vervangen dient te worden. ONDERH.HISTORIE –

achtergrond van het display wordt hierna weer wit.

Toont de datum en tijd van de vervangen

onderdelen.

Nederlands 107

Optie Omschrijving

Optie Omschrijving

SYSTEEMGEGEVENS Toont informatie over het systeem.

STATUS

Toont de huidige status van uitgangen 1–4.

TEMPERATUUR – Toont de gemeten temperatuur

UITGANG

van het A/D-apparaat in Celsius (C). FREQUENTIE

VOEDINGSBRON – Toont de frequentie (Hz) van

METING

Wordt alleen weergegeven wanneer een sensor of

de netvoeding. SPANNING VOEDINGSBRON –

SIMULEREN

module is aangesloten. Nadat de gesimuleerde waarde is

Toont de spanning (V) van de netvoeding. 12V

ingevoerd, geeft de controller deze waarde weer alsof het

VOLTAGE – Toont de gemeten spanning van de

de door de sensor verzonden waarde is. De simulatie

voeding (V DC). 3,3V VOLTAGE – Toont de

stopt nadat de gebruiker het scherm heeft verlaten. KIES

gemeten geregelde 3,3V-voeding (V DC). 12V

– De module selecteren. De voettekst toont de huidige

STROOM – Toont de gemeten 12V-

geselecteerde bron. PARAMETERKEUZE – Stelt de

voedingsstroom (ampère).

parameter in voor de bronmeting. De voettekst toont de

huidige geselecteerde bron. TESTWAARDE – Voer de

I2C-GEGEVENS Toont de displayinformatie (I

2

C) en het

gesimuleerde waarde in. De voettekst toont de

versienummer.

ingevoerde waarde.

RESET OVERFEED Stelt de overvoedingstimer opnieuw in.

Diagnosemelding

Uitgangopties

1. Druk wanneer een indicator wordt getoond op diag, selecteer

Het uitgangsmenu toont de huidige status van de 4–20mA- en

DIAGNOSTIEK, en druk vervolgens op enter.

relaisuitgangen met de opties om de uitgangen te onderzoeken, op Hold

2. Selecteer de foutmelding. De gebruiker kan de fout bevestigen of

(vast/pauze) te zetten of te simuleren.

naar het helpscherm gaan.

1. Druk op diag>UITGANGEN.

3. De foutmelding bevestigen:

2. Selecteer een optie.

1. Druk op diag, en selecteer vervolgens DIAGNOSTIEK.

Optie Omschrijving

2. Selecteer de fout en druk vervolgens op enter.

3. Selecteer BEVESTIGEN en druk vervolgens op enter.

TEST 4–20 mA Onderzoekt de 4–20mA-uitgangen van 1–4.

4. Naar het helpscherm gaan:

RELAIS

Onderzoekt de relais A–D. Schakelt de relais in of uit.

TESTEN

1. Druk op diag, en selecteer vervolgens DIAGNOSTIEK.

2. Selecteer de fout en druk vervolgens op enter.

HOLD

Stelt de waarde in die de controller gedurende een

OUTPUTS

bepaalde tijd naar een extern systeem stuurt. Na deze

3. Selecteer ZIE HELPFUNCTIE en druk vervolgens op enter.

tijdsperiode geeft het instrument weer realtime-waarden

weer. ACTIVEREN – Start of geeft vrij. SET UITGANGEN

– Uitgangen op Hold (vast/pauze) zetten (standaard) of

overdragen. SET KANALEN – Alle (standaard) of

analyser.

108 Nederlands

Hulp bij probleemoplossing

Optie Beschrijving

Het helpscherm geeft een definitie van de foutmelding, de waarschuwing

MONSTERVERWARMING Stel de verwarming voor het monster in op

of herinnering en de bijbehorende taken om het probleem op te lossen.

20–60 °C (68–140 °F). De gemeten waarde

wordt weergegeven.

1. Druk op diag, en selecteer vervolgens ANALYSER-HELP.

COLORIMETER Start een automatische test waarmee de

2. Selecteer FOUTEN, WAARSCHUWINGEN of HERINNERINGEN.

bedrijfscyclus van de optische LED in

stappen van 5% wordt verhoogd. Deze

3. Selecteer één van de onderwerpen in het menu Help.

begint bij 0% en duurt tot het

verzadigingspunt is bereikt. De A2D-tellingen

Een analysertest starten

worden weergegeven voor 0%, daarna in %

voor het verzadigingspunt en vervolgens de

De gebruiker kan testen voltooien om de werking van de analyser te

eerste verzadigingswaarde (%).

controleren.

STATUS-LED Onderzoek de LED-indicator voor de status

op het frontpaneel. De test wordt continu

1. Druk op diag, en selecteer vervolgens TEST UITVOEREN.

doorlopen totdat deze wordt onderbroken:

2. Selecteer een optie.

uit, rood, groen, geel.

A2D Stel de intensiteit van de colorimeter-LED in

Optie Beschrijving

om de kuvettransmissie voor de A2D-uitgang

TOEVOER REAGENS Stel elk reagensventiel in op een toevoer op

te onderzoeken.

tijd (50 milliseconden tot 65 seconden) of

LUCHTPOMP Wijzig en regel de luchtdruk. INST.

voor een toevoer op volume (20 tot 9.999 µl).

SETPOINT – Bereik: 1–9,99 psi. HYST.

TOEVOER MONSTER Stel elk monsterventiel in op een

HOOG en LAAG – Bereik: 0–1 psi. 0/4mA en

monstertoevoer tussen 1 en 9999 seconden.

20mA INSTELL. – Bereik: 5–99,99 psi.

START – Start de luchtpomp met de

LEVERING KAL.-

Stel het ventiel voor de kalibratiestandaard

ingevoerde instellingen.

OPLOSSING

zodanig in dat er kalibratieoplossing in de

colorimeterkuvet wordt toegevoerd. Stel de

VENTILATOR Stel in om de bedrijfscyclus van de ventilator

tijdsduur in tussen 1 en 9999 seconden.

aan te passen.

MIXER Stel deze in op draairichting linksom of

ANALYSERTYPE Enkel voor gebruik door de technische

rechtsom (CCW/CW). De omwentelingen per

ondersteuning van de fabrikant.

minuut (RPM) kunnen worden ingesteld

SCRIPT SELECTEREN Tussen het normale instrumentscript en het

tussen 10 en 500 omw/min. De inschakeltijd

testscript schakelen.

kan worden ingesteld tussen 1 en

9999 seconden.

SET KANALEN Enkel voor gebruik door de technische

ondersteuning van de fabrikant.

COLORIM.VERWARMING Stel de verwarming van de colorimeter in op

20–60 °C (68–140 °F). De gemeten waarde

wordt weergegeven.

Nederlands 109

Reservedelen en accessoires

Reservedelen en accessoires (vervolg)

Beschrijving Item nr.

W A A R S C H U W I N G

Gevaar voor letsel. Het gebruik van niet-goedgekeurde onderdelen

Zekering, 5 A, 250 V, langzaam afblazen, 5 x 20 mm 4693800

kan leiden tot letsel, beschadiging van het instrument of onjuiste

werking van apparatuur. De reserveonderdelen in dit hoofdstuk zijn

Kit, installatie 6783500

goedgekeurd door de fabrikant.

Kit, onderhoud, fosfaat HB, enkel kanaal 6788309

Opmerking: Product- en artikelnummers kunnen verschillen per regio. Neem

contact op met de desbetreffende distributeur of bezoek de website voor

Kit, onderhoud, fosfaat HB, twee-/vierkanaals 6788310

contactgegevens.

Kit, onderhoud, fosfaat LB, enkel kanaal 6788307

Reservedelen

Kit, onderhoud, fosfaat LB, twee-/vierkanaals 6788308

Beschrijving Item nr.

Kit, onderhoud, 961x, silica, enkel kanaal 6788304

Kit, onderhoud, 961x, silica, twee-/vierkanaals 6788305

Filter luchtpomp 2718

Kit, onderhoud, 961x, silica, zeskanaals 6788306

Fleseenheid 6767302

Kit, paneel-upgrade, 961x 6787100

Capillaire eenheid, silica 6786901

Kit, installatie sequencerleiding, tweekanaals 6785102

Capillaire eenheid, fosfaat HB en LB 6786902

Kit, installatie sequencerleiding, vierkanaals 6785104

Kuvetdop 6767800

Kit, installatie sequencerleiding, zeskanaals 6785106

Afdekking kuvet 6773100

Netsnoer, Noord-Amerikaans 9179700

Colorimetereenheid, silica 6786800

Drukregelaar 6782900

Colorimetereenheid, fosfaat LB 6786801

Rek voor reagensflessen 6765900

Colorimetereenheid, fosfaat HB 6786802

Roerstaaf 6772600

Colorimeterkuvet 6768000

Y-zeef 6784800

Colorimeterkap 6766900

Stekker ventilatorfilter 6789300

Accessoires

Vervangingskit ventilatorfilter 6789100

Beschrijving Hoeveelheid Item nr.

Trechter 6767100

Trechterkap 6773500

Silica-reagenskit, bevat:

1 2035600

Reagens 1–4, standaard 1

Zekering, 1,6 A, 250 V, 5 x 20 mm 5208300

Reagens 1 silica, 9610sc 2 l 2035702

110 Nederlands

Reservedelen en accessoires (vervolg)

Beschrijving Hoeveelheid Item nr.

Reagens 2 silica, 9610sc 2 l 2035802

Reagens 3 silica, 9610sc 2 l 2036002

Reagens 4 silica, 9610sc 2 l 2037502

Standaard 1 silica, 9610sc 2 l 2035902

Reagenskit fosfaat LB, bevat:

1 2036100

Reagens 1–3, standaard 1-2

Reagens 1 fosfaat LB, 9611sc 2 l 2036202

Reagens 2 fosfaat LB, 9611sc 2 l 2036302

Reagens 3 fosfaat LB, 9611sc 2 l 2036502

Standaard 1 fosfaat LB, 9611sc 2 l 2036602

Standaard 2 fosfaat LB, 9611sc 2 l 2036402

Reagenskit fosfaat HB, bevat:

1 2036700

Reagens 1–3, standaard 1

Reagens 1 fosfaat HB, 9611sc 2 l 2036802

Reagens 2 fosfaat HB, 9611sc 2 l 2036902

Reagens 3 fosfaat HB, 9611sc 2 l 2037002

Standaard 1 fosfaat HB, 9611sc 2 l 2037102

RVS monsteradapterkit 1 6786600

Monsterkoeler 1 1757700

Natriumhydroxide-oplossing, 1 N (5%), 900 ml 104553

Natriumhydroxide-oplossing, 1 N (5%), 3,60 l 104517

Nederlands 111

Spis treści

O S T R Z E Ż E N I E

Wskazuje na potencjalną lub bezpośrednią niebezpieczną sytuację, która, jeżeli

strona 112

się jej nie uniknie, może doprowadzić do śmierci lub ciężkich obrażeń.

Konserwacja na stronie 113

U W A G A

Usuwanie usterek i diagnostyka na stronie 119

Wskazuje na potencjalnie niebezpieczną sytuację, która może doprowadzić

Części zamienne i akcesoria na stronie 121

do mniejszych lub średnich obrażeń.

P O W I A D O M I E N I E

Wskazuje sytuację, która – jeśli się jej nie uniknie – może doprowadzić

do uszkodzenia urządzenia. Informacja, która wymaga specjalnego podkreślenia.

Informacje dotyczące bezpieczeństwa

Etykiety ostrzegawcze

P O W I A D O M I E N I E

Należy przeczytać wszystkie etykiety i przywieszki dołączone

Producent nie ponosi odpowiedzialności za ewentualne szkody wynikłe

do urządzenia. Nieprzestrzeganie tych instrukcji może spowodować

z niewłaściwego stosowania albo użytkowania tego produktu, w tym, bez

obrażenia ciała lub uszkodzenie przyrządu. Jeżeli na urządzeniu jest

ograniczeń za szkody bezpośrednie, przypadkowe i wtórne, oraz wyklucza

widoczny pewien symbol, będzie on uwzględniony w instrukcji obsługi

odpowiedzialność za takie szkody w pełnym zakresie dozwolonym przez

wraz z uwagą dotyczącą niebezpieczeństwa lub kroków

obowiązujące prawo. Użytkownik jest wyłącznie odpowiedzialny

zapobiegawczych.

za zidentyfikowanie krytycznych zagrożeń aplikacji i zainstalowanie

odpowiednich mechanizmów ochronnych procesów podczas ewentualnej awarii

sprzętu.

Ten symbol ostrzega o niebezpieczeństwie. Dla uniknięcia obrażeń

ciała należy przestrzegać wszelkich instrukcji, którym towarzyszy ten

Prosimy przeczytać całą niniejszą instrukcję obsługi przed

symbol. Jeśli ten symbol jest umieszczony na urządzeniu, należy

zapoznać się z informacjami o bezpieczeństwie użytkowania

rozpakowaniem, ustawieniem lub obsługą tego urządzenia. Należy

zamieszczonymi w instrukcji obsługi urządzenia.

zwrócić uwagę na wszystkie uwagi dotyczące niebezpieczeństwa

i kroków zapobiegawczych. Niezastosowanie się do tego może

Ten symbol informuje o konieczności zastosowania środków ochrony

spowodować poważne obrażenia obsługującego lub uszkodzenia

indywidualnej w obrębie oczu.

urządzenia.

Należy upewnić się, czy systemy zabezpieczające wbudowane

w urządzenie pracują prawidłowo. Nie używać ani nie instalować tego

urządzenia w inny sposób, aniżeli podany w niniejszej instrukcji.

Ten symbol ostrzega o niebezpieczeństwie natury chemicznej

i informuje, że jedynie osoby odpowiednio wykwalifikowane

i przeszkolone do pracy z substancjami chemicznymi powinny mieć

Korzystanie z informacji o zagrożeniach

styczność z takimi substancjami i wykonywać prace konserwacyjne

przy systemach doprowadzania substancji chemicznych

N I E B E Z P I E C Z E Ń S T W O

do urządzenia.

Wskazuje potencjalnie lub bezpośrednio niebezpieczną sytuację, która – jeśli się

jej nie uniknie – doprowadzi do śmierci lub poważnych obrażeń.

112 Polski

Ten symbol wskazuje niebezpieczeństwo szoku elektrycznego i/lub

Plan konserwacji

porażenia prądem elektrycznym.

Tabela 1

pokazuje zalecany plan zadań konserwacji. Wymagania

obiektu i warunki pracy mogą zwiększyć częstotliwość niektórych zadań.

Ten symbol wskazuje, iż oznaczony element może być gorący i nie

Tabela 1 Plan konserwacji

powinien być dotykany bez odpowiedniego zabezpieczenia rąk.

Zadanie 30 dni 60 dni 90 dni 365 dni

Czyszczenie powierzchni

X

Ten symbol informuje o istnieniu zagrożenia pożarem.

zewnętrznych (Czyszczenie

urządzenia na stronie 114).

Czyszczenie kuwety

X lub w razie

Czyszczenie kuwety

potrzeby

Ten symbol informuje o obecności substancji silnie korozyjnych lub

na stronie 115.

innych niebezpiecznych substancji i ostrzega o niebezpieczeństwie

natury chemicznej. Tylko osoby wykwalifikowane i przeszkolone

Wymiana odczynników

X

1

X

2

do pracy z chemikaliami powinny pracować z chemikaliami lub

(Wymiana odczynnika(-ów) lub

przeprowadzać prace konserwacyjne na chemicznych systemach

wzorca(-ów) na stronie 116).

zasilających związanych z urządzeniem.

Wymiana wzorców Wymiana

X

3

Uwaga: Aby zwrócić urządzenie do recyclingu, prosimy skontaktować się

odczynnika(-ów) lub wzorca(-

z producentem sprzętu lub jego dostawcą odnośnie instrukcji w jaki sposób

ów) na stronie 116

zwrócić zużyty sprzęt, akcesoria elektryczne dostarczone przez producenta oraz

wszystkie inne przedmioty pomocnicze w celach utylizacji.

Czyszczenie lub wymiana filtra

X lub w razie

Od 12 sierpnia 2005 na terenie Unii Europejskiej oznaczonych tym

próbki (Y-filtr siatkowy)

potrzeby

symbolem urządzeń elektrycznych nie można usuwać przy użyciu

Wymiana filtra wentylatora X lub w razie

publicznych systemów utylizacji odpadów. Zgodnie z lokalnymi

potrzeby

i krajowymi przepisami, obowiązującymi na terenie Unii Europejskiej

(Dyrektywa 2002/96/WE), użytkownicy urządzeń elektrycznych

Wymiana filtra powietrza

X

są zobowiązani do zwrotu starych lub wyeksploatowanych urządzeń

odczynnika

producentowi, który je zutylizuje. Użytkownicy nie ponoszą żadnych

kosztów związanych z tą operacją.

Wymiana rurki X

Wymiana pręta mieszającego X

Konserwacja

Wymiana kuwety X

U W A G A

1

W cyklach 10 minutowych

2

Wiele zagrożeń. Tylko wykwalifikowany personel powinien

W cyklach 15 minutowych

3

przeprowadzać prace opisane w tym rozdziale niniejszego

Razem z jedną kalibracją na tydzień

dokumentu.

Polski 113

Wyświetlanie informacji dotyczących konserwacji

Przywracanie analizatora do pracy

Do wyświetlania lub wyzerowania historii serwisu części urządzenia

Po zakończeniu zadań konserwacji, uruchomić analizator.

służy menu Serwis.

1. Upewnić się, że wszystkie rurki zostały podłączone oraz że dolne

1. Nacisnąć diag.

drzwi są zamknięte i zablokowane.

2. Wybrać SERWIS.

2. Nacisnąć klawisz Menu.

3. Wybrać opcję.

3. Wybrać URUCHOM ANALIZATOR

Analizator rozpocznie normalną pracę.

Opcja Opis

CZĘŚĆ SERW. Pokazuje listę części i datę ostatniego serwisu,

Czyszczenie urządzenia

datę następnego serwisu i liczbę dni

do następnego zaplanowanego serwisu.

P O W I A D O M I E N I E

Wyzerować licznik do następnego serwisu.

Do czyszczenia urządzenia, w tym wyświetlacza oraz wyposażenia

pomocniczego, nigdy nie należy stosować takich środków czyszczących, jak

INFORMACJE

Pokazuje datę serwisowania części i całkowity

terpentyna, aceton lub podobne produkty.

O CZĘŚCI

czas użytkowania części. Niektóre części

zawierają dodatkowe informacje.

Zewnętrzne powierzchnie urządzenia czyścić wilgotną szmatką

NADCHODZĄCY

Pokazuje nazwę części serwisowanej, datę

i łagodnym roztworem mydła.

SERWIS

ostatniego serwisu, datę następnego serwisu

i liczbę dni do następnego zaplanowanego

Postępowanie podczas czyszczenia rozlanych

serwisu.

substancji

HISTORIA SERWISU Pokazuje typ, datę i godzinę ostatniego serwisu.

U W A G A

Ustawianie analizatora w tryb wyłączenia.

Narażenie na działanie substancji chemicznych. Usuwać substancje

chemiczne i odpady zgodnie z przepisami lokalnymi, regionalnymi

Zatrzymać analizator przed rozpoczęciem zadań konserwacyjnych.

i państowymi.

Po zatrzymaniu analizatora, pojemnik kolorymetru zostanie opróżniony,

a następnie wyłączy się przepływ próbki, silnik mieszacza, pompa

1. Należy stosować się do wszystkich protokołów bezpieczeństwa

próżniowa i elementy grzewcze. Nastąpi aktywacja menu urządzenia

placówki w zakresie kontroli rozlań.

sterującego.

2. Odpady należy wyrzucać zgodnie z obowiązującymi przepisami.

1. Nacisnąć klawisz Menu.

2. Wybrać ZATRZYMAJ ANALIZATOR, a następnie TAK, aby

potwierdzić.

Uwaga: Jeśli wyświetli się polecenie URUCHOM ANALIZATOR, oznacza to,

że analizator jest już w trybie wyłączenia.

3. Poczekać aż pasek stanu wyświetli wartość 100% ukończenia,

a następnie wykonać zadanie(-a) konserwacyjne.

114 Polski

Czyszczenie zaworu i przewodu próbki

Rysunek 1 Dostęp do lejka i kolorymetru

U W A G A

Narażenie na działanie substancji chemicznych. Stosować się

do procedur bezpieczeństwa w laboratoriach i zakładać sprzęt ochrony

osobistej, odpowiedni dla używanych substancji chemicznych

Protokoły warunków bezpieczeństwa można znaleźć w aktualnych

kartach charakterystyki (MSDS/SDS) materiałów.

Nowe rurki, zawory i inny osprzęt do klimatyzowania próbki może być

zanieczyszczony substancjami na bazie krzemu (oleje, kurz). Brak

czyszczenia może przyczynić się do zawyżonych odczytów.

1. Opróżnić przewód próbki z próbki na jedną do dwóch godzin.

2. W doraźnym postępowaniu wstrzyknąć do przedniego końca

przewodu próbki jeden do czterech litrów rozcieńczonego roztworu

ługu, np. 1N (5%) roztwór wodorotlenku sodu. W celu wyczyszczenia

części składowych układu próbki, przepuścić roztwór przez

analizator.

Czyszczenie kuwety

U W A G A

Narażenie na działanie substancji chemicznych. Stosować się

do procedur bezpieczeństwa w laboratoriach i zakładać sprzęt ochrony

osobistej, odpowiedni dla używanych substancji chemicznych

Protokoły warunków bezpieczeństwa można znaleźć w aktualnych

kartach charakterystyki (MSDS/SDS) materiałów.

Ustawić analizator w trybie wyłączenia. Zobacz Ustawianie analizatora w

tryb wyłączenia. na stronie 114.

Czyścić kuwetę w kolorymetrze w razie potrzeby. Zobacz Rysunek 1

i Rysunek 2.

Elementy do zebrania:

Waciki bawełniane, drewniane lub papier. Nie używać wacików

z plastikowymi pałeczkami.

Polski 115

Rysunek 2 Czyszczenie kuwety i pręta mieszającego

Czyszczenie lejka próbki jednorazowej

Lejek próbki jednorazowej należy czyścić przed i po każdym użyciu.

Zobacz Rysunek 3.

Rysunek 3 Czyszczenie lejka próbki jednorazowej

Wymiana odczynnika(-ów) lub wzorca(-ów)

U W A G A

Narażenie na działanie substancji chemicznych. Stosować się

do procedur bezpieczeństwa w laboratoriach i zakładać sprzęt ochrony

osobistej, odpowiedni dla używanych substancji chemicznych

Protokoły warunków bezpieczeństwa można znaleźć w aktualnych

kartach charakterystyki (MSDS/SDS) materiałów.

U W A G A

Narażenie na działanie substancji chemicznych. Usuwać substancje

chemiczne i odpady zgodnie z przepisami lokalnymi, regionalnymi

i państowymi.

116 Polski

Odczynniki i wzorce należy wymieniać przed osiągnięciem zapełnienia

N I E B E Z P I E C Z E Ń S T W O

butelki analizatora na poziomie 10%. Pomiary nie są dokładne, jeśli

poziom jest niższy niż 10%.

Niebezpieczeństwo śmiertelnego porażenia prądem elektrycznym.

Przed wykonaniem podłączeń elektrycznych należy zawsze odłączyć

urządzenie od źródła zasilania.

1. Ustawić analizator w trybie wyłączenia. Zobacz Ustawianie

analizatora w tryb wyłączenia. na stronie 114.

N I E B E Z P I E C Z E Ń S T W O

2. Jeśli stan ukończenia pokazuje 100%, otworzyć dolne drzwi.

3. Zdjąć zatyczki z odczynników lub wzorców, a następnie wyjąć butelki

Zagrożenie pożarem. Przy wymianie używać bezpieczników tego

z analizator

.

samego typu, o takim samym prądzie znamionowym.

4. Wnętrze butelek analizatora przepłukać wodą dejonizowaną.

Aby wymienić bezpieczniki, zobacz Rysunek 4 i Rysunek 5.

5. Napełnić butelki świeżym odczynnikiem lub wzorcem. Więcej

informacji można znaleźć w instrukcji eksploatacji.

Rysunek 4 Zdejmowanie pokrywy dostępu

6. Zamontować nowe butelki analizatora i zamknąć dolne drzwi. Więcej

informacji można znaleźć w instrukcji eksploatacji.

7. Nacisnąć przycisk Menu i przejść do pozycji

ODCZYNNIKI/WZORCE.

8. Wybrać RESETUJ POZIOMY ODCZ lub RESETUJ POZIOMY

WZORCA.

9. Wybrać WPR. WARTOŚĆ PUSTĄ i wprowadzić wartość pustą

z wiersza Odczynnik 1.

10. W przypadku odczynników wybrać ZALEJ ODCZYNNIKI

i potwierdzić.

11. Po ukończeniu zalewania odczynników, uruchomić analizator.

Zobacz Przywracanie analizatora do pracy na stronie 114.

Wymiana bezpieczników

N I E B E Z P I E C Z E Ń S T W O

Niebezpieczeństwo śmiertelnego porażenia prądem elektrycznym.

Wymiana bezpieczników przez użytkownika jest niedozwolona. Tylko

wykwalifikowany personel serwisu powinien przeprowadzać prace

opisane w tym rozdziale niniejszego dokumentu.

Polski 117

Rysunek 5 Wymiana bezpieczników

Przygotowanie analizatora do przechowywania

U W A G A

Narażenie na działanie substancji chemicznych. Stosować się

do procedur bezpieczeństwa w laboratoriach i zakładać sprzęt ochrony

osobistej, odpowiedni dla używanych substancji chemicznych

Protokoły warunków bezpieczeństwa można znaleźć w aktualnych

kartach charakterystyki (MSDS/SDS) materiałów.

W przypadku długotrwałego przechowywania usunąć wszystkie płyny

i odłączyć zasilanie od analizatora.

1. Ustawić analizator w trybie wyłączenia. Zobacz Ustawianie

analizatora w tryb wyłączenia. na stronie 114.

2. Zatrzymać przepływ próbki do analizatora.

3. Usunąć butelki z odczynnikami i wzorcami oraz wlać roztwory

do właściwego odpływu.

4. Przepłukać i napełnić butelki wodą dejonizowaną.

5. Zamontować butelki i wykonać podstawowy cykl dwa razy.

6. Usunąć butelki i wlać roztwory do właściwego odpływu.

7. Zamontować puste butelki i wykonać podstawowy cykl dwa razy.

1 Bezpiecznik

2 Bezpiecznik zasilania

3 Bezpiecznik zasilania

przekaźnika (4x)

wyjść (2x)

wejść (2x)

8. Upewnić się, że cały płyn został usunięty z kolorymetru oraz rurek.

9. Ustawić przełącznik zasilania w pozycję wył.

Specyfikacje bezpieczników:

10. Wyczyścić dno obudowy.

Bezpiecznik przekaźnika: T 5.0 A, 250 V

Bezpiecznik zasilania wyjść: AC: T 5.0 A, 250 VAC; DC: T 1.6 A,

Aktualizacja oprogramowania sprzętowego

250 VAC

Do aktualizacji oprogramowania sterownika, czujnika lub karty sieciowej

Bezpiecznik zasilania wejść: AC: T 1.6 A, 250 VAC; DC: T 6.3 A,

potrzebna jest karta SD z odpowiednim plikiem. Menu aktualizacji pojawi

250 VAC

się na ekranie tylko wtedy, gdy na karcie znajduje się prawidłowy plik.

1. Włóż kartę SD do gniazda.

2. Z głównego menu (MAIN MENU) wybierz opcję konfiguracji karty

SD (SD CARD SETUP).

Uwaga: Opcja będzie dostępna dopiero po włożeniu karty do urządzenia.

118 Polski

3. Wybierz opcję UPGRADE SOFTWARE (aktualizuj oprogramowanie)

Opcja Opis

i zatwierdź swój wybór. Wybierz urządzenie oraz wersję aktualizacji,

o ile istnieje taka możliwość.

BIEŻĄCY STAN Pokazuje aktualne stany urządzenia, które

są następują: DZIAŁANIE—Aktualny tryb pomiaru.

4. Po zakończeniu aktualizacji na ekranie pojawi się komunikat

KANAŁ PRÓBKI—Aktualny kanał próbki. STAN

TRANSFER COMPLETE. Wyjmij kartę SD z gniazda.

KROKU—Aktualny krok w cyklu pomiaru. CZAS

KROKU—Pozostały czas do zakończenia kroku.

5. Uruchom przyrząd ponownie, aby aktualizacja została wprowadzona.

POZ. MINUT—Minuty, które pozostały

do zakończenia bieżącego kroku. ZAKOŃCZENIE—

Usuwanie usterek i diagnostyka

Zakończenie cyklu pomiarów w %.

POMOC

Pokazuje wszystkie możliwe błędy, ostrzeżenia

Wskaźniki diagnostyki

ANALIZATORA

i przypomnienia razem ze wskazówkami rozwiązania

problemu.

Kolor tła wyświetlacza i wskaźnika stanu zmienia się na czerwony, gdy

wystąpi błąd lub na żółty, gdy pojawi się ostrzeżenie.

PRZEPROWADŹ

Analizuje poszczególne części analizatora. Aby

TEST

uzyskać więcej informacji na temat poszczególnych

Błąd—czerwone tło wyświetlacza i wskaźnik stanu. Wystąpił istotny

opcji testu, zobacz Uruchamianie testu analizatora

problem, który wpływa na działanie urządzenia. Bieżący pomiar

na stronie 121

zostaje zatrzymany i analizator przechodzi w tryb wyłączenia.

WYJŚCIA Pokazuje aktualny stan natężenia prądu

Ostrzeżenie—żółte tło wyświetlacza i wskaźnik stanu. Wystąpiło

4-20 mA i wyjścia przekaźnikowe z opcjami

zdarzenie, które może powodować w przyszłości problem. analizator

do testowania, wstrzymania i symulacji wyjść. Zobacz

działa nadal.

Opcje wyjść na stronie 120, aby uzyskać więcej

informacji.

Przypomnienia—na wyświetlaczu pokazuje się symbol klucza i żółty

wskaźnik stanu. Minął termin konserwacji.

WYŚWIETL LED Oświetla pojemnik kolorymetru w celu ułatwienia

rozwiązywania problemów. Pojemnik może być

1. Nacisnąć diag, aby przejść do menu Diag/Test.

oświetlany w przedziale czasu od 1 do 999 sekund.

2. Wybrać opcję.

STATYSTYKI

Pokazuje stan portów trybu Modbus: czujnik,

TRYBU MODBUS

urządzenie sterujące, sieć i serwis. Pokazuje liczbę

Opcja Opis

transmisji dobrych i złych.

DIAGNOSTYKA Pokazuje aktualne błędy i ostrzeżenia, które dotyczą

SERWIS Pokazuje informacje dotyczące serwisowanej części

urządzenia lub zainstalowanych modułów. Analizator

i historię. CZĘŚĆ SERW.—pokazuje ostatni

pokazuje ostrzeżenia i przypomnienia, dopóki nie

i następny termin serwisu oraz liczbę pozostałych dni.

zostaną one potwierdzone lub zresetowane.

INFORMACJE O CZĘŚCI—pokazuje wymienioną

Następnie kolor tła wyświetlacza zmienia się

część i aktualny czas uruchomienia.

ponownie na biały.

NADCHODZĄCY SERWIS—pokazuje kolejną część,

która wymaga wymiany. HISTORIA SERWISU—

PROGNOZA Pokazuje na wyświetlaczu zmienne uruchamiające

pokazuje datę i godzinę wymiany części.

wskaźnik serwisu i wskaźnik stanu pomiaru.

Polski 119

Opcja Opis

Opcja Opis

DANE SYSTEMU Pokazuje informacje o systemie. TEMPERATURA—

STAN WYJŚĆ Pokazuje aktualny stan dla opcji 1–4.

pokazuje zmierzoną temperaturę urządzenia A/D

w stopniach Celsjusza (C). CZĘSTOTLIWOŚĆ

SYMULUJ

Pokazuje tylko wtedy, gdy podłączony jest czujnik lub

ZASILANIA—pokazuje częstotliwość zasilania

POMIAR

moduł. Po wprowadzeniu wartości sim, urządzenie

sieciowego (Hz). NAPIĘCIE ZASILANIA—pokazuje

sterujące wysyła tę wartość, jak gdyby to była wartość

napięcie zasilania sieciowego (V). NAPIĘCIE 12 V—

przesłana z czujnika. Symulacja ta zostaje zatrzymana,

pokazuje pomiar napięcia zasilania (V DC).

gdy użytkownik przechodzi do innego ekranu.

NAPIĘCIE 3.3 V—pokazuje pomiar nastawionego

WYBIERZ ŹRÓDŁO—Wybór modułu. Stopka pokazuje

napięcia 3.3 V (V DC). PRĄD 12 V—pokazuje pomiar

bieżące wybrane źródło. USTAW PARAMETR—

prądu zasilania 12 V (A).

Ustawia parametr pomiaru źródłowego. Stopka

pokazuje bieżące wybrane źródło. USTAW WARTOŚĆ

DANE I2C Pokazuje informacje o wyświetlaczu (I

2

C) i numer

SIM—Wprowadzić wartość sim. Stopka pokazuje

wersji.

wprowadzoną wartość.

RESETOWANIE

Resetuje timer przeciążenia.

PRZECIĄŻENIA

Komunikaty diagnostyczne

Opcje wyjść

1. Gdy wyświetli się wskaźnik, nacisnąć diag, wybrać DIAGNOSTYKA,

a następnie nacisnąć Enter.

Meny wyjść pokazuje aktualny stan natężenia prądu 4-20 mA i wyjścia

przekaźnikowe z opcjami do testowania, wstrzymania i symulacji wyjść.

2. Wybrać komunikat o błędach. Użytkownik może potwierdzić błąd lub

przejść do ekranu pomocy.

1. Nacisnąć diag>WYJŚCIA.

3. Aby potwierdzić błąd:

2. Wybrać opcję.

1. Nacisnąć diag, a następnie wybrać DIAGNOSTYKA.

Opcja Opis

2. Wybrać błąd, a następnie nacisnąć Enter.

3. Wybrać POTWIERDZAM, a następnie nacisnąć Enter.

TEST 4–20 mA Analizuje wyjścia 4–20 mA od 1–4.

4. Aby przejść do ekranu pomocy:

TESTUJ

Analizuje przekaźniki A–D. Ustawia przekaźniki

PRZEKAŹNIK

w pozycję wł. lub wył.

1. Nacisnąć diag, a następnie wybrać DIAGNOSTYKA.

WSTRZYMAJ

Ustawia wartość, którą urządzenie sterujące wysyła

2. Wybrać błąd, a następnie nacisnąć Enter.

DANE

do systemu zewnętrznego w określonym czasie.

3. Wybrać WYŚWIETL POMOC, a następnie nacisnąć Enter.

WYJŚCIOWE

Po tym czasie, urządzenie zgłosi ponownie prawdziwe

wartości czasu. AKTYWACJA—Uruchamia lub zwalnia.

USTAW TRYB WYJŚCIA—Wstrzymaj dane wyjściowe

(domyślnie) lub Przesyłaj dane wyjściowe. USTAW

KANAŁY—Wszystkie (domyślnie) lub analizator.

120 Polski