Hach-Lange SC 200 Class 1 Compliance instrument manual: G E V A A R

Specificaties

Voedingsbedrading

Specificaties zijn onderhevig aan wijzingen zonder voorafgaande

G E V A A R

mededeling.

Explosiegevaar. Koppel elektrische componenten of circuits van het

Certificering Door ETL gecertificeerd voor gebruik in

apparaat alleen aan of los als de stroom uitgeschakeld is of als de zone

gevaarlijke omgevingen van klasse 1,

ongevaarlijk is.

divisie 2 volgens CSA-

veiligheidsnormen (met gespecificeerde

Alarmen en relais aansluiten

sensortypes, volgens

installatieschema)

G E V A A R

Bedrijfstemperatuur -20 tot 60 ºC (-4 tot 140 ºF); 95%

Explosiegevaar. Koppel elektrische componenten of circuits van het

relatieve vochtigheid, niet-

apparaat alleen aan of los als de stroom uitgeschakeld is of als de zone

condenserend bij sensor-/

ongevaarlijk is.

netwerkkaartbelasting <7 W; -20 tot 40

ºC (-4 tot 104 ºF) bij sensor-/

netwerkkaartbelasting <25 W

Analoge en digitale uitgangen aansluiten

Opslagtemperatuur -20 tot 70 ºC (-4 tot 158 ºF); 95%

relatieve vochtigheid, niet-

G E V A A R

condenserend

Explosiegevaar. Koppel elektrische componenten of circuits van het

apparaat alleen aan of los als de stroom uitgeschakeld is of als de zone

ongevaarlijk is.

Voorschriften voor installatie in gevaarlijke omgevingen

G E V A A R

G E V A A R

Sluit nooit een sensor of digitale of analoge module aan op een sc200 die niet

Alleen bevoegd personeel mag de installatietaken uitvoeren die in deze paragraaf

duidelijk gemarkeerd is als gecertificeerd voor gevaarlijke omgevingen van klasse

van de handleiding worden beschreven. Dit apparaat is geschikt voor gebruik in

1, divisie 2.

gevaarlijke omgevingen van klasse 1, divisie 2, groepen A, B, C en D in combinatie

met gespecificeerde sensoren en opties die dienovereenkomstig zijn gecertificeerd

en geclassificeerd voor gevaarlijke omgevingen van klasse I, divisie 2, groep A, B,

sc-sensoren aansluiten

C en D. Houd u tijdens de installatie altijd aan de van toepassing zijnde

elektrotechnische voorschriften.

G E V A A R

G E V A A R

Explosiegevaar. Koppel elektrische componenten of circuits van het

apparaat alleen aan of los als de stroom uitgeschakeld is of als de zone

Explosiegevaar. Vervanging van componenten kan ertoe leiden dat

ongevaarlijk is.

het apparaat niet meer geschikt is voor gebruik in omgevingen van

klasse 1, divisie 2. Vervang componenten alleen als de stroom

uitgeschakeld is of als de zone ongevaarlijk is.

G E V A A R

Sluit nooit een sensor of digitale of analoge module aan op een sc200 die niet

duidelijk gemarkeerd is als gecertificeerd voor gevaarlijke omgevingen van klasse

1, divisie 2.

Nederlands 19

Als een sensor met behulp van een snelkoppeling op de controller wordt

aangesloten, dient er een veiligheidsvergrendeling voor de connector te

worden gemonteerd.

1. Sluit de connector van de sensor aan op de stekker van de controller.

2. Plaats de veiligheidsvergrendeling voor de connector correct uitgelijnd

over de connector.

3. Druk de beide helften samen om deze te vergrendelen.

De veiligheidsvergrendeling kan als volgt van de connector worden

verwijderd:

1. Steek een schroevendraaier met smal blad in de gleuf van de

vergrendeling.

2. Draai de schroevendraaier van de gleuf weg en scheid de beide

helften.

Onderhoud

G E V A A R

Explosiegevaar. Koppel elektrische componenten of circuits van het

apparaat alleen aan of los als de stroom uitgeschakeld is of als de zone

ongevaarlijk is.

G E V A A R

Explosiegevaar. Vervanging van componenten kan ertoe leiden dat

het apparaat niet meer geschikt is voor gebruik in omgevingen van

klasse 1, divisie 2. Vervang componenten alleen als de stroom

uitgeschakeld is of als de zone ongevaarlijk is.

20 Nederlands