Mitsubishi Motors Diamond Plus 230 SB: Besturingselementen

Besturingselementen: Mitsubishi Motors Diamond Plus 230 SB

background image

Nederlands-2

Besturingselementen

De OSM-besturingsknoppen (On-Screen Manager) bevinden zich

vooraan op de monitor en hebben de volgende functies:

Helderheid/contrast

Brightness (Helderheid): 

hiermee stelt u de algemene helderheid van

het beeld en de achtergrond op het scherm in.

Contrast (Contrast): 

hiermee stelt u de helderheid van het beeld ten

opzichte van de achtergrond in.

Degauss (Demagnetiseren): 

met deze optie kunt u de opbouw van

zwevende magnetische velden voorkomen. Magnetische velden

kunnen een invloed uitoefenen op de correcte scanprocessen van de

elektronenstralen en zo afwijkingen veroorzaken in de zuiverheid van

de schermkleuren, beeldscherpte en -convergentie. Als deze functie is

ingeschakeld, is het mogelijk dat het beeld op uw scherm even trilt op

het ogenblik dat het scherm wordt gedemagnetiseerd.

OPMERKING: 

na het gebruik van de functie Degauss

(Demagnetiseren) moet u minstens 20 minuten wachten alvorens

opnieuw te demagnetiseren.

Constant Brightness (Constante helderheid):

 hiermee kunt u de

helderheid en schermkleurenniveaus consistent houden gedurende de

normale levensduur van de monitor.

De functie 

Constant Brightness (Constante helderheid)

 is pas

volledig operationeel nadat de monitor 30 minuten is opgewarmd.

Submenu

EXIT

OPMERKING: 

schakelt het OSM-menu uit en schakelt het OSM-menu weer in

wanneer de OSM niet actief is.

Hoofdmenu

Hiermee schakelt u

over naar het

hoofdmenu met OSM-

besturingselementen.

KNOP 

 / 

KNOP -/+

SELECT/SB MODE

RESET

Hiermee verlaat u het

OSM-menu.

Hiermee verplaatst u de

markeringsbalk naar links

of naar rechts om een van

de opties in het menu te

selecteren.

Hiermee verplaatst u de

markeringsbalk naar links of

naar rechts om een van de

submenu's te selecteren.

OPMERKING: 

wanneer het OSM-menu is uitgeschakeld, werkt deze knop als

sneltoets voor Helderheid.

Hiermee verplaatst u de

markeringsbalk in de

overeenkomstige richting

(– of +) om de instelling te

verhogen of te verlagen.

Hieraan is geen

functie

toegewezen.

OPMERKING: 

schakelt het OSM-menu uit en past het Contrast aan als de

sneltoets “AAN” staat.

Hieraan is geen

functie

toegewezen.

Hiermee activeert u

het submenu.

Wanneer de OSM is uitgeschakeld, werkt dit

besturingselement als de functietoets voor SuperBright

(SB). Daarbij kunt u kiezen uit SB MODE OFF, SB

MODE1 en SB MODE2. Wanneer u voor het eerst op

deze knop drukt, verschijnt de huidige SB-modus. Als u

binnen 3 seconden opnieuw op die knop drukt, wordt de

SB-modus ingesteld op de volgende SB-modus. De

huidige modus is bijvoorbeeld SB MODE OFF. Als u

binnen 3 seconden nogmaals op de knop drukt, verandert

de SB-modus in SB MODE1, enzovoort. In elke SB-

modus wordt de kleurentemperatuur aangepast met

behulp van het overeenkomstige kleurbesturingselement.

Dit geldt niet voor de sRGB-modus omdat de instelling

hiervan niet kan worden aangepast. Wanneer de eenheid

wordt uitgeschakeld, wordt deze opnieuw op SB MODE

OFF ingesteld.

Super Bright Mode OFF (Modus Extra helderheid

UIT): 

voor op tekst gebaseerde afbeeldingen (normaal

gebruik)

Super Bright Mode-1 ON (Modus Extra helderheid-1

AAN): 

voor afbeeldingen

Super Bright Mode-2 ON (Modus Extra helderheid-2

AAN): 

voor bewegende beelden zoals DVD-films

Hiermee zet u voor de

geselecteerde optie de

fabrieksinstelling terug.

Hiermee zet u voor alle

besturingselementen in het

geselecteerde menu de

fabrieksinstellingen terug.

OPMERKING: 

wanneer u in het hoofdmenu of een submenu op de knop RESET

drukt, verschijnt op het scherm een waarschuwingsvenster waarin u de reset-

functie kunt selecteren.

Grootte en positie

AutoAdjust (Automatische regeling): 

hiermee laat u de horizontale en

verticale grootte en positie automatisch aanpassen aan de gebruikte

signaaltiming.

OPMERKING: 

als er geen beeldsignaal is of als het ingangssignaal van

het beeld beperkt is, is AutoAdjust (Automatische regeling) is niet

beschikbaar.

Left/Right (Links/rechts): 

hiermee verplaatst u het beeld op het

scherm horizontaal (naar links of naar rechts).

Down/Up (Omlaag/omhoog):

 hiermee verplaatst u het beeld verticaal

op het scherm (omhoog of omlaag).

Narrow/Wide (Smal/breed): 

hiermee vergroot of verkleint u de breedte

van het beeld (horizontaal).

Short/Tall (Kort/lang): 

hiermee vergroot of verkleint u de hoogte van

het beeld (verticaal).

Kleurenbeheer(systeem)

Met de vijf standaardinstellingen voor kleuren (Color Presets 1 tot en

met 5) kunt u de gewenste optie voor de kleuren kiezen. De balk wordt

vervangen door de kleureninstelling (1, 2, 3, sRGB, 5) die u in dit menu

kiest. Alle kleurenopties zijn in de fabriek vooraf ingesteld en stemmen

overeen met de kleurentemperatuur in de vermelde graden Kelvin. Als u

een instelling wijzigt, verandert de naam van de instelling van Kelvin in

Custom (Aangepast).

OPMERKING:

 met sRGB kunt u niet alle kleuren aanpassen.

Red, Green, Blue (Rood, Groen, Blauw): 

met het

kleurenbeheersysteem wijzigt u de monitorinstellingen voor de kleur

rood, groen of blauw. Als u een kleur verandert, is dit onmiddellijk

zichtbaar op het scherm. De instelling (lager of hoger) wordt door de

balken aangegeven.

sRGB Mode (sRGB-modus): 

de modus sRGB biedt voor afbeeldingen

het geschikte kleurenbeheer. U kunt de kleuren rood, groen en blauw

niet afzonderlijk aanpassen.

OPMERKING:

 in deze modus kunt u het kleurenbeheer, de helderheid

en het contrast niet wijzigen.

Geometrische besturingselementen

Menu met geometrische besturingselementen

Met de 

Geometry

-besturingselementen (

Geometrie

-

besturingselementen) kunt u de kromming of hoek van de zijkanten van

het beeld op het scherm aanpassen.

In/Out (pincushion) (Naar binnen/buiten - pincushion):

 hiermee

maakt u de kromming van de zijkanten naar binnen of naar buiten groter

of kleiner.

Left/Right (pincushion balance) (Naar links/rechts -

pincushionbalans):

 hiermee maakt u de kromming van de zijkanten

naar links of naar rechts groter of kleiner.

Tilt (parallelogram) (Kantelen - parallellogram):

 hiermee vergroot of

verkleint u de helling van de zijkanten van het beeld naar links of naar

rechts.

Align (trapezoidal) (Uitlijnen - trapezevervorming):

 hiermee maakt u

de onderkant van het beeld op het scherm groter of kleiner zodat deze

met de bovenkant overeenkomt.

Rotate (raster rotation) (Roteren - rasterrotatie):

 hiermee draait u het

volledige beeld rechtsom of linksom.

Corner Correction (Hoekcorrectie):

 hiermee past u de geometrie van

de hoeken van het beeldscherm aan: Top, Top Balance, Bottom or

Bottom Balance (Bovenaan, Balans bovenaan, Onderaan of Balans

onderaan).

08_Dutch

08/05/2002, 15:35

2